Bij de Engelstalige bachelor aerospace engineering komen steeds minder Nederlandse studenten binnen. De faculteit EWI kon bij computer science and engineering meer Nederlandse studenten toelaten door een Nederlands-Engelse variant. Hoe werkt die sturing?
Universiteiten willen graag regie houden op de toestroom van buitenlandse studenten. Demissionair onderwijsminister Dijkgraaf diende daarover eind mei 2024 zijn wetsvoorstel in: ‘internationalisering in balans’.
Vooruitlopend daarop liet de koepelorganisatie Universiteiten van Nederland (UNL) begin april weten dat binnen het aanbod van 419 bacheloropleidingen het aantal volledig Engelstalige varianten met een derde verminderd zou worden en dat er bij 35 Engelstalige bachelors een Nederlandstalige variant bij ontwikkeld zou worden. Delta schreef daarover: ‘35 bacheloropleidingen krijgen Nederlandstalige variant, maar niet in Delft’.
Al eerder schreef Delta dat het nieuwe taalbeleid hooguit gevolgen zou hebben voor de bachelor aerospace engineering, maar dan op z’n vroegst vanaf het collegejaar 2025-2026. Andere Engelstalige bachelors aan de TU Delft, applied earth sciences en nanobiology, waren met een instroom van 85 respectievelijk 120 studenten te klein om een verschil te maken, verklaarde vice-rector Rob Mudde destijds. De bachelor computer science and engineering kent met ingang van het studiejaar 2023 – 2024 een Nederlands-Engelse variant: technische informatica.
‘Schaf dat Nederlands toch af’
Onderwijsdirecteur Joris Melkert (faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek, LR) kan zich levendig herinneren dat eind jaren ’90 de visitatiecommissie er juist op aandrong om de Nederlandstalige bacheloropleiding zo snel mogelijk te beëindigen. Luchtvaart en ruimtevaart zijn immers bij uitstek internationale disciplines. Makkelijk gezegd, maar daarna duurde het vijftien jaar voordat de opleiding volledig Engelstalig was. Mede doordat extra docenten aangetrokken moesten worden en zittende docenten op cursus moesten. Het is dus geen wonder dat Melkert en zijn staf niet staan te springen om een Nederlandse bachelor op te zetten.
‘Buitenlandse studenten zijn beter in wis- en natuurkunde’
Tegelijkertijd zien ze wel de ongewenste neveneffecten van de Engelstalige opleiding. Er zijn jaarlijks 2.900 aanmeldingen voor 440 plaatsen. Dus 85 procent van de aanmeldingen valt af. En steeds vaker zijn het de Nederlandse studenten die afvallen.
Extra instrumenten
Melkert: “We zien het aandeel buitenlandse studenten steeds verder toenemen. Dat komt doordat buitenlandse studenten beter zijn in wis- en natuurkunde. Op Nederlandse middelbare scholen is de inhoud van de stof voor het eindexamen voor wiskunde de afgelopen 30 jaar gehalveerd en voor natuurkunde is het met zo’n 40 procent afgenomen. Daar zien we nu de consequenties van.”
Meer Nederlandse studenten in de opleiding lukt alleen met extra instrumenten, zegt Melkert: “Als de overheid zou zeggen: reserveer 40 procent voor Nederlandse studenten zou mij dat helpen. Maar de vraag is of zoiets in de wet gaat komen.”
Eerder pleitte ook rector Tim van der Hagen voor quota voor het aantal internationale en Nederlandse studenten in populaire bacheloropleidingen. Maar hoogleraren onderwijsrecht zien niets in zulke ideeën, bleek toen al. Je mag volgens hen niet zeggen dat een opleiding nu wel genoeg Duitsers of Fransen telt. Dat is verboden, want discriminatie.
Schok
De opleiding computer science and engineering kende een soortgelijke dynamiek. Het was in 2018 logisch om de bachelor Engelstalig te maken omdat er een groeiende behoefte is aan software-ingenieurs en een Engelstalige opleiding voor meer mensen toegankelijk is. Bovendien was het lesmateriaal al in het Engels en voor de meeste alumni is het werkveld ook Engelstalig.
De inschrijving schoot bij de openstelling in 2022 van 400 naar 850 studenten. “Dat was een schok voor iedereen die onderwijs gaf”, vertelt directeur onderwijs Annoesjka Cabo (faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica). Er werd een numerus fixus ingesteld van eerst 500, en later 550 plaatsen. Toen bleek dat er opeens veel minder Nederlandse studenten toegelaten werden.
‘Ik ben bang dat een Nederlandstalige of mixed-language variant het stempel van minderwaardig gaat krijgt’
Cabo wil dat niet meteen koppelen aan de tegenvallende scores van Nederlandse scholieren op de Pisa-test (een internationaal vergelijkend onderzoek dat de vaardigheden en kennis in natuurwetenschappen, lezen en wiskunde van 15-jarigen test), maar ze wijst wel op het relatief lage aantal uren wiskunde op Nederlandse middelbare scholen. Hoe zorg je dan dat Nederlandse jongeren toch in Delft terechtkunnen voor een informatica-opleiding, ook al hebben ze de ‘pech’ van een Nederlandse middelbare school te komen? Dat was haar drijfveer.
Tweetalige bachelor
De oplossing werd gezocht in een tweetalige Nederlands-Engelse opleiding waarbij een deel van het onderwijs, het projectwerk en de communicatie in het Nederlands zijn. Zo verscheen in 2023 de gemixte bachelor technische informatica naast de Engelstalige opleiding computer science and engineering. “De tweetalige track is bij uitstek geschikt voor studenten die een baan zoeken bij de belastingdienst of bij de overheid, want ook daar zijn veel computeringenieurs nodig”, aldus Cabo.
De invloed op de studentenpopulatie was enorm. In het jaar voor de invoering (peildatum 1 december 2022) was driekwart van de studenten afkomstig uit het buitenland en een kwart uit Nederland (73 procent internationaal, 27 procent nationaal). Een jaar later was die verhouding half-om-half (54 procent internationaal, 46 procent nationaal).
Cabo is blij met de invoering van de gemengde variant, maar benadrukt dat de voorbereiding veel inspanning heeft gekost bij onderwijs- en studentenzaken en natuurlijk bij de docenten. Dat heeft naar schatting anderhalf jaar gekost.
Studenten van mindere kwaliteit
Zou een gemende bachelor ook bij LR kunnen werken om de instroom te sturen? “Ik ben bang dat een Nederlandstalige of mixed-language variant al heel snel het stempel van minderwaardig gaat krijgen”, reageert Melkert. Iemand aannemen vanwege diens nationaliteit betekent dat je willens en wetens studenten van mindere kwaliteit aanneemt, legt hij uit.
‘We krijgen waarschijnlijk minder studenten in de Nederlandse track’
“Toen wij in kleine stapjes het Engelstalige programma invoerden, zagen we keer op keer dat er meer vraag was dan aanbod. Wij hebben gezien dat de kwaliteit van de opleiding omhoog is gegaan.” Daarbij wijst hij naar het bsa-rendement dat bij LR hoger is dan bij TU-bacheloropleidingen zonder numerus fixus. Met andere woorden: de invoering van de Engelstalige variant heeft de kwaliteit van de bacheloropleiding bij LR verhoogd. Waarom zou je dan terug willen naar een Nederlandstalige variant?
Beperkte invloed
De sturende invloed van de Nederlands-Engelse opleiding op de Nederlandse instroom blijkt bovendien beperkt. Vorig jaar was er een keurige fifty-fifty-verdeling tussen technische informatica en computer science and engineering, maar dit jaar zijn er minder inschrijvingen voor de gemengde variant. “Dus we krijgen waarschijnlijk minder studenten in de [Nederlandse, red.] technische informatica-track. Niet omdat we ze niet willen selecteren, maar omdat ze zich niet aanmelden”, aldus Cabo.
Haar verklaring is dat Nederlandse studenten zich ook aanmelden voor de Engelstalige track omdat ze denken dat die prestigieuzer is. “Dat was bij LR ook het probleem in het verleden”, weet Cabo. “Daarom hebben ze daar toen besloten om er gewoon één Engelstalige opleiding van te maken.” Dat brengt ons terug bij het advies van de visitatiecommissie van 25 jaar geleden.
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
j.w.wassink@tudelft.nl
Comments are closed.