De Superbus, de 15-meter lange limousine uit de koker van Wubbo Ockels, krijgt een nieuw onderkomen nabij Groningen. Het Nationaal Bus Museum in Hoogezand heeft de droomauto overgenomen uit de inboedel van het failliete Nederlands Transport Museum in Nieuw-Vennep waar die sinds eind 2000 stond.
Groningen lijkt een passende plek aangezien de in 2014 overleden Wubbo Ockels uit die streek afkomstig was, en hij de Superbus bedacht als alternatief voor een snelletreinverbinding met het westen (Lelylijn), die maar op zich liet (en laat) wachten.
Ockels kwam op het idee van de Superbus toen hij in 2003 urenlang vastzat achter een kapotte trein. Met een trein op wielen, bedacht hij zich, konden ze er wel door. Het idee leidde tot heel wat kritiek binnen de TU Delft, maar nadat het ministerie van VWS er 7 miljoen voor beschikbaar stelde kwam de Superbus er toch.
In mei 2012 kreeg de Superbus het kenteken BZ-XG-15, en mocht de weg op. Vijf jaar later, in 2017, deed de TU Delft het futuristische vervoermiddel van de hand aan de Stichting Transportmuseum Lelystad. Toen de Stichting mede als gevolg van corona de deuren moest sluiten, kon de Superbus eind 2020 in Nieuw-Vennep terecht bij het Nederlands Transport Museum. Toen in 2023 ook dit museum de deuren sloot, werd het Nationaal Bus Museum benaderd.
NBM-directeur Rob Bezema wilde er graag plaats voor maken. Wanneer de Superbus er in de tentoonstelling staat is nog niet bekend.
Comments are closed.