Een vriend van mij woont op de bovenste verdieping van een flat in Voorhof. Vanaf daar ving ik onlangs na een etentje bij hem thuis, een glimp op van nachtelijk Delft. Ik wil niet sentimenteel doen, maar ik prijs mezelf gelukkig dat ik in zo’n mooie stad woon.
Want een mooie stad, dat is Delft zeker. Dan heb ik het niet alleen over het centrum, de kerken en de huizen en stoepen van steen. Ik heb het ook over de ruim opgezette straten met bomen als daken, de dubbele fietspaden en de elektrische bussen en trams. Wie een onderkomen vindt in Delft heeft het goed, maar dat geluk is niet weggelegd voor iedereen. Voor studenten op de TU Delft is het steeds lastiger geworden om een plek te bemachtigen in deze stad.
Een andere vriend woonde het afgelopen jaar in Rotterdam en forensde elke dag naar de TU Delft. Onlangs bemachtigde hij een plek in een nieuwe, modulaire studentenflat op de campus. Ik hielp hem verhuizen en nadat we een klerenkast vier verdiepingen naar beneden hadden getild, dacht ik na over de razendsnelle woningbouw in Delft. De nood aan woningen is zo hoog dat dit complex al in gebruik genomen werd voor het helemaal af is.
Slechts enkele van die nieuwbouwprojecten zijn bestemd voor studenten
Het is goed om te zien dat er zo veel wordt gebouwd, ook al zorgt het ervoor dat ik moet omfietsen terwijl ik nog maar drie minuten heb om mijn trein te halen. Maar slechts enkele van die nieuwbouwprojecten zijn bestemd voor studenten, lijkt het, terwijl zij juist het meest last hebben van de woningnood. Twee bestaande studentencomplexen verdwijnen, waarmee het aanbod aan studentenhuisvesting alleen maar kleiner wordt, zo schreef collega-columnist Mirte Brouwer laatst.
Het zou kunnen dat die nieuwgebouwde wooneenheden zorgen voor een herverdeling van woonruimte. En dat een deel van de studenten gemakkelijker een kamer kan vinden die betaalbaarder is dan de optelsom van huur betalen in Den Haag of Rotterdam en de dagelijkse reis naar Delft. Maar de focus op luxe eengezinswoningen prijst studenten uit de markt en ondermijnt het gezellige samenwonen dat sommige studenten juist graag willen. En dan hebben verhuurders vaak liever niet dat studenten hun woningen betrekken (‘geen studenten, PhD-stel wel mogelijk’) door het stereotiepe beeld dat ze luid en ongeremd zijn.
Dus hoe zorgen we voor meer studentenhuisvesting? Misschien met een lokale aanpak geïnspireerd op de sociale huursector, waarbij in elk nieuw project een bepaald aandeel bestemd is voor studenten. Maar als de TU Delft echt wil groeien en uitdijen is, is zelfs dat misschien niet voldoende. We moeten de zorgen over studentenhuisvesting serieus nemen, en niet alleen nadenken over meer onderwijsruimte, maar ook over een stad waar studenten zich thuis voelen.
Comments are closed.