Vorige week stapte ik op de faculteit in de lift, en terwijl de deuren dicht gingen, hoorde ik nog net vanaf de gang: ‘Hé, gaaf! Dat was Bob in het echt! Zag je dat?’
Dit jaar is mijn band met de zevenhonderd eerstejaars van werktuigbouwkunde anders dan anders. Ik waan me bij vlagen net een bekende vlogger.
Het is een aspect van online onderwijs dat ik niet zag aankomen. Als ik studenten passeer in de gang, zie ik ze denken: ‘O, kijk nou! Hij bestaat echt!’ Andersom denk ik ongeveer hetzelfde: ‘Kijk aan, dit moeten die mensen zijn dit gisteren in de chat zaten!’ En dus zwaaien we vrolijk naar elkaar.
Elke maandag geef ik live en interactief college via YouTube. Ik vind het verrassend gezellig. En mijn studenten zijn enthousiast. Waar ik voorheen blij was als ik halverwege het kwartaal nog boven de vijftig procent aanwezigheid zat, heb ik nu nog steeds vijfhonderd mensen aan de lijn. En waar ik anders tevreden was als een ruime helft van de aanwezigen meedeed met handen opsteken, doet nu meer dan tachtig procent mee met de polls en komen er in de chat zóveel reacties op open vragen dat ik het niet bij kan houden.
Het helpt dat alles meteen soepel liep. Zonder wegvallende verbinding, slecht geluid, houterig camerawerk, of enorme vertraging tussen chat en stream. Want hoewel degenen bij wie dat anders was persoonlijk misschien geen klachten kregen, kwamen daarover op het eigen Discord-kanaal van de eerstejaars toch flink wat gefrustreerde en verontwaardigde reacties langs. De term ‘Collegedrama’ is een blijvertje, vrees ik.
Daarnaast ben ik een beetje overboord gegaan met de techniek. Ik heb twee camera’s waar ik tussen kan wisselen, ik vond een veilige en snelle manier om al die honderden studenten live hun handgetekende mechanismen te laten delen, ik zorg iedere week voor relevante polls, en ik rond elk college af met een miniquiz en feedbackformulier.
Ik hobby nu eenmaal graag met computers en websites. En dat komt nu goed van pas. Maar ik begrijp goed dat anderen het wat eenvoudiger houden. Sterker nog, ik begin me af te vragen hoe effectief een online college eigenlijk kan zijn, ook al trek je didactisch alles uit de kast, en ook al draait alles soepel.
Helaas is het enthousiasme van studenten geen goede maatstaf voor hoe effectief hun onderwijs is. Het valt bijvoorbeeld op hoe vaak studenten die eerder hebben laten zien ijverig en redelijk voorbereid te zijn, vragen stellen over dingen die ik nét rustig en expliciet heb verteld.
Die chatbox naast mijn hoofd leidt natuurlijk enorm af
In bijna al het onderzoek naar onderwijs komt terug dat het verdelen van je aandacht dodelijk is voor je kans om iets te onthouden van de les. En die chatbox naast mijn hoofd – die cruciaal is voor de interactie – leidt natuurlijk enorm af. Misschien wel júist bij actieve en betrokken studenten. Al die online platforms zijn nu eenmaal niet ontworpen om als zender nauwkeurig de aandacht van je kijkers te kunnen richten. Meer chatberichten is meer engagement. En dat wil YouTube graag. En dan hebben we het nog niet eens over alle kanalen, apps, en websites die studenten ernáást nog open hebben staan…
Online onderwijs blijkt dus heel gezellig te kunnen zijn. Véél meer dan ik had verwacht. Maar ik ben minder optimistisch geworden over hoe effectief live online colleges kunnen zijn.
Bob van Vliet is docent bij de faculteit 3mE en gespecialiseerd in ontwerponderwijs. Reacties zijn welkom via B.vanVliet@tudelft.nl
Bob van Vliet / Columnist
Comments are closed.