Ingezonden brief

‘Zit er geen molensteen aan de lifeline?’

Het college van bestuur zegt geen kaasschaaf te zullen hanteren bij de huidige bezuinigingen. Fred Veer, voorzitter van de vakbonden in het Lokaal Overleg, ziet dat toch gebeuren, schrijft hij in deze brief.

Een paar munten en een briefje van 20 euro liggen op tafel. Een vinger rust op 1 van de munten.

(Foto: Justyna Botor)

Als er iets interessants in Delta staat, krijg ik meestal direct een e-mail of app van een collega. Op 23 april kreeg ik rond lunchtijd acht e-mails en appjes over het artikel ‘We hebben juist niet gekozen voor de kaasschaafmethode’.

Het artikel is simpel samengevat een uitleg van het college van bestuur (cvb) over de lopende bezuinigingsronde gelardeerd met redactionele achtergrondinformatie. De kern van veel vragen is ‘is dit waar?’. Waarheid is echter relatief.

Het artikel begint met de conclusie dat de TU Delft in 2024 en 2025 verlies maakt en dat we naar een sluitende begroting toe moeten. Dit is inderdaad waar en kan dus geen gevolg zijn van de bezuinigingen die nu door dit kabinet worden doorgevoerd.

Dan komt een belangrijk uitgangspunt van het cvb: het gebruikt geen kaasschaafmethode, maar zoekt beleidsrijke bezuinigingen. Een mooi uitgangspunt dat diverse cvb’s al decennia verkondigen.

Gezamenlijke oplossingen verzinnen, duurt veel langer

Echter, tijdens de reorganisatie OOD in 2004 was er een centrale commissie van deskundigen uit diverse onderdelen van de organisatie die keek naar centrale bezuinigingen. Het zorgde ervoor dat er geen tunnelvisie kon ontstaan. Nu worden de decanen en directies geacht eerst met eigen lokale plannen te komen. Daarna gaan ze pas faculteits- en dienstoverstijgend kijken.

Het artikel verwijst naar een oproep tot visie door de vakbonden. Een van de punten die wij hebben aangekaart, is opnieuw te kijken naar het instellingspakket. Dit succesvolle experiment met TU-breed bacheloronderwijs is afgeschaft, maar zou allerlei voordelen kunnen hebben: van besparingen tot meer uitwisselbaarheid van wetenschappelijk personeel tussen faculteiten en voor studenten een gemakkelijkere switch tussen opleidingen. Het ligt alleen niet in de lijn van verwachtingen dat de decanen met dit idee naar voren komen.

Dus ik hoop net als het cvb dat de decanen en directeuren instellingsbreed kunnen denken, maar verwacht dit niet, zeker gezien de tijdsdruk. In de vier maanden die ze hebben kunnen ze alleen binnen hun eigen faculteit en dienst kijken. Gezamenlijke oplossingen verzinnen, duurt veel langer.

Ik hoor uit diverse bronnen dat gastdocenten eruit moeten

Wat betreft de mededeling dat er geen kaasschaaf wordt gebruikt, hoor ik uit diverse bronnen dat gastdocenten eruit moeten en tijdelijke contracten voor docenten gestopt worden. Afgezien van de gevolgen die dit heeft voor de werkdruk (en bloeddruk) van de vaste medewerkers is het duidelijk dat deze ‘makkelijke’ maatregel wel degelijk de voorkeur heeft.

Niemand zal het cvb tegenspreken als het zegt dat het gedwongen ontslagen zoveel mogelijk wil voorkomen. De oplossingen van vacatures niet standaard invullen en het beperken van externe inhuur zijn al vele keren geprobeerd. En inderdaad, zeker bij de externe inhuur valt veel te winnen.

Delta verwijst naar een zeer goed Price Waterhouse Coopers-rapport. Daarin staat dat de TU Delft sinds 2021 een toenemende externe inhuur heeft. Die betrof in 2023 bijna een achtste van alle salarislasten.

De inhuur is vooral bij de universiteitsdienst met dertig procent van de personele kosten enorm hoog, schrijft Delta. Volgens het cvb waren daar redenen voor: “Het zit vooral bij Finance, ICT, vastgoed. Daar zijn soms geen mensen te vinden voor vaste dienst”, zegt het.

Ik vraag me af of dit klopt. Ik heb veel te maken met mijn vakbondscollega’s in Eindhoven. In Brainport Eindhoven is de marktsituatie heel anders dan in Delft. ASML en andere bedrijven hebben er een enorme behoefte aan personeel en medewerkers van de TU/e kunnen gemakkelijk meer verdienen buiten de universiteit.

Maar als je kijkt naar de externe inhuur in Eindhoven, dan ligt die met 4 procent van de totale salarislasten al jaren ruim onder het landelijke gemiddelde, terwijl de TU Delft met voorsprong al jaren het externe inhuur-veld leidt.

Gaan we de gebouwen in Rotterdam leasen en voor welk bedrag?

De TU staat er mede daardoor niet goed voor. Maar het cvb heeft naar eigen zeggen een mogelijke lifeline: de TU-campus in Rotterdam. Die campus is er nog niet, maar moet gebouwd worden tegen aanzienlijke kosten. Als de TU niet zelf gaat investeren, zoals de belofte is, gaan we dan de gebouwen leasen en voor welk bedrag? Wie staat er straks borg? Welke inkomsten staan daar tegenover?

Studentenaantallen in Delft dalen. In Nederland kiezen intussen steeds minder vwo-leerlingen voor het profiel natuur en techniek. Natuurlijk kunnen we de campus Rotterdam vullen met buitenlandse studenten, maar dat is een uitnodiging voor de politiek om de wet Internationalisering in Balans ook op de technische universiteiten te betrekken.

Het idee van campus Rotterdam is interessant. Maar kijken we naar andere recente interessante ideeën, bijvoorbeeld de Protonenkliniek waar vele TU-miljoenen in zijn gestoken, dan valt de realiteit vaak erg tegen. Hoe weten we zeker dat er straks geen molensteen aan de lifeline zit?

Fred Veer is voorzitter van de vakbonden in het Lokaal Overleg.

Schrijver Opinie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

opinie.delta@tudelft.nl

Comments are closed.