Lang en lui

De gemiddelde lengte van het publiek in de grote zaal van de Vrije Academie ligt op minstens één meter negentig. Een meisje op de achterste rij gaat op haar tenen staan en beweegt met haar hoofd heen en weer in de hoop iets van stand-up comedian Chris van de Ende te kunnen zien. ,,Ze zijn allemaal zo lang”, klaagt ze.

Een aantal rijen voor haar staat vierdejaars TB’er Martijn Versturen, de ongekroonde kampioen van de Punch-meetlat. ,,Ik denk dat ik met mijn twee meter zes zeker een van de langste leden ben. Toch is lengte niet alles hoor. Lange mensen zijn vaak lui geworden doordat ze alleen maar hun armen omhoog hoeven te steken om te kunnen blokken. Kortere volleyballers hebben uit frustratie vaak wat beter leren springen en komen daarmee soms ook een heel end.”

Vijfdejaars werktuigbouwstudente Didi Groenhoff kan alleen maar dromen van dit soort hoogtestages en is allang blij als ze bij het blokken de bal met de vingertoppen schampt. Met haar één meter zestig is ze één van de kortste Punchleden. ,,Het draait gelukkig ook niet alleen om het volleybal”, verzekert ze. Groenhoff werkte mee aan het lustrumboek. Ze verdiepte zich het afgelopen jaar in de historie van de volleybalvereniging die in vijftig jaar groeide van éénentwintig naar ongeveer driehonderd leden.

Groenhoff: ,,Punch betekent naast ‘krachtige slag’ ook zoiets als ‘nar’. We vallen dan ook een beetje buiten de gangbare structuren in studerend Delft. We zijn meer dan een gewone studentensportvereniging. Zo is het traditie dat elk team voor de wedstrijd bij een van de teamleden gaat eten.”

Dat het ook om volleybal draait, is voor de comedians op het podium niet altijd even duidelijk. Ernst van de Ende vraagt het publiek ,,of ze bij korfbal ook gemengd mogen douchen”. Na een afwijzend gebrom uit de zaal verbetert hij zichzelf snel: ,,En bij volleybal? Mogen ze daar gemengd douchen?”

Studenten volleybalvereniging Punch vierde vorige week zaterdag haar tiende lustrum met Punchpop; een open avond met stand-up comedy, bands en disco. De gemiddelde lengte van het publiek in de grote zaal van de Vrije Academie ligt op minstens één meter negentig. Een meisje op de achterste rij gaat op haar tenen staan en beweegt met haar hoofd heen en weer in de hoop iets van stand-up comedian Chris van de Ende te kunnen zien. ,,Ze zijn allemaal zo lang”, klaagt ze.

Een aantal rijen voor haar staat vierdejaars TB’er Martijn Versturen, de ongekroonde kampioen van de Punch-meetlat. ,,Ik denk dat ik met mijn twee meter zes zeker een van de langste leden ben. Toch is lengte niet alles hoor. Lange mensen zijn vaak lui geworden doordat ze alleen maar hun armen omhoog hoeven te steken om te kunnen blokken. Kortere volleyballers hebben uit frustratie vaak wat beter leren springen en komen daarmee soms ook een heel end.”

Vijfdejaars werktuigbouwstudente Didi Groenhoff kan alleen maar dromen van dit soort hoogtestages en is allang blij als ze bij het blokken de bal met de vingertoppen schampt. Met haar één meter zestig is ze één van de kortste Punchleden. ,,Het draait gelukkig ook niet alleen om het volleybal”, verzekert ze. Groenhoff werkte mee aan het lustrumboek. Ze verdiepte zich het afgelopen jaar in de historie van de volleybalvereniging die in vijftig jaar groeide van éénentwintig naar ongeveer driehonderd leden.

Groenhoff: ,,Punch betekent naast ‘krachtige slag’ ook zoiets als ‘nar’. We vallen dan ook een beetje buiten de gangbare structuren in studerend Delft. We zijn meer dan een gewone studentensportvereniging. Zo is het traditie dat elk team voor de wedstrijd bij een van de teamleden gaat eten.”

Dat het ook om volleybal draait, is voor de comedians op het podium niet altijd even duidelijk. Ernst van de Ende vraagt het publiek ,,of ze bij korfbal ook gemengd mogen douchen”. Na een afwijzend gebrom uit de zaal verbetert hij zichzelf snel: ,,En bij volleybal? Mogen ze daar gemengd douchen?”