Opinie

[Column] Schade

Ik wil best proberen om begrip op te brengen voor de realiteit dat, in een tijd dat er afgehakte hoofden in Amsterdam op straat worden gevonden, de politie andere prioriteiten heeft dan de dader van de schade aan mijn auto te achterhalen.

(Foto: Sam Rentmeester)

Maar eigenlijk interesseert mij dat afgehakte hoofd geen snars, omdat het niet toebehoorde aan een onschuldige burger zoals bijvoorbeeld Theo van Gogh dat was in 2004. Theo was dan wel niet onthoofd, maar Mohammed Bouyeri had het wel geprobeerd. Dit afgehakte hoofd behoorde toe aan uitschot dat een fatsoenlijke samenleving liever kwijt is dan rijk.


Tegen beter weten in deed ik toch aangifte, de kansloze illusie koesterend dat er zoiets als gerechtigheid bestaat in deze samenleving. De blonde agente van middelbare leeftijd keek me begripvol aan, en haar ogen vroegen zonder bijbehorende woorden of ik ook begrip voor de machteloosheid van de politie kon opbrengen. Dat kon ik, want het is niet de schuld van de politie dat het tuig van de richel meer rechten heeft dan eerzame burgers.


Er zijn waarschijnlijk zestig rechercheurs op ‘de zaak van het afgehakte hoofd’ gezet terwijl mijn aangifte in de la verdwijnt. En dat in de wetenschap dat mijn zaak binnen tien minuten opgelost kan zijn.


Op 25 februari wilde ik na een dag hard werken in mijn auto stappen om naar huis te rijden, toen ik aan de passagierszijde van mijn auto een flinke schade gewaar werd. Op het kleine parkeerterrein achter mijn faculteit had iemand mijn auto zwaar beschadigd. Geen briefje onder de ruitenwisser uiteraard: dader, kerkhof.


Nu wil het toeval dat er twee getuigen zijn die het hebben horen, en gedeeltelijk hebben zien gebeuren. Om 8.45 uur ramde een stationwagen tijdens een parkeerpoging mijn auto en vertrok daarna spoorslags. Prachtig: we hebben een signalement en een tijdstip! Bovendien blijken er camerabeelden te zijn van alle auto’s die het parkeerterrein oprijden en verlaten. Volgens de verantwoordelijke medewerker van de beveiliging zijn er twee stationwagens die omstreeks 8.45 uur het parkeerterrein opreden en even later weer verlieten.


Bingo! Even de bumper linksvoor (of rechtsachter) van die twee auto’s controleren en een vriendelijk gesprek met de eigenaars voeren, en de zaak is opgelost. Zou je zeggen. Maar de politie gaat er niet achteraan want een afgehakt geteisemhoofd is belangrijker, en de beveiliging mag mij de camerabeelden niet geven, want dat zou een inbreuk zijn op de privacy. Privacy? Werkelijk? Het zijn opnamen van de openbare weg, en de auto van degene die mij 1400 euro schade bezorgde, staat daarop vastgelegd. Maar de privacy van deze onverlaat weegt blijkbaar zwaarder dan het misdrijf van wegrijden na een aanrijding.


Ik hoop van harte dat het iemand van de Haagse Hogeschool was die ons parkeerterrein misbruikte en mijn auto heeft aangerand. Want het is heel moeilijk te verkroppen dat het een collega van de TU Delft zou zijn.


Dap Hartmann is astronoom. Hij werkt als onderzoeker bij de faculteit Techniek, Bestuur en Management.

Columnist Dap Hartmann

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

l.hartmann@tudelft.nl

Comments are closed.