Tijdens een bliksembezoek in Nederland heb ik naast de gewoonlijke stroopwafels, drop en kaas, ook de Delta van 1 april meegenomen. Na drie jaar afwezigheid spelen nog steeds dezelfde problemen. Een van de zorgwekkendste is wel het bindend studieadvies.
In 1989 begon ik de studie lucht- en ruimtevaarttechniek. Destijds waren er nog geen prestatie- en tempobeurzen, de laatste eeuwige studenten gingen met pensioen en de gemiddelde leeftijd kwam daarmee behoorlijk omlaag. Je kreeg twee jaar voor je P, zes jaar voor de gehele studie, hoe je dat bereikte was jouw probleem.
Na het derde kwartaal van het eerste jaar werd toen ook al een studieadvies uitgegeven, gelukkig niet bindend. Zoals velen in mijn jaar was ook ik een twijfelgevalletje, de faculteit maakte duidelijk dat ik het programma hoogstwaarschijnlijk niet in zes jaar af zou maken. Dit advies was gebaseerd op cijferinformatie en statistiek. Van persoonlijk contact was absoluut geen sprake.
Ondanks wat gestuntel van de faculteit heb ik toch mijn P in een jaar gehaald, vervolgens vijf jaar lang naast de studie nogal wat activiteiten ondernomen en precies op zes jaar afgestudeerd. Na mijn afstuderen ben ik naar Engeland verhuisd en via een omweg weer in de vliegtuigbouw terechtgekomen als projectleider.
Samenwerkend met Britse afgestudeerden valt direct een verschil op: vrijwel iedereen studeert hier op tijd af en is gewend aan hard werken. Laat ze alleen met een project en een deadline en het gebrek aan zelfdiscipline en organisatie is duidelijk. Dag in dag uit worden er brandjes geblust, maar brandpreventie komt niet ter sprake. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat de Britse werknemer langer werkt dan elke andere Europeaan (officiële informatie van de Britse overheid).
De heer Verheij heeft groot gelijk met de uitspraak dat men in een academische omgeving zelf beslissingen moet nemen over haalbaarheid. Doorzettingsvermogen is tot nu toe een van de grootste verkoopargumenten geweest voor Delftenaren. Neem de beslissingsbevoegdheid weg, dan gaat ook dat verloren.
Als de TU besluit het studieadvies bindend te maken, dan moet de beslissing op meer worden gebaseerd dan alleen een paar cijfers en statistiek. Het feit dat niemand verantwoordelijkheid wil dragen voor het wegsturen van een student maakt van het hele principe alleen maar nog een bureaucratische drempel waar eerstejaars overheen moeten klimmen.
Erik van Waart, Aerospace Systems and Technologies Ltd.
In 1989 begon ik de studie lucht- en ruimtevaarttechniek. Destijds waren er nog geen prestatie- en tempobeurzen, de laatste eeuwige studenten gingen met pensioen en de gemiddelde leeftijd kwam daarmee behoorlijk omlaag. Je kreeg twee jaar voor je P, zes jaar voor de gehele studie, hoe je dat bereikte was jouw probleem.
Na het derde kwartaal van het eerste jaar werd toen ook al een studieadvies uitgegeven, gelukkig niet bindend. Zoals velen in mijn jaar was ook ik een twijfelgevalletje, de faculteit maakte duidelijk dat ik het programma hoogstwaarschijnlijk niet in zes jaar af zou maken. Dit advies was gebaseerd op cijferinformatie en statistiek. Van persoonlijk contact was absoluut geen sprake.
Ondanks wat gestuntel van de faculteit heb ik toch mijn P in een jaar gehaald, vervolgens vijf jaar lang naast de studie nogal wat activiteiten ondernomen en precies op zes jaar afgestudeerd. Na mijn afstuderen ben ik naar Engeland verhuisd en via een omweg weer in de vliegtuigbouw terechtgekomen als projectleider.
Samenwerkend met Britse afgestudeerden valt direct een verschil op: vrijwel iedereen studeert hier op tijd af en is gewend aan hard werken. Laat ze alleen met een project en een deadline en het gebrek aan zelfdiscipline en organisatie is duidelijk. Dag in dag uit worden er brandjes geblust, maar brandpreventie komt niet ter sprake. Het is dan ook niet verbazingwekkend dat de Britse werknemer langer werkt dan elke andere Europeaan (officiële informatie van de Britse overheid).
De heer Verheij heeft groot gelijk met de uitspraak dat men in een academische omgeving zelf beslissingen moet nemen over haalbaarheid. Doorzettingsvermogen is tot nu toe een van de grootste verkoopargumenten geweest voor Delftenaren. Neem de beslissingsbevoegdheid weg, dan gaat ook dat verloren.
Als de TU besluit het studieadvies bindend te maken, dan moet de beslissing op meer worden gebaseerd dan alleen een paar cijfers en statistiek. Het feit dat niemand verantwoordelijkheid wil dragen voor het wegsturen van een student maakt van het hele principe alleen maar nog een bureaucratische drempel waar eerstejaars overheen moeten klimmen.
Erik van Waart, Aerospace Systems and Technologies Ltd.
Comments are closed.