Hans Wamelink stopt na iets meer dan een jaar als decaan van TBM. Hoe gaat de faculteit verder zonder hem?
Het college van bestuur liet deze week in een e-mail aan alle medewerkers weten dat professor Hans Wamelink zal terugtreden als decaan van de faculteit Techniek, Bestuur en Management (TBM), om ‘afwegingen van inhoudelijke en persoonlijke aard’. Wamelink zal aanblijven tot er een interim-vervanger is aangesteld. Het streven daarvoor is oktober 2018. Hij is dus niet meteen weg, maar laat via e-mail weten geen behoefte te hebben aan een nadere toelichting.
Regina Tange, voorzitter van de onderdeelcommissie (odc, de medezeggenschap voor TBM-medewerkers), wil wel reageren op het vertrek van de decaan. “Het was een grote verrassing toen we het hoorden. We hadden geen reden om te vermoeden dat er problemen waren”, vertelt zij. “Wamelink en TBM waren én zijn een goede match. We vonden dat hij op een goede manier sturing gaf. Als odc voelden we ons altijd gesteund en gehoord. Wat ons betreft had hij langer mogen blijven.”
De facultaire studentenraad heeft dezelfde ervaring, blijkt uit het verhaal van voorzitter Wietse Kruijsse. “We waren verrast en vinden het jammer dat Hans terugtreedt. We hadden een goede relatie en hebben op constructieve wijze de dialoog gevoerd. Ik heb niet eerder gemerkt dat iets hem beperkte in zijn werk.”
Identiteit TBM belangrijk voor studenten
Hoe prettig de samenwerking ook was, zij duurde niet lang. De hoogleraar bouwmanagement trad aan op 1 mei 2017. Helemaal nieuw was de functie van decaan niet voor hem. Tussen augustus 2014 en mei 2015 was hij al waarnemend decaan van Bouwkunde. Bij zijn aantreden bij TBM zei hij in een interview met Delta nog ‘helemaal klaar’ te zijn voor zijn nieuwe functie.
Wamelink had een goede start, vindt Tange. In oktober 2017 was het meerjarenplan voor de faculteit klaar, het visiedocument waar TBM jarenlang naar had uitgekeken. De faculteit had voor Wamelinks komst twee jaar zonder vaste decaan gezeten, waardoor het afmaken van een nieuwe toekomstvisie was blijven liggen.
Ondanks Wamelinks vertrek vertrouwt Tange erop dat dat plan en de uitwerking ervan ‘stand zullen houden’. Zij beschrijft TBM als een ‘succesvolle faculteit, die haar plek weet te veroveren’ en waar ‘het allemaal goed loopt’. “Bekende dossiers als veiligheid en de verbouwing van de kantine lopen wel door.” Verder blijft werkdruk ‘hoog op de agenda’. “Iedereen is ervan doordrongen dat dat een belangrijk punt is. Werkdruk is bespreekbaar gemaakt en dat scheelt al enorm.”
Voor studenten is vooral de identiteit van de faculteit een belangrijk punt, zegt Kruijsse. Studenten hebben door ruimtegebrek in het eigen faculteitsgebouw vaak elders college. “Zij moeten betrokken zijn en het gevoel hebben dat TBM een beetje van hun is, dat het een thuis is. Wij hebben er samen met Hans over nagedacht hoe dat zou kunnen. We zullen hem binnenkort vragen wat er met dit soort plannen gaat gebeuren.” Overigens gaat Kruijsse ervan uit de overgang naar een opvolger van Wamelink ‘soepel zal verlopen’. “We zullen afwachten wat de toekomst brengt.”
En Wamelink? Als zijn vervanger gevonden is, zal hij terugkeren als hoogleraar bij Bouwkunde.
Comments are closed.