Campus

Universiteiten ontdekken nieuwe melkkoe: alumni

Uit het oog, uit het hart. Dat gold lange tijd voor de verhouding tussen universiteiten en hun afgestudeerden. Maar de tijden zijn veranderd.

Nu kunnen studenten op de dag dat ze hun bul krijgen een brief van het alumnibureau verwachten. En steeds vaker ook een acceptgiro.

Met korting een Rolls Royce huren, kamperen op camping De Oude Molen of eten bij Zorba de Griek. Afgestudeerden van de Katholieke Universiteit Nijmegen boffen. Ze kunnen goedkoop cursussen volgen of een pas voor de universiteitsbibliotheek krijgen. Ook andere universiteiten doen hun best om een warme band met hun ex-studenten te smeden. Ze krijgen een abonnement op een glanzend alumnitijdschrift of toegang tot een speciale internetpagina, waar ze onderling kunnen netwerken.

Ook de TU gaat werk maken van het alumnibeleid. Een centrale alumnicoördinator is deze week aan de slag gegaan, een managementtrainee gaat vanaf september de mogelijkheden van fundraising onderzoeken. De bestaande database van alumni % het lezersbestand van Delft Integraal % wordt tot speciale website omgetoverd. Ten tijde van de Technologiedag in november moet een eerste versie van de website operationeel zijn.

Dat de noodzaak van alumnibeleid pas de laatste jaren gevoeld wordt, heeft te maken met de veranderde positie van de universiteiten. Ze zijn minder afhankelijk van de overheid, onderscheiden zich duidelijker van elkaar en zijn meer dan vroeger elkaars concurrenten. ,,Het contact met afgestudeerden is belangrijk. Die kunnen vertellen wat zij van hun opleiding vonden en wat er moet veranderen”, aldus alumnimedewerker Leneke Visser van de Universiteit Utrecht.

Universiteiten hebben nog een motief om hun alumni te koesteren: er valt geld te halen. In Amerika halen universiteiten een groot deel van hun inkomsten binnen via fundraising onder ex-studenten. Hoe krijg je afgestudeerden zo ver dat ze de portemonnee trekken voor ‘hun’ universiteit? De Universiteit Leiden heeft gekozen voor de directe aanpak. Ze vraagt haar alumni geld te storten in haar eigen Leids Universiteitsfonds (LUF). Het geld wordt gebruikt voor vernieuwende projecten in onderzoek en onderwijs. Met een bijdrage minder dan honderd gulden per afgestudeerde neemt het fonds geen genoegen.

Koud

In Utrecht steunt ongeveer tien procent van de afgestudeerden het universiteitsfonds. Zij storten niet meer dan de verplichte minimale bijdrage van 25 gulden. ,,Je kunt niet verwachten dat de miljoenen binnenstromen”, zegt Visser. ,,Daarvoor zijn we nog te kort bezig.”

Ruim vijf jaar geleden hield de Universiteit Utrecht een enquête waarin afgestudeerden mochten aangeven hoe ze hun relatie met de universiteit vonden. De uitkomst was ‘niet erg positief’, zegt Visser. ,,Ze zeiden net niet: ‘koud’.” Een nieuw onderzoek, twee jaar geleden, was evenmin hoopgevend. ,,Het is onzin om opeens na de studie de band aan te trekken als je tijdens je studie geen band met de universiteit hebt”, kregen de onderzoekers van alumni te horen.

Voor Alfred Stobbelaar, alumnimedewerker aan de Universiteit Twente gaat fundraising te ver. ,,Wij zijn drie jaar bezig met alumnibeleid en hebben net mensen enthousiast gekregen om bijvoorbeeld voorlichting te gaan geven op middelbare scholen. Dan moet je geen wrevel wekken door een donatie te vragen.”

Als alumni geld opleveren, zal dat vooral via postacademisch onderwijs kunnen, stelt Stobbelaar. ,,Deze mensen zijn gewend via hun bedrijf honderden guldens per dag aan cursussen uit te geven, terwijl we van een gewone student maar 2800 gulden collegegeld per jaar krijgen. Als we de band met onze alumni onderhouden, volgen ze eerder bij ons een cursus dan bij een ander. En dat levert dus geld op.”

Uit het oog, uit het hart. Dat gold lange tijd voor de verhouding tussen universiteiten en hun afgestudeerden. Maar de tijden zijn veranderd. Nu kunnen studenten op de dag dat ze hun bul krijgen een brief van het alumnibureau verwachten. En steeds vaker ook een acceptgiro.

Met korting een Rolls Royce huren, kamperen op camping De Oude Molen of eten bij Zorba de Griek. Afgestudeerden van de Katholieke Universiteit Nijmegen boffen. Ze kunnen goedkoop cursussen volgen of een pas voor de universiteitsbibliotheek krijgen. Ook andere universiteiten doen hun best om een warme band met hun ex-studenten te smeden. Ze krijgen een abonnement op een glanzend alumnitijdschrift of toegang tot een speciale internetpagina, waar ze onderling kunnen netwerken.

Ook de TU gaat werk maken van het alumnibeleid. Een centrale alumnicoördinator is deze week aan de slag gegaan, een managementtrainee gaat vanaf september de mogelijkheden van fundraising onderzoeken. De bestaande database van alumni % het lezersbestand van Delft Integraal % wordt tot speciale website omgetoverd. Ten tijde van de Technologiedag in november moet een eerste versie van de website operationeel zijn.

Dat de noodzaak van alumnibeleid pas de laatste jaren gevoeld wordt, heeft te maken met de veranderde positie van de universiteiten. Ze zijn minder afhankelijk van de overheid, onderscheiden zich duidelijker van elkaar en zijn meer dan vroeger elkaars concurrenten. ,,Het contact met afgestudeerden is belangrijk. Die kunnen vertellen wat zij van hun opleiding vonden en wat er moet veranderen”, aldus alumnimedewerker Leneke Visser van de Universiteit Utrecht.

Universiteiten hebben nog een motief om hun alumni te koesteren: er valt geld te halen. In Amerika halen universiteiten een groot deel van hun inkomsten binnen via fundraising onder ex-studenten. Hoe krijg je afgestudeerden zo ver dat ze de portemonnee trekken voor ‘hun’ universiteit? De Universiteit Leiden heeft gekozen voor de directe aanpak. Ze vraagt haar alumni geld te storten in haar eigen Leids Universiteitsfonds (LUF). Het geld wordt gebruikt voor vernieuwende projecten in onderzoek en onderwijs. Met een bijdrage minder dan honderd gulden per afgestudeerde neemt het fonds geen genoegen.

Koud

In Utrecht steunt ongeveer tien procent van de afgestudeerden het universiteitsfonds. Zij storten niet meer dan de verplichte minimale bijdrage van 25 gulden. ,,Je kunt niet verwachten dat de miljoenen binnenstromen”, zegt Visser. ,,Daarvoor zijn we nog te kort bezig.”

Ruim vijf jaar geleden hield de Universiteit Utrecht een enquête waarin afgestudeerden mochten aangeven hoe ze hun relatie met de universiteit vonden. De uitkomst was ‘niet erg positief’, zegt Visser. ,,Ze zeiden net niet: ‘koud’.” Een nieuw onderzoek, twee jaar geleden, was evenmin hoopgevend. ,,Het is onzin om opeens na de studie de band aan te trekken als je tijdens je studie geen band met de universiteit hebt”, kregen de onderzoekers van alumni te horen.

Voor Alfred Stobbelaar, alumnimedewerker aan de Universiteit Twente gaat fundraising te ver. ,,Wij zijn drie jaar bezig met alumnibeleid en hebben net mensen enthousiast gekregen om bijvoorbeeld voorlichting te gaan geven op middelbare scholen. Dan moet je geen wrevel wekken door een donatie te vragen.”

Als alumni geld opleveren, zal dat vooral via postacademisch onderwijs kunnen, stelt Stobbelaar. ,,Deze mensen zijn gewend via hun bedrijf honderden guldens per dag aan cursussen uit te geven, terwijl we van een gewone student maar 2800 gulden collegegeld per jaar krijgen. Als we de band met onze alumni onderhouden, volgen ze eerder bij ons een cursus dan bij een ander. En dat levert dus geld op.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.