Eye-Net: je zet een bril op met twee actieve matrix TFT XGA-beeldschermen met een resolutie van 1075 x 1025 pixels, en stapt in het leven van een ander.
br />
De ander moet wel een helm op zijn hoofd hebben met een camera erop, maar dan kan ook werkelijk alles: of hij zich nou op IJsland bevindt of in de woestijn, je leeft door zijn ogen zijn leven met hem mee.
Eye-Net is een vinding uit het toneelstuk ‘Pixels’; bedacht, geschreven, geregisseerd en gespeeld door zes afgestudeerde toneelschoolstudenten en één multimedia-geek. Een toneelstuk dat tot stand kwam met behulp van TU-studenten en dat zich werpt op vragen als ‘hoe verhouden mensen zich tot hun materiële en technologische omgeving?’ en ‘hoe denkt de nieuwe generatie technische wetenschappers over de toekomst?’
Initiatiefnemers en uitvoerders van dit multimedia-spektakel zijn Matijs Jansen, Wine Dierickx, Walter Bart, Marleen Scholten, Yonina Spijker en Maartje Remmers, kortweg Jonghollandia. De compu-techneut is Keez (met een z) Duyves. Pixels (met als welluidende ondertitel ‘de geestdriftige moed der elementen’) is hun tweede voorstelling, na de Magical Brabant Mistery Tour.
Jansen (bekend van de tv-serie ‘Oppassen’): ,,Wij kennen elkaar van de toneelschool in Maastricht. Al tijdens de studie besloten we bij elkaar te blijven.” Ze wisten het zo te regelen dat ze werden opgenomen door toneelgroep ZT Hollandia, en opereren sindsdien semi-zelfstandig als Jonghollandia. Een gouden greep: ,,ZT Hollandia kan er subsidie mee binnenslepen, en wij krijgen de middelen om een productie te maken.”
Nerderig
Jansen, daags na de eerste voorstelling in een serie van twee in De Melkweg in Amsterdam, de enige keren dat het stuk wordt opgevoerd buiten de Technische Universiteiten: ,,Het idee is dat we stukken maken die we helemaal toespitsen op een bepaalde doelgroep.” Het eerste was een bewerking van een traditioneel Brabants verhaal en werd opgevoerd in tal van buurthuizen, verspreid over de provincie.
Voor het tweede stuk bivakkeerde Jonghollandia een paar weken in een werkcontainer op het terrein van de TU Eindhoven. Jansen: ,,Als thema voor het stuk hadden we de enorme invloed van de techniek op het alledaagse leven.” Jansen toont zich met name gefascineerd door ‘de mogelijkheid om een leven te hebben náást je werkelijke leven’, met als meest rudimentaire voorbeeld dat je in een chatbox een nieuwe persoonlijkheid kunt aannemen.
De jonge acteurs (allemaal mid-twintig) namen enquêtes af op de TUE. Jansen: ,,Wij waren heel benieuwd naar wat techniekstudenten dachten over de techniek en de maatschappij.” Dachten die daar dan wel eens over? Jansen: ,,Het viel ons reuze mee. We hadden er vragen bij zitten als ‘Wat is dood?’ Redelijk vaag dus, maar daar kwamen heel leuke antwoorden op. Niet zo nerderig als je misschien zou verwachten.”
De enquêtes dienden uiteindelijk als uitgangspunt, als katalysator. Zwaarder steunt het stuk op twee boeken van Douglas Coupland, ‘Microslaven’ en ‘Generatie X’, en op de activiteiten van multimedia-creator Keez Duyves, de geestelijk vader van Eye-Net. Hij bevindt zich op de achtergrond, achter een computer, terwijl zes jonge, hippe maar totaal verschillende types de toeschouwer bekend maken met het fenomeen Eye-Net. Ze laten zien hoe de een over de schouder van de ander ‘mee kan leven’.
Egosearch
De voorstelling is bij vlagen hilarisch. Aan het begin wordt een aantal nieuwe begrippen vermeld, die in een modern woordenboek zouden kunnen staan en rechtstreeks voortkomen uit de jongstetechnologische ontwikkelingen. Zo is daar het begrip Egosearch: je naam bij verschillende zoekmachines invoeren en kijken hoeveel hits je krijgt. Of Volle GSM-Eenzaamheid: je alleen voelen terwijl je mobiele telefoon volgeprogrammeerd is met nummers.
Pixels gaat over techniek en maatschappij, over het individu en de globalisering. Over de afwezigheid van vaste waarden en de inwisselbaarheid van overtuigingen. Misschien nog wel het best geïllustreerd door Spoof, die eerst verklaart boeddhist te zijn, en enkele minuten later, met dezelfde stelligheid zichzelf tot marxist bestempelt.
Er wordt veel gesproken, maar echte gesprekken vinden nooit plaats. Eerder monologen. En bijna altijd over een ander. Zo vertelt Bambi over het liefdeleven van Freud 78, en Arlene (van de tweeling Arlene en Darlene) over het vermeende masturbatiegedrag van de Bulgaar Karl. Iedereen zegt slechts één keer iets werkelijk persoonlijks, en dat zijn zonder uitzondering de meest emotionele momenten van de voorstelling.
Pixels wordt vier maal opgevoerd op de TU Delft: ma. 25, di. 26, wo. 27 en do. 28 februari. Alle voorstellingen zijn in het Gaac-gebouw, De Vries van Heystplantsoen 2, en beginnen om 20.00 uur. Entree is euro 4,-. Voorverkoop bij Studium Generale, Mekelweg 10, of telefonisch bij Jonghollandia: 040-2333633.
Eye-Net: je zet een bril op met twee actieve matrix TFT XGA-beeldschermen met een resolutie van 1075 x 1025 pixels, en stapt in het leven van een ander.
De ander moet wel een helm op zijn hoofd hebben met een camera erop, maar dan kan ook werkelijk alles: of hij zich nou op IJsland bevindt of in de woestijn, je leeft door zijn ogen zijn leven met hem mee.
Eye-Net is een vinding uit het toneelstuk ‘Pixels’; bedacht, geschreven, geregisseerd en gespeeld door zes afgestudeerde toneelschoolstudenten en één multimedia-geek. Een toneelstuk dat tot stand kwam met behulp van TU-studenten en dat zich werpt op vragen als ‘hoe verhouden mensen zich tot hun materiële en technologische omgeving?’ en ‘hoe denkt de nieuwe generatie technische wetenschappers over de toekomst?’
Initiatiefnemers en uitvoerders van dit multimedia-spektakel zijn Matijs Jansen, Wine Dierickx, Walter Bart, Marleen Scholten, Yonina Spijker en Maartje Remmers, kortweg Jonghollandia. De compu-techneut is Keez (met een z) Duyves. Pixels (met als welluidende ondertitel ‘de geestdriftige moed der elementen’) is hun tweede voorstelling, na de Magical Brabant Mistery Tour.
Jansen (bekend van de tv-serie ‘Oppassen’): ,,Wij kennen elkaar van de toneelschool in Maastricht. Al tijdens de studie besloten we bij elkaar te blijven.” Ze wisten het zo te regelen dat ze werden opgenomen door toneelgroep ZT Hollandia, en opereren sindsdien semi-zelfstandig als Jonghollandia. Een gouden greep: ,,ZT Hollandia kan er subsidie mee binnenslepen, en wij krijgen de middelen om een productie te maken.”
Nerderig
Jansen, daags na de eerste voorstelling in een serie van twee in De Melkweg in Amsterdam, de enige keren dat het stuk wordt opgevoerd buiten de Technische Universiteiten: ,,Het idee is dat we stukken maken die we helemaal toespitsen op een bepaalde doelgroep.” Het eerste was een bewerking van een traditioneel Brabants verhaal en werd opgevoerd in tal van buurthuizen, verspreid over de provincie.
Voor het tweede stuk bivakkeerde Jonghollandia een paar weken in een werkcontainer op het terrein van de TU Eindhoven. Jansen: ,,Als thema voor het stuk hadden we de enorme invloed van de techniek op het alledaagse leven.” Jansen toont zich met name gefascineerd door ‘de mogelijkheid om een leven te hebben náást je werkelijke leven’, met als meest rudimentaire voorbeeld dat je in een chatbox een nieuwe persoonlijkheid kunt aannemen.
De jonge acteurs (allemaal mid-twintig) namen enquêtes af op de TUE. Jansen: ,,Wij waren heel benieuwd naar wat techniekstudenten dachten over de techniek en de maatschappij.” Dachten die daar dan wel eens over? Jansen: ,,Het viel ons reuze mee. We hadden er vragen bij zitten als ‘Wat is dood?’ Redelijk vaag dus, maar daar kwamen heel leuke antwoorden op. Niet zo nerderig als je misschien zou verwachten.”
De enquêtes dienden uiteindelijk als uitgangspunt, als katalysator. Zwaarder steunt het stuk op twee boeken van Douglas Coupland, ‘Microslaven’ en ‘Generatie X’, en op de activiteiten van multimedia-creator Keez Duyves, de geestelijk vader van Eye-Net. Hij bevindt zich op de achtergrond, achter een computer, terwijl zes jonge, hippe maar totaal verschillende types de toeschouwer bekend maken met het fenomeen Eye-Net. Ze laten zien hoe de een over de schouder van de ander ‘mee kan leven’.
Egosearch
De voorstelling is bij vlagen hilarisch. Aan het begin wordt een aantal nieuwe begrippen vermeld, die in een modern woordenboek zouden kunnen staan en rechtstreeks voortkomen uit de jongstetechnologische ontwikkelingen. Zo is daar het begrip Egosearch: je naam bij verschillende zoekmachines invoeren en kijken hoeveel hits je krijgt. Of Volle GSM-Eenzaamheid: je alleen voelen terwijl je mobiele telefoon volgeprogrammeerd is met nummers.
Pixels gaat over techniek en maatschappij, over het individu en de globalisering. Over de afwezigheid van vaste waarden en de inwisselbaarheid van overtuigingen. Misschien nog wel het best geïllustreerd door Spoof, die eerst verklaart boeddhist te zijn, en enkele minuten later, met dezelfde stelligheid zichzelf tot marxist bestempelt.
Er wordt veel gesproken, maar echte gesprekken vinden nooit plaats. Eerder monologen. En bijna altijd over een ander. Zo vertelt Bambi over het liefdeleven van Freud 78, en Arlene (van de tweeling Arlene en Darlene) over het vermeende masturbatiegedrag van de Bulgaar Karl. Iedereen zegt slechts één keer iets werkelijk persoonlijks, en dat zijn zonder uitzondering de meest emotionele momenten van de voorstelling.
Pixels wordt vier maal opgevoerd op de TU Delft: ma. 25, di. 26, wo. 27 en do. 28 februari. Alle voorstellingen zijn in het Gaac-gebouw, De Vries van Heystplantsoen 2, en beginnen om 20.00 uur. Entree is euro 4,-. Voorverkoop bij Studium Generale, Mekelweg 10, of telefonisch bij Jonghollandia: 040-2333633.

Comments are closed.