Universitair docent Alessandro Bombelli (Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek) is docent van het jaar van de TU Delft. Delta vroeg hem om tentamentips: “Focus je op de stof in plaats van op het tentamen.”
Elk jaar kiezen de studieverenigingen per faculteit een docent van het jaar. Uit de poule van acht docenten die zo ontstaat, kiezen vice-rector magnificus Rob Mudde en Teaching Academy-directeur Annoesjka Cabo dan een TU-docent van het jaar. Dit keer is dat Alessandro Bombelli (faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek). Delta vroeg hem naar zijn manier van lesgeven, zijn tips voor de tentamenweek en zijn toekomstplannen.
Hoe houd je studenten bij de les?
“Ik probeer veel humor te gebruiken, al moet je wel van mijn grapjes houden. Het belangrijkste vind ik het om als een soort brug te fungeren. Studenten voelen soms een enorme afstand tot de universiteit. Dat gat probeer ik te dichten. Door empathisch te zijn, door hun naam te kennen, door ze proberen te snappen. Het is het mooiste wanneer ik de tijd neem om een student één-op-één iets uit te leggen en ik opeens het kwartje zie vallen. Dat hun ogen oplichten en ik ze zie denken: ‘nú snap ik het’. Verder gebruik ik graag memes en spelletjes tijdens mijn lessen.”
Welke lessen geef je?
“Ik geef vier vakken voor bachelor-, minor- als masterstudenten. Ook ben ik coach van projectgroepen. Bij veel lessen komen wiskundige formules en algoritmes kijken, zoals bij het mastervak Operations Optimisation. Studenten leren daar wiskundige formules te gebruiken om processen te optimaliseren. Een voorbeeld is hoe je goederen vanuit meerdere plekken naar hun bestemmingen vervoert, met zo laag mogelijke transportkosten en rekening houdend met de wensen van de klant.”
‘Met spelletjes laat ik studenten begrijpen waarom ze een wiskundige formule gebruiken’
Je had het over memes, hoe gebruik je die in je lessen?
“In mijn presentaties zitten eigenlijk allerlei soorten memes die ik online opzoek. Op internet staat veel troep, maar kun je ook hele leuke dingen vinden. Als ik studenten een spel laat spelen kondig ik dat bijvoorbeeld aan met Jigsaw, het personage uit de horrorfilmreeks Saw. Zijn gevleugelde uitspraak is Let’s play a game.”
En de spelletjes? Is het lang leve de lol of leren studenten er iets van?
“De spelletjes gebruik ik altijd om studenten de stof beter te laten begrijpen en ze het grotere geheel te laten zien. Zodat ze gaan snappen waaróm ze een wiskundige formule gebruiken.
Eén van de spellen is een kaartspel waarbij ze avonturiers zijn en tegenstanders zoals monsters moeten verslaan. Elke tegenstander die je verslaat, snoept levenspunten bij je weg. Maar je krijgt er ook beloningspunten voor terug. Je moet dus bedenken welke tegenstanders je moet verslaan om zoveel mogelijk beloning te krijgen zonder dat je doodgaat.
De eerste ronde is nog wel te doen, maar de daaropvolgende rondes zijn haast zo ingewikkeld dat je bij het maken van keuzes hulp nodig hebt van een algoritme. Zo gaan studenten hopelijk de toegevoegde waarde inzien van goed geschreven algoritmes. Dit kaartspel is een variant van het Knapzak-probleem, waarbij je zoveel mogelijk goederen van waarde in een zak moet krijgen zonder dat je het gewicht overschrijdt.”
Ben je zelf een gameliefhebber?
“Ik ben geen diehard fan, maar speel af en toe graag een spelletje. Mijn favoriete game is Codenames, een kaartspel waarbij je door middel van een slim gekozen woord – de codenaam – je team meerdere woorden moet laten raden. Je moet creatief zijn en snappen hoe je teamgenoten denken.
Overigens heb ik niet alle spellen uit mijn lessen zelf ontworpen. Dankzij een kleine grant van de Library kon ik aankloppen bij het Gamelab van de faculteit Techniek, Bestuur en Management. Ik bedacht dat het spel over het Knapzak-probleem moest gaan en zij hebben het verhaal bedacht, de kaarten ontworpen en het spel geproduceerd.
Een ander spel – over het bin-packing probleem – heb ik wel zelf ontworpen. Studenten moeten hierbij vierkantjes en rechthoeken zo efficiënt mogelijk in een grotere rechthoek passen. Die vierkantjes en rechthoekjes staan bijvoorbeeld voor bagage en het grotere vierkant voor het laadruim van een vliegtuig.”
‘Focus je op de stof in plaats van het tentamen’
De studiezalen zitten momenteel vol zwoegende studenten. Heb jij tentamentips voor ze?
“Het is alweer even geleden dat ik zelf studeerde. Mijn grootste tip is misschien niet de meest makkelijke. Toch geef ik hem: probeer je te focussen op de stof in plaats van op het tentamen. Dus leer niet alleen de formules van de vragen die je op het tentamen verwacht, maar probeer echt het grotere geheel van de stof te snappen.
Op die manier zit je niet met je handen in het haar wanneer een wiskundige formule tijdens het tentamen op een iets andere manier terugkomt dan tijdens de les. En wees niet bang om vragen te stellen. Als jij iets niet snapt, is de kans groot dat jouw klasgenoten het ook niet snappen.
Het allerbelangrijkste: vergeet niet te genieten. Ja, de tentamentijd is stressvol. En ja, studeren kan ontzettend zwaar zijn. Maar het is ook een enorm mooie tijd. Je begint als late tiener en als je bent afgestudeerd, ben je bijna volwassen. Onderweg maak je samen met andere studenten allerlei nieuwe dingen mee. Ik koester die jaren nog steeds en heb als student mijn vrouw en sommige van beste mijn vrienden ontmoet.”
Je geeft meer vakken dan de meeste universitair docenten. Hoe zorg je dat je voor zowel onderwijs als onderzoek genoeg tijd hebt?
“Klopt. De meesten geven twee vakken. Ik geef er vier à vijf. Ik mag van mijn afdeling gelukkig meer tijd besteden aan lesgeven. Het verschilt per kwartaal, maar over het algemeen besteed ik 60 procent van mijn tijd aan doceren en 40 procent van mijn tijd aan wetenschap.
Doceren geeft enorm veel voldoening. Tuurlijk, het is niet elke dag rozengeur en maneschijn maar ik haal er mijn energie uit. Het houdt me op de been. Tegelijk zou ik niet zonder wetenschap kunnen. Onderzoek houdt je scherp. Je moet altijd nét dat stapje extra zetten om innovatief te blijven.”
Een docent van het jaar krijgt vijfduizend euro prijzengeld. Wat ga je daarmee doen?
“Dat doet me eraan denken dat ik het rekeningnummer van mijn afdeling nog moet doorgeven zodat de Teaching Academy het prijzengeld daadwerkelijk kan overmaken. Het geld is officieel voor mijn afdeling, maar ik hoop het voor een project in te kunnen zetten waar ik al langer met collega’s aan werk: een open access boek over optimalisatie. Ik zou met het geld een teaching assistent willen inhuren die helpt het boek te verbeteren. Of misschien koop ik iets voor de gehele afdeling, bijvoorbeeld apparatuur om goede online lessen op te nemen.”
- Bombelli heeft bekende voorgangers zoals Christien Janssen (Bouwkunde, 2022) Tom Burdyny (TNW, 2021), Joris Melkert (L&R, 2019), Calvin Rans (L&R, 2018) en Giulia Calabretta (IO, 2017).
Alessandro Bombelli kwam in 2017 naar de TU Delft en was eerst als postdoc verbonden aan de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen. Daarna kwam hij terecht bij de faculteit Luchtvaart- en Ruimtevaarttechniek, waar hij onder meer onderzoek doet in samenwerking met KLM Cargo. Bombelli geeft vier vakken – waaronder Air Transportation en Physics – en woont in Delft.
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
a.m.debruijn@tudelft.nl
Comments are closed.