Campus
Samenwerkingsovereenkomst

Roeiers en beroepsvaart werken samen aan betere veiligheid op het water

Tien roeiverenigingen tekenen een nieuwe samenwerkingsovereenkomst met binnenvaartschippers en de provincie Zuid-Holland voor een betere veiligheid op het water. Wat gaat dat convenant in de praktijk betekenen?

Om de zichtbaarheid op het water te verbeteren moeten roeiers voor of achterin de boot lichte kleuren dragen. (Foto: Thijs van Reeuwijk)

Een groot binnenschip is slecht manoeuvreerbaar, heeft beperkt zicht en een heel lange remweg. De combinatie met lichte, snelle en wendbare roeiboten ligt dus niet echt voor de hand. Maar omdat ze nu eenmaal hetzelfde vaarwater delen, moeten ze toch met elkaar omgaan. Voor de Delftse roeiverenigingen DSRV Laga en DSR Proteus-Eretes is dat vaarwater de Delftse Schie, maar het convenant van de provincie, dat op 26 september ondertekend werd, heeft betrekking op alle gedeelde vaarwegen in Zuid-Holland.

Zuid-Holland is de eerste provincie waar zulke afspraken zijn gemaakt tussen roeiers en beroepsvaartvereniging Schuttevaer. Volgens Lagavoorzitter Martin van Veen brengt roeibond KNRB het convenant onder de aandacht van haar leden als model voor heel Nederland.

Roeiers en schippers

‘We krijgen jaarlijks verschillende meldingen van bijna-aanvaringen’, schrijft woordvoerder Frank Beijen namens de provincie aan Delta in een toelichting. ‘Vaak is het een samenloop van omstandigheden of zijn het roeiers die risico’s onderschatten: die vlak voor een binnenvaartschip zitten of nog net even inhalen voor een versmalling, of die in de dode hoek van een binnenvaartschip zitten (dus vlak voor het schip roeien). Naast dat de schipper deze roeiers dan niet goed ziet, kan hij ook niet meer op tijd stoppen of uitwijken als er iets met de roeiers gebeurt. Dat is gevaarlijk. Roeiers zijn kwetsbare verkeersdeelnemers. Daar willen we ze van bewust maken.’

“Ik denk dat roeiers dat wel weten, maar het moet af en toe aangescherpt worden”, reageert Marieke Vassen, materiaalcommissaris bij Laga. “Ik heb gisteren nog een lullepot gehouden voor de hele vereniging. Denk aan je zichtbaarheid. Je voorkomt ongelukken als je een wit shirt draagt in plaats van zwart omdat je veel beter zichtbaar bent. De opvangcommissie maakt dat ook duidelijk aan alle 250 eerstejaars. Als iemand dan toch een donker shirt draagt op het water zeggen we daar wat van.”

“Er is niet superveel veranderd in vergelijking met de vorige versie van vijf jaar geleden”, constateert Mees Rapp, commissaris externe betrekkingen bij Proteus-Eretes. Wel vindt hij dat het convenant bijdraagt aan een betere veiligheid op het water. Voor de roeiers houdt dat in dat ze zorgen dat ze goed zichtbaar zijn op het water, en dat ze regelmatig herinnerd worden aan de gevaren. “We doen daar af en toe een blogpost over van ‘hey, het wordt weer vroeger donker. Zorg dat je zichtbaar bent en denk om je veiligheid’. Dat soort reminders.’

Schuttevaer

Wat is er veranderd ten opzichte van het vorige convenant? Provinciewoordvoerder Beijen  noemt dat schippers moeten weten wat ze kunnen verwachten in bijvoorbeeld de omgeving van Delft: smal water, veel bruggen en veel roeiers – dus extra opletten.  Ook moeten beroepsschippers rekening houden met roeiers en vaart minderen.”

In het convenant staat: ‘Schuttevaer maakt haar leden in het bijzonder alert op de risico’s van inhalen op smal vaarwater en in de omgeving van bruggen’. Daarnaast stimuleert Schuttevaer het gebruik van camera’s op de boeg of de mast om het zicht voor schippers te verbeteren en de dode hoek te verkleinen.

Vaak eerstejaars

Uit gesprekken met schippers begreep Laga-voorzitter Martin van Veen dat het vaak eerstejaarsploegen zijn die in gevaarlijke situaties terechtkomen. “Ouderejaars roeiers weten beter wat ze kunnen. Eerstejaars weten nog niet zo goed wat ze aan het doen zijn. Als de stuurman onder druk van de situatie onduidelijke commando’s geeft, kan dat tot verwarring leiden waardoor ze dichter in de buurt van een binnenvaarschip komen dan dat ze willen.”

Bij ouderejaarsploegen gaan de irritaties vaak over inhalen, een riskante manoeuvre waar Van Veen zelf ook ervaring mee heeft. “Meestal gaat het goed, maar ik heb ook meegemaakt dat wij veel sneller gingen dan een binnenvaartschip, wat ook moet. Maar bij het passeren kwamen we in de hoge boeggolf terecht en onze boot liep vol. Toen was het hozen en erachter blijven. Inhalen is een complexe kwestie van locatie, snelheidsverschil, omstandigheden, zicht en ander verkeer.”

Inhalen is een complexe kwestie van locatie, snelheidsverschil, omstandigheden, zicht en ander verkeer

“Met de beroepsschippers is de verhouding goed”, vindt Mees Rapp (Proteus-Eretes). Door de dialoog voor het convenant is er meer begrip ontstaan over en weer. Een coach op de fiets steekt zijn duimpje op naar de schipper. Dat soort dingen houdt de verstandhouding goed. “De beroepsvaart gaat bewust om met onze veiligheid. Maar nu hebben we meer last van de pleziervaart. Jachtjes en motorsloepen onderschatten vaak hun snelheid en de golfslag. Maar ja, die hebben geen overkoepelende vereniging waarmee we om tafel kunnen.”

Bij vertrek van Laga legt een slank bootje aan met twee roeiers. Beiden dragen een donkerblauw shirt. Ondanks alle inspanningen is de KNRB Richtlijn Zichtbaarheid (uit 2021) nog niet bij iedereen geland. Van Veen noemt dit een ongelukkig toeval, “want over het algemeen gaat dit juist goed.”

Wetenschapsredacteur Jos Wassink

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

j.w.wassink@tudelft.nl

Comments are closed.