Campus

Liever sleutelen dan studeren

Hij bouwde een personenauto om tot sportwagen, zocht sponsors en zette zijn eigen rallyteam op. Ondertussen liet Jan Dirk Kruit zijn studie luchtvaart- en ruimtevaarttechniek links liggen.

,,Het is prachtig om de leerstof van een tentamen mechanica dat je net niet hebt gehaald, toch los te laten op de motor van een sportauto.”

Jan Dirk Kruit kan alleen nog raden naar het gevoel dat een rallycoureur tijdens een wedstrijd heeft. Zelf scheurde hij weliswaar als 8-jarige al in een schaalmodel van een jeep over afgelegen landweggetjes en inmiddels heeft hij er ook een racecursus en vele trainingen in zijn eigen sportwagen opzitten. Maar nooit nam de student luchtvaart- en ruimtevaarttechniek deel aan een echte rally: een wedstrijd tussen tientallen personenauto’s over een afgezet deel van de openbare weg, zoals er ieder jaar negen worden verreden in het Nederlands Rallysprint Kampioenschap. Kruit keek naar die wedstrijden op televisie en hij imiteerde ze achter zijn spelcomputer. Maar volgende week, tijdens de rallysprint van Hulst, neemt hij voor het eerst plaats in de auto van zijn eigen Bezemer Rallyteam.

,,Je zit helemaal vastgesnoerd in je stoel en je voelt elke beweging die zo’n auto maakt”, weet hij van zijn trainingssessies. ,,In een paar seconden zie je de teller van nul naar honderd kilometer per uur stijgen. Als je naar buiten kijkt, denk je dat het niet zo erg hard gaat. Maar je haalt uiteindelijk snelheden van 230 kilometer per uur. En tijdens een wedstrijd komt het competitie-element er ook nog eens bij.”

Kruit is verslingerd aan de rallysport. In het afgelopen half jaar zette hij alles opzij om een stoeltje te veroveren in het Nederlands Kampioenschap. Een eigen team oprichten, dat bleek de snelste weg naar een startplaats. En dus haalde hij Bezemer Group – een fabrikant van scheepskabels – binnen als sponsor, kocht hij vervolgens een gloednieuwe Renault en sloeg hij het merendeel van zijn colleges over om alle kennis die hij eerder in zijn studie had opgedaan, in de personenauto te steken.

Schuur

,,Het prachtig om de leerstof van een tentamen mechanica dat je net niet hebt gehaald, toch los te laten op de motor van een sportauto”, zegt Kruit, die maanden doorbracht in de schuur van zijn ouders. Met de hulp van een aantal enthousiaste medestudenten bouwde hij de conventionele Renault Clio Sport daar om tot een rallywagen. ,,Bijna iedereen die aan de TU studeert kan wel iets inbrengen bij het ombouwproces van zo’n auto”, vertelt hij. ,,Een werktuigbouwkundige heeft de ideale wielophanging van de Renault berekend en een student industriële vormgeving heeft de cabine ingericht. Zelf heb ik bij luchtvaart- en ruimtevaarttechniek van alles geleerd over lichtgewicht materialen die een voertuig sneller en wendbaarder maken.%%

Ongeveer hetzelfde verhaal stak de raceliefhebber af op het sportcentrum van de TU. Met succes; door een flinke subsidie van de universiteit is zijn team verzekerd van deelname aan de zeven races die in de rest van dit seizoen nog verreden worden. Over enkele weken kan de ploeg, die inmiddels uit acht leden bestaat, zelfs beschikken over een tweede rallywagen. ,,We willen het voor andere studenten aantrekkelijk maken om zich ook aan te melden bij ons team.Nieuwe leden krijgen in de tweede auto de kans om een rallycursus te volgen en eventueel kunnen ze zelfs in een wedstrijd starten”, zegt Kruit, die voorlopig zelf eerste rijder is. ,,Wat materiaal betreft, horen we bij de Nederlandse top. Er rijdt in onze klasse maar één auto met zo’n sterke motor als die van ons, en dat is ook een Renault. Dus als ik derde wordt in een race ligt het aan mij, en niet aan het materiaal.”

Navigator

Maar een rallycoureur wint of verliest vooral door het optreden van zijn bijrijder, of in vaktermen: zijn navigator. Tijdens iedere race wordt Kruit in de auto vergezeld door zijn studiegenoot Yannick Kok. Voor de wedstrijd verkennen ze samen het parcours, Kok met een blocnote en een pen in de aanslag. ,,Ik maak een volledig verslag van de route”, vertelt hij. ,,Als er kuilen in de weg zitten, of hobbels, schrijf ik dat op. Ik teken ook aan waar de moeilijke stukken zitten in het parcours en tijdens de race waarschuw ik Jan Dirk tijdig voor die punten. Dan roep ik bijvoorbeeld: ‘scherpe bocht over dertig, twintig, tien seconden!’.”

Jan Dirk Kruit: ,,Het is verschrikkelijk belangrijk dat je als rijder weet wanneer je moet remmen. Iedereen denkt bij rallyrijden aan gas geven, maar remmen is misschien nog wel belangrijker. Je hoeft maar één stoeprandje mee te pakken en je kunt je overwinning vergeten. Zo hard is deze sport.”

Hij bouwde een personenauto om tot sportwagen, zocht sponsors en zette zijn eigen rallyteam op. Ondertussen liet Jan Dirk Kruit zijn studie luchtvaart- en ruimtevaarttechniek links liggen. ,,Het is prachtig om de leerstof van een tentamen mechanica dat je net niet hebt gehaald, toch los te laten op de motor van een sportauto.”

Jan Dirk Kruit kan alleen nog raden naar het gevoel dat een rallycoureur tijdens een wedstrijd heeft. Zelf scheurde hij weliswaar als 8-jarige al in een schaalmodel van een jeep over afgelegen landweggetjes en inmiddels heeft hij er ook een racecursus en vele trainingen in zijn eigen sportwagen opzitten. Maar nooit nam de student luchtvaart- en ruimtevaarttechniek deel aan een echte rally: een wedstrijd tussen tientallen personenauto’s over een afgezet deel van de openbare weg, zoals er ieder jaar negen worden verreden in het Nederlands Rallysprint Kampioenschap. Kruit keek naar die wedstrijden op televisie en hij imiteerde ze achter zijn spelcomputer. Maar volgende week, tijdens de rallysprint van Hulst, neemt hij voor het eerst plaats in de auto van zijn eigen Bezemer Rallyteam.

,,Je zit helemaal vastgesnoerd in je stoel en je voelt elke beweging die zo’n auto maakt”, weet hij van zijn trainingssessies. ,,In een paar seconden zie je de teller van nul naar honderd kilometer per uur stijgen. Als je naar buiten kijkt, denk je dat het niet zo erg hard gaat. Maar je haalt uiteindelijk snelheden van 230 kilometer per uur. En tijdens een wedstrijd komt het competitie-element er ook nog eens bij.”

Kruit is verslingerd aan de rallysport. In het afgelopen half jaar zette hij alles opzij om een stoeltje te veroveren in het Nederlands Kampioenschap. Een eigen team oprichten, dat bleek de snelste weg naar een startplaats. En dus haalde hij Bezemer Group – een fabrikant van scheepskabels – binnen als sponsor, kocht hij vervolgens een gloednieuwe Renault en sloeg hij het merendeel van zijn colleges over om alle kennis die hij eerder in zijn studie had opgedaan, in de personenauto te steken.

Schuur

,,Het prachtig om de leerstof van een tentamen mechanica dat je net niet hebt gehaald, toch los te laten op de motor van een sportauto”, zegt Kruit, die maanden doorbracht in de schuur van zijn ouders. Met de hulp van een aantal enthousiaste medestudenten bouwde hij de conventionele Renault Clio Sport daar om tot een rallywagen. ,,Bijna iedereen die aan de TU studeert kan wel iets inbrengen bij het ombouwproces van zo’n auto”, vertelt hij. ,,Een werktuigbouwkundige heeft de ideale wielophanging van de Renault berekend en een student industriële vormgeving heeft de cabine ingericht. Zelf heb ik bij luchtvaart- en ruimtevaarttechniek van alles geleerd over lichtgewicht materialen die een voertuig sneller en wendbaarder maken.%%

Ongeveer hetzelfde verhaal stak de raceliefhebber af op het sportcentrum van de TU. Met succes; door een flinke subsidie van de universiteit is zijn team verzekerd van deelname aan de zeven races die in de rest van dit seizoen nog verreden worden. Over enkele weken kan de ploeg, die inmiddels uit acht leden bestaat, zelfs beschikken over een tweede rallywagen. ,,We willen het voor andere studenten aantrekkelijk maken om zich ook aan te melden bij ons team.Nieuwe leden krijgen in de tweede auto de kans om een rallycursus te volgen en eventueel kunnen ze zelfs in een wedstrijd starten”, zegt Kruit, die voorlopig zelf eerste rijder is. ,,Wat materiaal betreft, horen we bij de Nederlandse top. Er rijdt in onze klasse maar één auto met zo’n sterke motor als die van ons, en dat is ook een Renault. Dus als ik derde wordt in een race ligt het aan mij, en niet aan het materiaal.”

Navigator

Maar een rallycoureur wint of verliest vooral door het optreden van zijn bijrijder, of in vaktermen: zijn navigator. Tijdens iedere race wordt Kruit in de auto vergezeld door zijn studiegenoot Yannick Kok. Voor de wedstrijd verkennen ze samen het parcours, Kok met een blocnote en een pen in de aanslag. ,,Ik maak een volledig verslag van de route”, vertelt hij. ,,Als er kuilen in de weg zitten, of hobbels, schrijf ik dat op. Ik teken ook aan waar de moeilijke stukken zitten in het parcours en tijdens de race waarschuw ik Jan Dirk tijdig voor die punten. Dan roep ik bijvoorbeeld: ‘scherpe bocht over dertig, twintig, tien seconden!’.”

Jan Dirk Kruit: ,,Het is verschrikkelijk belangrijk dat je als rijder weet wanneer je moet remmen. Iedereen denkt bij rallyrijden aan gas geven, maar remmen is misschien nog wel belangrijker. Je hoeft maar één stoeprandje mee te pakken en je kunt je overwinning vergeten. Zo hard is deze sport.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.