Onderwijs

Langzaam vervoer hoofdrol in Stedenbouwkundig Master Plan

De realisatie van het Stedenbouwkundig Master Plan (SMP) is een stap dichterbij gekomen. Recent werd door het college van bestuur het programma van eisen goedgekeurd en aan is de ondernemingsraad en studentenraad de voortgang van de plannen gepresenteerd.

Lopend door de TU wijk krijgt menige TU-er soms de indruk dat het Stedenbouwkundig Masterplan al van start is gegaan. De faculteit Ontwerp, Constructie en Productie heeft een ingrijpende facelift gekregen en bij Techniek en Bestuur en Management verrees een nieuw gebouw. Cynici onder de TU-ers % en die lopen er (te)veel rond op de TU Delft % kunnen niet nalaten om dan op te merken dat bij de uitvoering van het SMP deze gebouwen in het gunstige geval weer aangepast moeten worden en in het ongunstigste tegen de vlakte gaan.

Geen van beide groepen heeft gelijk aldus ir. Freek Higler, directeur Vastgoed en drs. Rob Hoyng, projectdirecteur van het SMP. Hoyng; ,,Wat er nu wordt gebouwd maakt nog geen onderdeel uit van het SMP maar wordt wel in het SMP opgenomen. In het Programma Van Eisen (PVE), dat wij onlangs hebben gepresenteerd, is expliciet vermeld dat in het masterplan de (al in voorbereiding zijnde) bouwplannen geïntegreerd worden om onnodige vertraging te voorkomen.”

TU Delft Vastgoedbeheer wil niet dat in deze fase % waarbij het SMP nog in het ontwerpstadium verkeert – iedereen op iedereen gaat zitten wachten. Higler: ,,Recent is daarom een advertentie geplaatst voor de architectenkeuze voor de renovatie en de uitbreiding van het gebouw van Technische Natuurwetenschappen. Dat gaat gewoon door ondanks dat het SMP nog niet definitief is afgerond. Wij willen niet dat alles stil ligt tot het masterplan klaar is.”

Maar hoe moet die integratie dan plaatsvinden? Hoyng haalt de werkmaquette van het SMP erbij en wijst op het gebouw van TNW dat daar uitgebreid is met een grote glazen pui. ,,In het PVE vermelden wij dat de onderlinge cohesie tussen de faculteiten belangrijk is. Voor TNW zou dat kunnen betekenen dat bij een renovatie de gevel veel dichter bij de Mekelweg wordt geplaatst en de parkeerruimte elders wordt gerealiseerd.”

Hoofdrollen

Door de goedkeuring van het PVE is de realisatie van het SMP weer een stapje dichterbij gekomen. De afgelopen maanden is er veel gepraat over het SMP met de decanen en andere leidinggevenden. Een deel van hun suggesties is opgenomen in het PVE dat vervolgens op hoofdlijnen is doorgesproken met de ondernemingsraad en de studentenraad.

De laatste maanden hebben zich binnen het SMP vijf hoofdonderwerpen uitgekristalliseerd en deze zijn inmiddels in subuitgangspunten vastgelegd en geaccordeerd. Deze zijn: verkeer en bereikbaarheid, de auto, onderwijs en onderzoek, functies in het middengebied en wonen, winkelen en sporten. Higler: ,,De campusgedachte hebben wij verder uitgewerkt. De ingang komt ter hoogte van de aula en er is een grote overeenstemming over het autovrij maken van de Mekelweg. De tramlijn wordt doorgetrokken naar de TU-wijk langs de campus heen en over de Schoemakersstraat. De hoofdingangen van de gebouwen blijven aan de Mekelwegzijde en daarom willen wij wel dat de campus bereikbaar blijft voor de taxi’s, hulpdiensten en auto’s van invaliden.”

Op de campus krijgen de fietser, de stepper, de skater en de voetganger de hoofdrollen toebedeeld. Hoyng: ,,Er komen extra fietspaden en goede fietsstallingen. Ook aan het welbevinden van de voetganger is gedacht. De bedoeling is de faculteiten via ‘drooglopen’ met elkaar te verbinden en met de andere functies in het middengebied zoals bijvoorbeeld restaurants en winkels.”

Decentraal tenzij?

Onderwijs en onderzoek zijn de primaire taken van de universiteit. Het PVE merkt op dat er meer behoefte is aan uitstraling van de TU Delft. Studenten en onderzoekers zijn teveel gericht op hun eigen faculteit en contact met andere faculteiten moet meer voor de hand gaan liggen. ,,Het gebied functioneert te veel als een ‘leer- of onderzoeksfabriek’ waar consumenten terecht kunnen voor het efficiënt absorberen van kennis.” Hoyng: ,,Het beleid van het cvb is erop gericht om multidisciplinaire samenwerking binnen de TU te bevorderen. Naast ruimten voor specialistisch onderzoek worden binnen het SMP eveneens faciliteiten gecreëerd waar interdisciplinaire teams % met medewerkers uit meerdere faculteiten maar ook afkomstig van derden zoals TNO – onderzoekswerk kunnen verrichten. Daarnaast komen er tentamenzalen die meerdere faculteiten kunnen gebruiken maar die ook geschikt te maken zijn voor onderwijs in groepen.”

Regelmatig krijgt Higler de vraag voorgelegd: het beleid van het cvb is toch ‘decentraal tenzij..’? Hij is van mening dat er dan twee dingen door elkaar gehaald worden. ,,Die slogan heeft betrekking op bestuurlijke aangelegenheden en heeft ertoe geleid dat de beslissingsbevoegdheden van decanen binnen de faculteiten groter zijn geworden. Het SMP gaat over concentratie van middelen. Wij willen die functies samenvoegen in het middengebied die niet specifiek zijn voor een faculteit. Tentamenzalen zijn als voorbeeld al genoemd maar we denken ook aan het loskoppelen van de restaurants van de faculteiten en het creëren van een food court in het middengebied van de Mekelweg. Waarom zou iedere faculteit een eigen restaurant moeten hebben? Bovendien is het voordeel van een gemeenschappelijke restauratieve voorziening dat ze bevorderend werkt voor het contact tussen medewerkers en studenten van de verschillende faculteiten.”

Stadshart

Naast tentamenzalen en restaurants zijn in het middengebied ook winkels en andere commerciële functies welkom. Hoyng: ,,Dit gedeelte moet een soort stadshart zijn waar studenten en medewerkers elkaar kunnen ontmoeten, waar wat gegeten en gedronken kan worden en zich een aantal winkels bevinden zoals een reisbureau, een kleine supermarkt of een boekhandel. Ook zal er ruimte gereserveerd worden voor het organiseren van evenementen. Het moet een gezellige, levendige sfeer krijgen.” Andere functies zoals een bedrijfsverzamelgebouw, een hbo-dependance, de sportvelden en de woningbouw van studenten worden gesitueerd aan de rand van het middengebied. ,,Voorzieningen voor studenten zoals die nu ondergebracht zijn in het Studentenservicecentrum willen wij daarentegen wel tussen de winkels en restaurants een plaats toebedelen. Wij beschouwen dat als een faciliteit die bijdraagt aan verlevendigen van het middengedeelte.”

Het is aan Mecanoo en ING Vastgoed om deze vijf hoofdlijnen verder te concretiseren. De eerste stappen zijn al gezet. De voorlopige maquette van het SMP is klaar. Hier is de indeling van het middengebied te zien en zijn de plaatsen aangegeven waar nieuwe gebouwen kunnen verrijzen. Pas als het PVE verder is uitgewerkt % de streefdatum hiervoor is nu 15 december % breekt de fase aan waarin het concept-masterplan definitief ingevuld wordt.

Voor de goede orde wil Hoyng benadrukken dat de huidige focus op het SMP niet betekent dat Noord en Zuid uit zicht zijn verdwenen. Voor de gebouwen van TU Noord worden de mogelijkheden voor woningen en een internationaal studiecentrum nader onderzocht. De ontwikkeling van TU Zuid gaat zeker zo snel als het SMP. De bedoeling is daar samen met de gemeente het Delft University Technopolis te ontwikkelen. Er is hiervoor een consortium gevormd door ING Vastgoed BV en Bouwfonds Ontwikkeling bv (ABN/AMRO). Deze twee nemen de financiering en het risico op zich. Hoyng: ,,Vaststaat dat de ondernemingen een link moeten hebben met de TU Delft. Het moeten technologische hoogwaardige ondernemingen die aansluiten bij het onderwijs en onderzoek van de TU. Overigens is voor een vestiging in Zuid al veel belangstelling bij ondernemers. De ontwikkeling van het researchpark moet gelijk opgaan met het SMP omdat de revenuen daarvan gedeeltelijk het SMP voor het middengebied moeten financieren. Hoe dat precies in het vat wordt gegoten gaan wij in de komende periode heel nauwkeurig doorrekenen.”

Angèle Steentjes

Lopend door de TU wijk krijgt menige TU-er soms de indruk dat het Stedenbouwkundig Masterplan al van start is gegaan. De faculteit Ontwerp, Constructie en Productie heeft een ingrijpende facelift gekregen en bij Techniek en Bestuur en Management verrees een nieuw gebouw. Cynici onder de TU-ers % en die lopen er (te)veel rond op de TU Delft % kunnen niet nalaten om dan op te merken dat bij de uitvoering van het SMP deze gebouwen in het gunstige geval weer aangepast moeten worden en in het ongunstigste tegen de vlakte gaan.

Geen van beide groepen heeft gelijk aldus ir. Freek Higler, directeur Vastgoed en drs. Rob Hoyng, projectdirecteur van het SMP. Hoyng; ,,Wat er nu wordt gebouwd maakt nog geen onderdeel uit van het SMP maar wordt wel in het SMP opgenomen. In het Programma Van Eisen (PVE), dat wij onlangs hebben gepresenteerd, is expliciet vermeld dat in het masterplan de (al in voorbereiding zijnde) bouwplannen geïntegreerd worden om onnodige vertraging te voorkomen.”

TU Delft Vastgoedbeheer wil niet dat in deze fase % waarbij het SMP nog in het ontwerpstadium verkeert – iedereen op iedereen gaat zitten wachten. Higler: ,,Recent is daarom een advertentie geplaatst voor de architectenkeuze voor de renovatie en de uitbreiding van het gebouw van Technische Natuurwetenschappen. Dat gaat gewoon door ondanks dat het SMP nog niet definitief is afgerond. Wij willen niet dat alles stil ligt tot het masterplan klaar is.”

Maar hoe moet die integratie dan plaatsvinden? Hoyng haalt de werkmaquette van het SMP erbij en wijst op het gebouw van TNW dat daar uitgebreid is met een grote glazen pui. ,,In het PVE vermelden wij dat de onderlinge cohesie tussen de faculteiten belangrijk is. Voor TNW zou dat kunnen betekenen dat bij een renovatie de gevel veel dichter bij de Mekelweg wordt geplaatst en de parkeerruimte elders wordt gerealiseerd.”

Hoofdrollen

Door de goedkeuring van het PVE is de realisatie van het SMP weer een stapje dichterbij gekomen. De afgelopen maanden is er veel gepraat over het SMP met de decanen en andere leidinggevenden. Een deel van hun suggesties is opgenomen in het PVE dat vervolgens op hoofdlijnen is doorgesproken met de ondernemingsraad en de studentenraad.

De laatste maanden hebben zich binnen het SMP vijf hoofdonderwerpen uitgekristalliseerd en deze zijn inmiddels in subuitgangspunten vastgelegd en geaccordeerd. Deze zijn: verkeer en bereikbaarheid, de auto, onderwijs en onderzoek, functies in het middengebied en wonen, winkelen en sporten. Higler: ,,De campusgedachte hebben wij verder uitgewerkt. De ingang komt ter hoogte van de aula en er is een grote overeenstemming over het autovrij maken van de Mekelweg. De tramlijn wordt doorgetrokken naar de TU-wijk langs de campus heen en over de Schoemakersstraat. De hoofdingangen van de gebouwen blijven aan de Mekelwegzijde en daarom willen wij wel dat de campus bereikbaar blijft voor de taxi’s, hulpdiensten en auto’s van invaliden.”

Op de campus krijgen de fietser, de stepper, de skater en de voetganger de hoofdrollen toebedeeld. Hoyng: ,,Er komen extra fietspaden en goede fietsstallingen. Ook aan het welbevinden van de voetganger is gedacht. De bedoeling is de faculteiten via ‘drooglopen’ met elkaar te verbinden en met de andere functies in het middengebied zoals bijvoorbeeld restaurants en winkels.”

Decentraal tenzij?

Onderwijs en onderzoek zijn de primaire taken van de universiteit. Het PVE merkt op dat er meer behoefte is aan uitstraling van de TU Delft. Studenten en onderzoekers zijn teveel gericht op hun eigen faculteit en contact met andere faculteiten moet meer voor de hand gaan liggen. ,,Het gebied functioneert te veel als een ‘leer- of onderzoeksfabriek’ waar consumenten terecht kunnen voor het efficiënt absorberen van kennis.” Hoyng: ,,Het beleid van het cvb is erop gericht om multidisciplinaire samenwerking binnen de TU te bevorderen. Naast ruimten voor specialistisch onderzoek worden binnen het SMP eveneens faciliteiten gecreëerd waar interdisciplinaire teams % met medewerkers uit meerdere faculteiten maar ook afkomstig van derden zoals TNO – onderzoekswerk kunnen verrichten. Daarnaast komen er tentamenzalen die meerdere faculteiten kunnen gebruiken maar die ook geschikt te maken zijn voor onderwijs in groepen.”

Regelmatig krijgt Higler de vraag voorgelegd: het beleid van het cvb is toch ‘decentraal tenzij..’? Hij is van mening dat er dan twee dingen door elkaar gehaald worden. ,,Die slogan heeft betrekking op bestuurlijke aangelegenheden en heeft ertoe geleid dat de beslissingsbevoegdheden van decanen binnen de faculteiten groter zijn geworden. Het SMP gaat over concentratie van middelen. Wij willen die functies samenvoegen in het middengebied die niet specifiek zijn voor een faculteit. Tentamenzalen zijn als voorbeeld al genoemd maar we denken ook aan het loskoppelen van de restaurants van de faculteiten en het creëren van een food court in het middengebied van de Mekelweg. Waarom zou iedere faculteit een eigen restaurant moeten hebben? Bovendien is het voordeel van een gemeenschappelijke restauratieve voorziening dat ze bevorderend werkt voor het contact tussen medewerkers en studenten van de verschillende faculteiten.”

Stadshart

Naast tentamenzalen en restaurants zijn in het middengebied ook winkels en andere commerciële functies welkom. Hoyng: ,,Dit gedeelte moet een soort stadshart zijn waar studenten en medewerkers elkaar kunnen ontmoeten, waar wat gegeten en gedronken kan worden en zich een aantal winkels bevinden zoals een reisbureau, een kleine supermarkt of een boekhandel. Ook zal er ruimte gereserveerd worden voor het organiseren van evenementen. Het moet een gezellige, levendige sfeer krijgen.” Andere functies zoals een bedrijfsverzamelgebouw, een hbo-dependance, de sportvelden en de woningbouw van studenten worden gesitueerd aan de rand van het middengebied. ,,Voorzieningen voor studenten zoals die nu ondergebracht zijn in het Studentenservicecentrum willen wij daarentegen wel tussen de winkels en restaurants een plaats toebedelen. Wij beschouwen dat als een faciliteit die bijdraagt aan verlevendigen van het middengedeelte.”

Het is aan Mecanoo en ING Vastgoed om deze vijf hoofdlijnen verder te concretiseren. De eerste stappen zijn al gezet. De voorlopige maquette van het SMP is klaar. Hier is de indeling van het middengebied te zien en zijn de plaatsen aangegeven waar nieuwe gebouwen kunnen verrijzen. Pas als het PVE verder is uitgewerkt % de streefdatum hiervoor is nu 15 december % breekt de fase aan waarin het concept-masterplan definitief ingevuld wordt.

Voor de goede orde wil Hoyng benadrukken dat de huidige focus op het SMP niet betekent dat Noord en Zuid uit zicht zijn verdwenen. Voor de gebouwen van TU Noord worden de mogelijkheden voor woningen en een internationaal studiecentrum nader onderzocht. De ontwikkeling van TU Zuid gaat zeker zo snel als het SMP. De bedoeling is daar samen met de gemeente het Delft University Technopolis te ontwikkelen. Er is hiervoor een consortium gevormd door ING Vastgoed BV en Bouwfonds Ontwikkeling bv (ABN/AMRO). Deze twee nemen de financiering en het risico op zich. Hoyng: ,,Vaststaat dat de ondernemingen een link moeten hebben met de TU Delft. Het moeten technologische hoogwaardige ondernemingen die aansluiten bij het onderwijs en onderzoek van de TU. Overigens is voor een vestiging in Zuid al veel belangstelling bij ondernemers. De ontwikkeling van het researchpark moet gelijk opgaan met het SMP omdat de revenuen daarvan gedeeltelijk het SMP voor het middengebied moeten financieren. Hoe dat precies in het vat wordt gegoten gaan wij in de komende periode heel nauwkeurig doorrekenen.”

Angèle Steentjes

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.