IO-decaan Caspar Chorus: ‘Je moet de last niet steeds bij vrouwen leggen en mannen laten nadenken’

Hoe kwam je op het idee voor deze expositie?

“Ik was al een tijdje geïnteresseerd in de overgang bij collega’s als deel van ons loopbaanbeleid. Toen ik vorig jaar tijdens de Dutch Design Week de expositie Let’s Talk Menopause tegenkwam, vond ik dat een inspirerende ervaring.

Met name de Collecting Experiences-muur, waarop vrouwen hun ervaringen konden delen, gaf een rijk beeld van wat de overgang allemaal kan betekenen in iemands persoonlijke en werkende leven. Symptomen variëren van slapeloosheid en opvliegers tot soms zware mentale problemen zoals depressie. Dat kan vele jaren duren.

‘Het is voor mij evident dat de overgang ook onderdeel moet zijn van de R&O’

Ik ben het gesprek aangegaan met Renee Noortman, één van de ontwerpers van de expositie. Het resultaat is een tijdelijke plaatsing van de Collecting Experiences muur in onze centrale hal.”

Op die muur kunnen mensen post-its plakken met hun eigen ervaringen. Waarom is dat nodig?

“Vrouwen in de wetenschap worden vaak rond hun 45^ste hoogleraar, daarna wellicht ook afdelingsvoorzitter of decaan. Dat is precies wanneer vrouwen te maken krijgen met grote hormonale veranderingen. Alleen, dat is niet zichtbaar. Je hoort er maar weinig over. Op de Dutch Design Week merkte ik dat de expositie aanzette tot gesprek. Ik vind dat ik daar juist als mannelijke leidinggevende de ruimte voor moet geven.”

Waarom júist mannen?

“Vrouwen zijn aan de TU fors in de minderheid. Dat is al pijnlijk genoeg, maar het is daarom ontzettend belangrijk dat mannen het voortouw nemen en een omgeving creëren waarin iedereen zich welkom en gezien voelt. Voor hen is dat veel gemakkelijker. Je moet de last niet steeds bij vrouwen leggen.

De faculteit Industrieel Ontwerpen heeft daarbij een speciale verantwoordelijkheid; bij ons is de gender-balans redelijk in orde. En we zijn een gemeenschap die met creativiteit en ontwerp onderwerpen kan agenderen en ongemakkelijke gesprekken iets gemakkelijker kan maken.”

Wat is er ongemakkelijk aan het gesprek over de overgang?

“Dat komt doordat het te maken heeft met lichamelijke klachten, door de connectie met hormonen en seksualiteit. Maar dat is geen reden om het niet bespreekbaar te maken. De expositie kan de verhoudingen wat in beweging brengen en mannen laten nadenken.”

Wat moet er verder gebeuren?

“Het is voor mij evident dat de overgang ook onderdeel moet zijn van de R&O (de resultaat- en ontwikkelingscyclus, red.). Als het om mannen zou gaan die hier zelf mee te maken zouden hebben, dan zou het vraag één zijn.

We hebben nu de overgang als focuspunt, maar net zo belangrijk zijn sociale veiligheid voor vrouwen, of veiligheid op straat. Er is op de TU nog veel werk aan de winkel.”