Geen selectie voor Delftse bachelor

,,De vier universiteiten van de Idea League vormen straks één grote instelling”, stelt collegevoorzitter Nico de Voogd. Vanaf volgend jaar merken Delftse studenten dit al. Na het derde studiejaar kunnen ze hun studie vervolgen bij Imperial College (Londen), ETH (Zürich) of RWTH (Aken). Ze zullen door deze universiteiten net zo worden behandeld als de ‘eigen’ bachelors.

Omgekeerd kunnen studenten van de drie buitenlandse universiteiten in de Delftse masteropleidingen instromen. Ze hoeven niet zoals andere buitenlanders een selectie te ondergaan. Dit zijn de vier universiteiten overeengekomen tijdens de laatste league-bijeenkomst op 23 en 24 november in Zürich. De partners hebben hier ook afspraken gemaakt over kwaliteitszorgsystemen voor het onderwijs. Zo dient elke opleiding een opleidingsdirecteur te hebben en moeten studenten nauw betrokken zijn bij onderwijsevaluaties. De partners vinden dat een Idea-ingenieursopleiding vijf jaar hoort te duren. ,,Een bachelorsdiploma is geen eind- maar scharnierpunt”, aldus De Voogd.

Komend jaar stellen de universiteiten gezamenlijk een academisch profiel op voor dé Idea League-student. Een soort eindtermen, die overigens per opleiding kunnen variëren. Eind 2000 moeten de profielen klaar zijn. Volgens Herma Buttner, stafmedewerkster van de League namens Delft, gaat het om hoge standaarden. De League wil immers bij de top horen.

Dit jaar hebben hoogleraren scheikundige technologie en elektrotechniek van de vier technische universiteiten elkaars opleidingen grondig bekeken en de mogelijkheden tot doorstromen bestudeerd. Zij waren tevreden over de kwaliteit en vinden instroom van bachelors in de masters verantwoord. Daarom is besloten bachelorsdiploma’s wederzijds te erkennen. Inmiddels zijn ook werkgroepen in oprichting voor civiele techniek, werktuigbouwkunde en informatica. Andere engineering-opleidingen zoals technische natuurkunde, wiskunde en aardwetenschappen zullen volgen. Bouwkunde, technische bestuurskunde en industrieel ontwerpen worden niet aan alle universiteiten gedoceerd. Deze richtingen komen later aan bod.

,,De vier universiteiten van de Idea League vormen straks één grote instelling”, stelt collegevoorzitter Nico de Voogd. Vanaf volgend jaar merken Delftse studenten dit al. Na het derde studiejaar kunnen ze hun studie vervolgen bij Imperial College (Londen), ETH (Zürich) of RWTH (Aken). Ze zullen door deze universiteiten net zo worden behandeld als de ‘eigen’ bachelors.

Omgekeerd kunnen studenten van de drie buitenlandse universiteiten in de Delftse masteropleidingen instromen. Ze hoeven niet zoals andere buitenlanders een selectie te ondergaan. Dit zijn de vier universiteiten overeengekomen tijdens de laatste league-bijeenkomst op 23 en 24 november in Zürich. De partners hebben hier ook afspraken gemaakt over kwaliteitszorgsystemen voor het onderwijs. Zo dient elke opleiding een opleidingsdirecteur te hebben en moeten studenten nauw betrokken zijn bij onderwijsevaluaties. De partners vinden dat een Idea-ingenieursopleiding vijf jaar hoort te duren. ,,Een bachelorsdiploma is geen eind- maar scharnierpunt”, aldus De Voogd.

Komend jaar stellen de universiteiten gezamenlijk een academisch profiel op voor dé Idea League-student. Een soort eindtermen, die overigens per opleiding kunnen variëren. Eind 2000 moeten de profielen klaar zijn. Volgens Herma Buttner, stafmedewerkster van de League namens Delft, gaat het om hoge standaarden. De League wil immers bij de top horen.

Dit jaar hebben hoogleraren scheikundige technologie en elektrotechniek van de vier technische universiteiten elkaars opleidingen grondig bekeken en de mogelijkheden tot doorstromen bestudeerd. Zij waren tevreden over de kwaliteit en vinden instroom van bachelors in de masters verantwoord. Daarom is besloten bachelorsdiploma’s wederzijds te erkennen. Inmiddels zijn ook werkgroepen in oprichting voor civiele techniek, werktuigbouwkunde en informatica. Andere engineering-opleidingen zoals technische natuurkunde, wiskunde en aardwetenschappen zullen volgen. Bouwkunde, technische bestuurskunde en industrieel ontwerpen worden niet aan alle universiteiten gedoceerd. Deze richtingen komen later aan bod.