Studentenleven
Inflatie

Geef studenten nóg een jaar extra geld, zeggen studenten

Op 15 februari stemt de Tweede Kamer over de studiebeurs van uitwonende studenten: krijgen zij volgend jaar, net als nu, 164 euro per maand extra? Volgens studentenorganisaties is de basisbeurs toch al te laag.

(Foto: Justyna Botor)

In een ‘brandbrief’ aan de Tweede Kamer luiden studentenorganisaties de noodklok over de basisbeurs, staat in een gezamenlijke verklaring van ISO, LSVb en JOB MBO. Ze willen zoveel mogelijk Kamerleden aan hun kant krijgen.

Als er niets gebeurt, daalt de basisbeurs voor uitwonende studenten in september naar 302 euro per maand. En dat terwijl hij eigenlijk omhoog zou moeten, menen de studenten. Ze verwijzen naar een rapport van de Sociaal Economische Raad die al in 2021 voor een veel hogere basisbeurs pleitte.

Maar hebben de studentenorganisaties dat rapport destijds niet zelf opgesteld? En hoe hoog moet de beurs volgens hen dan zijn? Enkele vragen en antwoorden.

Wat is die verhoging?

Vanwege de hevige inflatie en hoge energiekosten kwam er inkomenssteun voor studenten: een jaar lang ging de basisbeurs voor uitwonenden met 164 euro per maand omhoog. De beurs is nu geen 302,39 euro, maar 466,69 euro.

 En straks?

In de wet staat dat de verhoging van 164 euro per maand per september verdwijnt. De basisbeurs voor uitwonende studenten daalt dan weer naar 302 euro. De bestaanszekerheid van studenten komt in het gedrang, waarschuwen de studentenorganisaties in hun brief aan de Tweede Kamerleden.

De huren gaan omhoog, het collegegeld stijgt

Als studenten afgelopen jaar extra geld nodig hadden, waarom straks dan niet meer?

De tijdelijke verhoging van de basisbeurs was een éénmalig overheidssteuntje om studenten door de enorme inflatiepiek heen te helpen. Toen de oorlog in Oekraïne uitbrak steeg de inflatie immers zo hard dat de overheid aan alle kanten extra steun uitdeelde. Maar dat kan niet eeuwig duren, is het standpunt van de regering.

Zijn de problemen dan voorbij?

Misschien niet. De huren gaan omhoog, het collegegeld stijgt en het leven blijft duur. Het is voor studenten uit minder draagkrachtige milieus helemaal niet vanzelfsprekend dat ze makkelijk kunnen rondkomen.

Waarom sturen de studentenorganisaties hun brief deze week?

Op 15 februari stemt de Tweede Kamer over de begroting van het ministerie van Onderwijs. D66 en SP hebben voorgesteld om de tijdelijke verhoging van 164 euro een jaar te verlengen. De studenten hopen dat een Kamermeerderheid dit steunt.

Hoe hoog zou de ‘gewone’ basisbeurs moeten zijn?

In plaats van 302 euro zou de basisbeurs volgens de studenten 476 euro per maand moeten zijn. Daartoe verwijzen de studenten naar het SER-rapport van 2021.

Welk SER-rapport bedoelen ze?

Het gaat om een rapport van het SER-jongerenplatform, waaraan de studentenorganisaties zelf meedoen. In dat rapport staat dat studenten “gemiddeld genomen” zonder schulden moeten kunnen afstuderen. Daartoe zou, omgerekend naar nu, een basisbeurs van 476 euro voor uitwonende studenten nodig zijn. Het rapport veronderstelt dat studenten een bijbaan hebben van twaalf uur per week en dat ze hun zorg- en huurtoeslag verzilveren. Ook blijft een ouderlijke bijdrage nodig.

Maken ze kans?

SP en D66 krijgen ongetwijfeld steun van de partijen aan de linkerkant van het politieke spectrum. De vraag is hoe partijen als PVV en NSC erover denken. Als zij dit aan het nieuwe kabinet willen overlaten, dan gaat het feest niet door. Ze kunnen ook gevoelig zijn voor het argument dat de verlenging het nieuwe kabinet juist voor een probleem behoedt: dat hoeft dan niet halsoverkop de beurs te verhogen, als het net is aangetreden.

HOP, Olmo Linthorst

HOP Hoger Onderwijs Persbureau

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

redactie@hogeronderwijspersbureau.nl

Comments are closed.