Column: Mirte Brouwer

Eettafel

Veel studentenverenigingen hebben een gezamenlijke maaltijd. Bij de vereniging van studentcolumnist Mirte Brouwer koken leden zelf. Ook zij doet dit regelmatig. Ze is elke keer weer verrast over de hoeveelheid eten die honderd mensen op een avond opkrijgen.

Mirte Brouwer zit op een bankje

(Foto: Sam Rentmeester)

Ik sta samen met mijn kookhulp in de winkel bij de groente. Daar laden we de boodschappenkar vol; 40 courgettes, 40 aubergines, 40 paprika’s, 8 kilo voorgesneden ui, een netje citroenen. Door naar de conserven; 45 blikken gepelde tomaat, 24 blikken witte bonen. De kar slepen we mee de winkel door; kruiden, olijfolie, een stuk of vijftig stokbroden. Niet vergeten: 2 kilo bloem, een kilo suiker en een kilo roomboter; 15 kilo appels en het hele schap vanille-ijs.

Kijkend naar de kar ben ik net als elke keer weer verrast over hoeveel eten honderd mensen op een avond opkrijgen. We rekenen af, pakken de boodschappen in tassen en stappen op de fiets. Met de tassen die bungelen aan onze sturen zouden we niet misstaan op een Instagrampagina over het absurde fietsgedrag van Nederlanders. Langzaam begeven we ons naar de sociëteit.

Het wordt een variant op ratatouille en als toetje appelkruimel. Dat voldoet aan alle eisen: minder dan 3 euro per persoon, te maken in grote hoeveelheden, (bijna) iedereen vindt het lekker, niet te veel allergenen, en haalbaar qua keukencapaciteit. Ik heb inmiddels wat ervaring met geschikte recepten uitkiezen, ik kook namelijk al een paar jaar om de zoveel tijd onze verenigingsmaaltijd.

Elke donderdag hebben we in onze sociëteit een gezamenlijke maaltijd waar maximaal honderd leden mee kunnen eten. Het koken wordt gedaan door leden die dat leuk vinden, die we kwaliteitskoks – afgekort kwalikoks – noemen. Deze leden moeten eerst een test afleggen om aan te tonen dat zowel de kwaliteit als de kwantiteit van hun maaltijd goed genoeg is. Ook moeten ze bekend worden met de HACCP-lijsten – de formulieren die gebruikt worden om voedselveiligheid te garanderen. Als ze aan beide punten voldoen, mogen ze aan de slag.

Leden die willen koken moeten eerst een test afleggen

Deze donderdag hebben we een beetje haast. We zijn wat later gestart dan normaal omdat ik begin van de middag nog een college had. We beginnen snel. We bakken de ui in de braadslede – de voorgesneden ui scheelt vele tranen. We snijden de groente en bakken die ook. We schillen de appels en maken de kruimeltopping. We mengen de groente met de tomaat en bonen – niet standaard bij ratatouille maar goed voor de proteïne – tot een saus. We voegen kruiden toe; een kwestie van veel proeven. Dit is een van de weinige dingen die bij grote hoeveelheden eten echt anders is, kruiden schalen namelijk niet lineair.

Om half zeven stipt is het eten klaar. Inmiddels zijn de leden gearriveerd en is de tafel gedekt. Volle borden eten worden doorgegeven, er worden verhalen verteld en mededelingen gedaan. Na afloop van het eten worden overgebleven porties en ingrediënten geveild aan de hoogste bieder. Het opgehaalde geld gaat naar de voedselbank en de restjes gaan met leden mee naar huis. Vervolgens beginnen een aantal leden aan corvee – iedereen is een of twee keer per jaar aan de beurt – en begeeft de rest zich naar de borrelzaal om de gezelligheid daar voort te zetten. Zoals elke week weer een geslaagd begin van de borrel.

  • Bij mijn vereniging is de maaltijd alleen open voor leden. Er zijn echter genoeg verenigingen die een open eettafel hebben, zoals DSB, Sint Jansbrug, de Bolk en Virgiel. Als je een keer zin hebt in gezelligheid, of geen zin hebt om te koken, kun je daar aanschuiven.

Mirte Brouwer is masterstudent bij Industrieel Ontwerpen aan de TU Delft en masterstudent Nederlandse letterkunde aan de Vrije Universiteit Amsterdam.

Columnist Mirte Brouwer

Mirte Brouwer is masterstudent bij Industrieel Ontwerpen aan de TU Delft en masterstudent Nederlandse letterkunde aan de Vrije Universiteit Amsterdam.

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

m.c.brouwer@student.tudelft.nl

Comments are closed.