Onderwijs

De wetenschapsquiz: techniek als vermaak

In de lustrumweek kunnen op woensdag 22 mei studenten meedoen aan de wetenschapsquiz. ,,Wij willen die avond laten zien dat wetenschap en techniek boeiend en entertainend kunnen zijn”, aldus organisator Han Heijmans.

/strong>

In de wetenschapsquiz zullen de studentenraden van de Idea-league hun kennis op het gebied van wetenschap en techniek tonen. ,,Het is echter niet de bedoeling dat Delft, Aken, Zürich en Londen tegen elkaar uitkomen”, aldus Han Heijmans, directeur van het Techniekmuseum en als lid van de lustrumcommissie verantwoordelijk voor de Wetenschapsquiz. ,,Studentenraden mogen de kandidaten zelf uit hun midden kiezen. Vervolgens gaan wij ze dan door elkaar mixen, zodat teams tegen elkaar spelen en niet de universiteiten.”

Op dit moment wordt er hard gewerkt aan de vragen. Een groep van tien docenten heeft aan de hand van twee sessies, veertig vragen bedacht en geselecteerd. Deze liggen nu ter beoordeling bij Rob van Hattum en Hein Meijers, die lid zijn van de redactie van de Nationale Wetenschapsquiz. Deze wordt ieder jaar rond de kerstdagen gespeeld, met als presentator Wim T.Schippers.

Het criterium bij het opstellen van de vragen is dat zij algemeen moeten zijn en niet toegespitst op een bepaald vakgebied. ,,Richtlijn is dat iedere vwo’er met een bèta-achtergrond ze moet kunnen beantwoorden. Daarnaast moeten ze aansluiten bij de praktijk van alledag en mogen het geen feitjesvragen zijn.”

Heijmans kan natuurlijk geen voorbeelden geven van goede vragen. Wel kan hij de uitgangspunten van de quiz illustreren met vragen die afgevallen zijn. ,,’Wat betekent NAP?’ Die vraag valt af omdat die te feitelijk is. Bovendien kunnen de buitenlandse gasten er niets mee. Een andere was: ‘Anderhalve kip legt anderhalf ei per anderhalve dag. Hoeveel leggen zes kippen in zeven dagen?’ Op zich een leuk geformuleerde vraag, maar het antwoord is gewoon uit te rekenen en daarom ging deze eveneens terzijde.”

Argumentatie

De kandidaten moeten overigens niet alleen antwoord op de vraag geven maar dit ook kunnen beargumenteren. ,,Deze argumentatie wordt beoordeeld door een jury. Geeft een kandidaat een goed antwoord, maar deugt de redenatie niet, dan kost dat punten. Maar andersom geldt het ook: een fout antwoord en een goede argumentatie kan punten opleveren.”

De jury zal bestaan uit de eerder genoemde Van Hattum en Meijers en prof. dr. Pieter Kruit, die niet alleen hoogleraar deeltjesoptica is, maar tevens winnaar van de Nationale Wetenschapsquiz in 1998. Nadat Van Hattum en Meijers dertig vragen geselecteerd hebben, worden deze vervolgens getest in een team van studenten. De quiz zal bestaan uit de twintig vragen die dan nog overeind blijven. ,,Verder zullen Van Hattum en Meijers ons adviseren over de experimenten”, zegt Heijmans. ,,Om het geheel wat beeldender te maken, willen wij de vragen illustreren met proefnemingen. Onze opzet is dat de quiz laat zien dat wetenschap en techniek boeiend en leuk zijn en goede experimenten helpen daarbij.”

De presentatie is in handen van de rector magnificus prof.dr. Jacob Fokkema en prof.dr. Salle Kroonenberg, eveneens winnaar van de Nationale Wetenschapsquiz. De voertaal is Engels. In de pauzes zijn er cabaretvoorstellingen, muziekoptredens en een demonstratie van supergeleiding gepland. ,,Ook het publiek zelf kan aan de quiz deelnemen. Wij hebben speciaal voor het Scheikundegebouw gekozen omdat het een zaal heeft met een interactive voting system, zodat het publiek tegelijk met de kandidaten kan antwoorden. Voor de besten onder hen is er een publieksprijs beschikbaar. De echte winnaar van de wetenschapsquiz krijgt – naast een persoonlijk prijsje – een wisselbeker voor zijn universiteit, zodat we het bij een volgend lustrum nog eens over kunnen doen.”

In de lustrumweek kunnen op woensdag 22 mei studenten meedoen aan de wetenschapsquiz. ,,Wij willen die avond laten zien dat wetenschap en techniek boeiend en entertainend kunnen zijn”, aldus organisator Han Heijmans.

In de wetenschapsquiz zullen de studentenraden van de Idea-league hun kennis op het gebied van wetenschap en techniek tonen. ,,Het is echter niet de bedoeling dat Delft, Aken, Zürich en Londen tegen elkaar uitkomen”, aldus Han Heijmans, directeur van het Techniekmuseum en als lid van de lustrumcommissie verantwoordelijk voor de Wetenschapsquiz. ,,Studentenraden mogen de kandidaten zelf uit hun midden kiezen. Vervolgens gaan wij ze dan door elkaar mixen, zodat teams tegen elkaar spelen en niet de universiteiten.”

Op dit moment wordt er hard gewerkt aan de vragen. Een groep van tien docenten heeft aan de hand van twee sessies, veertig vragen bedacht en geselecteerd. Deze liggen nu ter beoordeling bij Rob van Hattum en Hein Meijers, die lid zijn van de redactie van de Nationale Wetenschapsquiz. Deze wordt ieder jaar rond de kerstdagen gespeeld, met als presentator Wim T.Schippers.

Het criterium bij het opstellen van de vragen is dat zij algemeen moeten zijn en niet toegespitst op een bepaald vakgebied. ,,Richtlijn is dat iedere vwo’er met een bèta-achtergrond ze moet kunnen beantwoorden. Daarnaast moeten ze aansluiten bij de praktijk van alledag en mogen het geen feitjesvragen zijn.”

Heijmans kan natuurlijk geen voorbeelden geven van goede vragen. Wel kan hij de uitgangspunten van de quiz illustreren met vragen die afgevallen zijn. ,,’Wat betekent NAP?’ Die vraag valt af omdat die te feitelijk is. Bovendien kunnen de buitenlandse gasten er niets mee. Een andere was: ‘Anderhalve kip legt anderhalf ei per anderhalve dag. Hoeveel leggen zes kippen in zeven dagen?’ Op zich een leuk geformuleerde vraag, maar het antwoord is gewoon uit te rekenen en daarom ging deze eveneens terzijde.”

Argumentatie

De kandidaten moeten overigens niet alleen antwoord op de vraag geven maar dit ook kunnen beargumenteren. ,,Deze argumentatie wordt beoordeeld door een jury. Geeft een kandidaat een goed antwoord, maar deugt de redenatie niet, dan kost dat punten. Maar andersom geldt het ook: een fout antwoord en een goede argumentatie kan punten opleveren.”

De jury zal bestaan uit de eerder genoemde Van Hattum en Meijers en prof. dr. Pieter Kruit, die niet alleen hoogleraar deeltjesoptica is, maar tevens winnaar van de Nationale Wetenschapsquiz in 1998. Nadat Van Hattum en Meijers dertig vragen geselecteerd hebben, worden deze vervolgens getest in een team van studenten. De quiz zal bestaan uit de twintig vragen die dan nog overeind blijven. ,,Verder zullen Van Hattum en Meijers ons adviseren over de experimenten”, zegt Heijmans. ,,Om het geheel wat beeldender te maken, willen wij de vragen illustreren met proefnemingen. Onze opzet is dat de quiz laat zien dat wetenschap en techniek boeiend en leuk zijn en goede experimenten helpen daarbij.”

De presentatie is in handen van de rector magnificus prof.dr. Jacob Fokkema en prof.dr. Salle Kroonenberg, eveneens winnaar van de Nationale Wetenschapsquiz. De voertaal is Engels. In de pauzes zijn er cabaretvoorstellingen, muziekoptredens en een demonstratie van supergeleiding gepland. ,,Ook het publiek zelf kan aan de quiz deelnemen. Wij hebben speciaal voor het Scheikundegebouw gekozen omdat het een zaal heeft met een interactive voting system, zodat het publiek tegelijk met de kandidaten kan antwoorden. Voor de besten onder hen is er een publieksprijs beschikbaar. De echte winnaar van de wetenschapsquiz krijgt – naast een persoonlijk prijsje – een wisselbeker voor zijn universiteit, zodat we het bij een volgend lustrum nog eens over kunnen doen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.