Ook dit jaar neem ik weer een sportkaart. In ruil voor 115 euro mag een TU-medewerker vrijwel ongelimiteerd sporten. Van bewegen op muziek (het zogenaamde ‘bommen’) tot taekwondo, en van badminton tot rugby.
Dat kan me allemaal gestolen worden, want ik kom alleen om te tennissen. Net als vorig jaar zal ik vragen of mijn contributie gebruikt kan worden voor onderhoud aan de tennisbanen. Er is namelijk een aantal dingen dat me al irriteert vanaf het eerste moment dat ik voet op een TU-tennisbaan zette. Kapotte hekken, bijvoorbeeld. Bij een aantal banen krult het hekwerk vlak boven de grond omhoog, met als gevolg dat je ballen er onderdoor rollen. Je weet niet hoe @#%*! irritant dat is tot je zelf tennist, en voor de zevenentachtigste keer je partij moet onderbreken omdat alle gele jongens er weer vandoor zijn gegaan.
Het is misschien een middagje werk om dat te verhelpen, maar het gebeurt gewoon niet. En dat terwijl ik er halverwege het academisch jaar nogmaals expliciet om heb gevraagd. Op baan 10 is momenteel zelfs het hele achterhek verdwenen. Op de baan ernaast is de nettrekband al kapot sinds de hoekse en kabeljauwse twisten.
En niks frisse witte netbanden – de helft van alle netten is smerig zwart uitgeslagen. Dat krijg je, als je ze de hele winter buiten laat hangen. Alleen de netten van de vier banen die ’s winters overdekt zijn door de ballonhal zien er goed uit. En de netten van de drie achterste banen, maar die lijken nieuw te zijn. De oude netten waren waarschijnlijk weggerot. Je zou toch best zuinig op die netten kunnen zijn? Een nieuw net kost meer dan mijn sportkaart.
Bankjes om je spullen op te leggen zijn ook schaars, en indien aanwezig, vies. Er is daarentegen geen gebrek aan afvalbakken. Als je achteloos een leeg blikje weggooit, is de kans groot dat ‘ie zomaar in een afvalbak terecht komt. Naast de vele vaste bakken die er al waren, telde ik niet minder dan 22 nieuwe tonnen met een opengewerkt deksel in de vorm van een halve voetbal. Schattig. Promotiemateriaal van de Stichting Nederland Schoon, dacht ik. Navraag leerde dat iedere sportvereniging gratis één zo’n ton kan bestellen. Iedere volgende ton kost vijftig euro. Het grappige is dat die tonnen helemaal niet buiten mogen staan. Dat las ik tenminste op de website van de Nederland Schoon: “Deze afvalbakken zijn bestemd voor binnengebruik, ze zijn niet regenbestendig.” Gelukkig heeft het de afgelopen tijd nauwelijks geregend. Da’s dus boffen voor die 22 guitige afvaltonnen…
Aangezien ik alleen maar tennis, zou ik graag zien dat van mijn contributie de tennisbanen beter onderhouden worden. Mijn centen mogen dus niet naar een hogere klautermuur of naar nieuwe haakjes in de kleedkamers. Vroeger gebruikte ik ook wel eens zo’n kleedkamer, maar ik heb inmiddels leukere locaties ontdekt om legionella op te doen. Soms schrik ik ’s nachts wakker uit een nachtmerrie. Dan droomde ik weer over het plafond in kleedkamer 6.
Dap Hartmann is astronoom en werkt als universitair docent aan de faculteit TBM.
Comments are closed.