Onderwijs

Bouwkunde ruilt collecties met NAi

De faculteit Bouwkunde en het Nederlands Architectuur Instituut hebben besloten delen van hun collecties uit te wisselen. Er gaan naar schatting vierduizend prenten van Bouwkunde naar het NAi in Rotterdam.

Daarvoor in de plaats komen tweehonderd stoelen over naar Delft. Die worden gevoegd bij de vijfhonderd exemplaren tellende stoelencollectie die Bouwkunde al rijk is. ,,Dit wordt een van de mooiste collecties op dit gebied van Nederland”, zegt drs. Rob Korving, bij het Techniekmuseum belast met het collectiebeheer.

De prenten, die al naar Rotterdam zijn overgebracht, komen uit een in totaal elfduizend stuks omvattende prentencollectie, die de faculteit uit twee legaten van oud-hoogleraren ooit heeft ontvangen. Het gaat om architectuurtekeningen en plattegronden. Bouwkunde zelf behoudt de verzameling zeventiende- en achttiende-eeuwse stadsplattegronden en tekeningen van gebouwen.

De operatie is, aldus Korving, onderdeel van een herschikkingsoperatie die al langere tijd tussen de Nederlandse musea aan de gang is. ,,Wat hoort waar het beste thuis, en wat behoren we op elkaar af te stemmen.”

De stoelencollectie van Bouwkunde wordt op dit moment geïnventariseerd, schoongemaakt en gefotografeerd, en de faculteit werkt ook aan een nieuwe geklimatiseerde ruimte die voor de zomer gereed moet zijn. Tegen die tijd arriveren de stoelen uit Rotterdam. Bouwkunde beschikt dan in totaal over drie verschillende collecties, waar de faculteit ook public relations mee wil bedrijven. Naast de prenten en de stoelen is er immers ook nog de collectie-Sluyterman, die een grote hoeveelheid kunstvoorwerpen omvat, aan hand waarvan lange tijd het tekenonderwijs aan architectuurstudenten is gegeven.

Het NAi heeft zich in de bruikleenovereenkomst verplicht de prentencollectie te inventariseren. Daar is de TU nooit aan toegekomen, en volgens beheerder Korving kan dat er nog wel toe leiden dat nu genoemde aantallen omlaag bijgesteld worden. Hij vindt het een groot winstpunt dat het NAi nu over de prenten beschikt: ,,Ze waren bij Bouwkunde slecht toegankelijk en ze werden weinig geraadpleegd. Het NAi kan daarmee veel beter uit de voeten.”

De collectiebeheerder van het Techniekmuseum werkt aan het ontsluiten van het academisch erfgoed van de TU via internet. Een demo-website is daarvoor reeds beschikbaar.

www.collectie.tudelft.nl . .

Er gaan naar schatting vierduizend prenten van Bouwkunde naar het NAi in Rotterdam. Daarvoor in de plaats komen tweehonderd stoelen over naar Delft. Die worden gevoegd bij de vijfhonderd exemplaren tellende stoelencollectie die Bouwkunde al rijk is. ,,Dit wordt een van de mooiste collecties op dit gebied van Nederland”, zegt drs. Rob Korving, bij het Techniekmuseum belast met het collectiebeheer.

De prenten, die al naar Rotterdam zijn overgebracht, komen uit een in totaal elfduizend stuks omvattende prentencollectie, die de faculteit uit twee legaten van oud-hoogleraren ooit heeft ontvangen. Het gaat om architectuurtekeningen en plattegronden. Bouwkunde zelf behoudt de verzameling zeventiende- en achttiende-eeuwse stadsplattegronden en tekeningen van gebouwen.

De operatie is, aldus Korving, onderdeel van een herschikkingsoperatie die al langere tijd tussen de Nederlandse musea aan de gang is. ,,Wat hoort waar het beste thuis, en wat behoren we op elkaar af te stemmen.”

De stoelencollectie van Bouwkunde wordt op dit moment geïnventariseerd, schoongemaakt en gefotografeerd, en de faculteit werkt ook aan een nieuwe geklimatiseerde ruimte die voor de zomer gereed moet zijn. Tegen die tijd arriveren de stoelen uit Rotterdam. Bouwkunde beschikt dan in totaal over drie verschillende collecties, waar de faculteit ook public relations mee wil bedrijven. Naast de prenten en de stoelen is er immers ook nog de collectie-Sluyterman, die een grote hoeveelheid kunstvoorwerpen omvat, aan hand waarvan lange tijd het tekenonderwijs aan architectuurstudenten is gegeven.

Het NAi heeft zich in de bruikleenovereenkomst verplicht de prentencollectie te inventariseren. Daar is de TU nooit aan toegekomen, en volgens beheerder Korving kan dat er nog wel toe leiden dat nu genoemde aantallen omlaag bijgesteld worden. Hij vindt het een groot winstpunt dat het NAi nu over de prenten beschikt: ,,Ze waren bij Bouwkunde slecht toegankelijk en ze werden weinig geraadpleegd. Het NAi kan daarmee veel beter uit de voeten.”

De collectiebeheerder van het Techniekmuseum werkt aan het ontsluiten van het academisch erfgoed van de TU via internet. Een demo-website is daarvoor reeds beschikbaar.

www.collectie.tudelft.nl . .

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.