De TU zoekt nieuwe pedellen. Hoe is het om dat werk te doen en wat moet je in huis hebben? Delta liep een ochtend mee met Yvonne Schippers en Ineke Theussing. ‘Iedereen is zenuwachtig, behalve wij.’
“Een pedel loopt niet; die schrijdt. En ze houdt altijd een formeel gezicht”, zegt Ineke Theussing. “Ja, want het zijn serieuze zaken die zich hier afspelen”, voegt Yvonne Schippers toe. “Doctor is de hoogste academische graad die je kunt halen. En dat dan ook nog eens aan een technische universiteit. Mensen promoveren hier niet zomaar op wat filosofische verhaaltjes.”
Jarenlang begeleidden Schippers en Theussing het gros van alle promoties aan de TU. Maar daar komt deze zomer een eind aan. De dames worden 65 en gaan met pensioen. Op 4 juli spreken ze voor de laatste maal de gevleugelde woorden ‘Hora Est’ uit.
De TU is nu naarstig op zoek naar nieuwe pedellen. Niet naar fulltime pedellen, maar naar TU-medewerkers die naast hun vaste werkzaamheden enkele keren per maand promotieceremonies en intree- en uittreeredes van hoogleraren willen begeleiden. Ook die laatste twee taken, inauguraties van profesoren en afscheidsplechtigheden, horen bij het takenpakket van de pedel. Van de looppedel wel te verstaan. Niet elke pedel is een looppedel.
“Tegenwoordig heb je looppedellen en administratieve pedellen. Dat is per 1 april van dit jaar zo geregeld”, licht Anneke Kooijman van de communicatie-afdeling van de TU toe. “Looppedellen doen al het ceremoniële werk. Zij vallen onder de dienst communicatie. Bij de Graduate School, onderdeel van de dienst onderwijs en studentenzaken, zitten de administratieve pedellen. Zij zijn verantwoordelijk voor het papierwerk.”
Naar verluidt komen in de nieuwe poule met pedellen ook wat jongere medewerkers. “Men is de oude tutten zat”, grapt Schippers. “Maar ja, je moet als pedel wel een zekere autoriteit uitstralen.” Ook Theussing heeft zo haar bedenkingen: “Als ik als jongedame van 23 jaar oud een hoogleraar erop zou wijzen dat hij naar de kleedkamer moet omdat hij verkeerde schoenen aan heeft, dan weet ik niet hoe hij reageert . Een jonge pedel heeft mogelijk niet het overwicht om een professor andere schoenen aan te laten trekken of de kleur grijs van een stropdas te betwisten.”
Strikt protocol
Gevraagd wat hun beroep inhoudt en wat je in huis moet hebben om een goede pedel te zijn, steken Schippers en Theussing een betoog af over het belang van protocol. Goede pedellen dienen het protocol streng te bewaken. Het begint al met de kleding van de leden van de promotiecommissie, promovendus en de eventuele paranimfen (de hulpjes van de promovendus).
“Vooral de jacquetten waarin de mannelijke universitair hoofddocenten en adviseurs van de promotiecommissie gekleed moeten, zijn wel eens een probleem”, zegt Schippers terwijl ze een rondleiding geeft achter de schermen van de Senaatszaal, de zaal in de aula waar de promoties plaatsvinden. De pedellen hebben die kledingstukken in allerlei maten op voorraad in de kleedruimte. “Maar voor heel dikke mannen hebben we soms niet de goede maat. Die commissieleden mogen dan niet plaatsnemen naast hun collega’s; ze moeten opponeren vanuit de zaal waar ook het publiek zit.”
Nog wat regels. Theussing: “Tijdens de ceremonie geef je niemand een hand. Zelfs de promotor mag na het uitspreken van de laudatio (de lofrede aan het eind van de plechtigheid) en bij het overhandigen van de doctorstitel de gepromoveerde niet de hand geven. Die handeling zou suggereren dat het behaalde recht om de doctorstitel te dragen een cadeautje is. Een dergelijke felicitatie is te luchtig.”
Aanspreekvormen zijn ook voorgeschreven en dienen strikt te worden nageleefd. Voorafgaand aan de promotie geeft de pedel lijsten met de juiste formules aan alle hoofdrolspelers. Daarop staat bijvoorbeeld dat de promovendus de voorzitter aanspreekt met ‘mijnheer/mevrouw de rector’, een hoogleraar is een ‘hooggeleerde opponent’ en een gepromoveerd lid en adviseur is een ‘zeergeleerde opponent’.
“Eigenlijk is het allemaal theater”, zegt Schippers. “Je moet het leuk vinden om toneelstukjes op te voeren. Een mooi theatraal ogenblik is het moment waarop we ‘Hora Est’ komen zeggen. De promovendus of promovenda heeft zijn of haar proefschrift een uur lang verdedigd. En dan komen wij binnen voor de verlossing. Ik zie aan hun gezicht dat ze blij zijn als ik binnenkom en voor hen ga staan. Meestal is een hoogleraar net op dat moment bezig een heel moeilijke vraag te formuleren – die hoogleraar weet ook hoe laat het is, dat hoort bij het toneelstuk. Midden in een zin doe ik mijn pedellenstaf naar boven en weer naar beneden en zeg: ‘Hora Est’. De promovendus hoeft geen antwoord meer te geven.”
Hoewel de pedellen de regie strak in handen houden, gaan er toch geregeld kleine dingetjes mis. Zo ook op dinsdagochtend 22 april bij de promotieplechtigheid van dr. Aida Nukicic van Technische Natuurwetenschappen. Delta liep die ochtend mee met Schippers.

09.53
Nog maar zeven minuten. Dan moet Schippers de acht man sterke promotiecommissie voorgaan in de Senaatszaal. Stipt om 10 uur begint de promotieplechtigheid. In haar burgerkledij zit de pedel nog snel wat aantekeningen te maken in het promotieboek. Ze moet haar toga met sjerp en baret nog aantrekken. Geen stress. Dat kostuum heeft ze zo aan; ze heeft het al meer dan duizend keer aangetrokken gedurende de dertien jaar dat ze dit vak uitoefent. “Ik begeleid zo’n drie à vier promoties per week. Dus ja, dan denk ik wel dat ik in totaal op meer dan duizend promoties uitkom.”

9.59
9.59 Slechts één minuut voor aanvang. Schippers haalt de promotie-commissie op bij de commissiekamer. Een half uur voor de plechtigheid dienen de commissieleden daar aanwezig te zijn om te bespreken wie welke vragen gaat stellen. Het loopt dit keer niet helemaal zoals gepland. “Een van de promotoren was wat laat doordat hij in de file stond”, zegt Schippers. “Maar het is goed gekomen. Iedereen is altijd zenuwachtig over de tijd, behalve de pedel.”

10.00
Klokslag 10 uur leidt Schippers het cortège de Senaatszaal binnen. Achter haar lopen – nee schrijden –de voorzitter van de commissie, gevolgd door de promotor en de rest van de hooggeleerde en zeergeleerde leden. Tot dit tijdstip had de promovenda de gelegenheid om haar lekenpraatje te geven aan vrienden en familie. Vanaf nu gaat het er een stuk gewichtiger aan toe.

Schippers woont niet de hele verdediging bij. Op haar kamer gaat ze verder met het verifiëren van alle gegevens over de promotie en de plechtigheid in het promotieboek. Nummer 6966 staat er in het opengeslagen boek. ‘Study towards carotenoid 1,2-hydratase and oleate hydratase as novel biocatalysts’ wordt bijgeschreven in boek 34. Bijna zevenduizend promoties heeft de TU er sinds 1905 al opzitten. Toen veranderde de instelling van een hogeschool in een universiteit en kreeg ze dus het ius promovendi, ofwel het promotierecht. “De eerste promotie dateert uit 1906”, vertelt Schippers. “Alle boeken worden beneden in een kluis bewaard. Af en toe komt iemand van de belastingdienst langs om ze te controleren.”

10.57
Het uur is bijna om. “Nu ga ik de promovenda verlossen”, zegt Schippers, en ze schrijdt naar de Senaatszaal. “Voordat ik me naar de promovenda toedraai, glimlach ik even naar de familie. Waarschijnlijk zie ik de spanning dan van hun gezichten afglijden.”

11.00
“Hora Est.” Het uur is verstreken. De promovendus hoeft geen antwoord meer te geven op een moeilijke vraag die net is gesteld.

11.15
De promotiecommissie heeft zich teruggetrokken om over de uitslag van de verdediging te praten. De voorzitter en de promotor zetten vervolgens hun handtekening op het diploma. In de geschiedenis van de TU is het nog nooit voorgekomen dat zij hier na beraadslaging van af hebben gezien. Schippers bergt het kostbare gekalligrafeerde document op.

11.19
Schippers overhandigt het document enkele minuten later aan de promotor, vlak voordat zij de laudatio, de lofrede, uitspreekt.

11.38
Als om 11.30 uur de plechtigheid voorbij is, applaudisseert de pedel als eerste. In exact dezelfde opstelling als waarin de cortège de zaal binnenkwam, trekt de stoet naar de aangrenzende receptieruimte. Nadat alle hooggeleerde wetenschappers in toga de promovenda daar persoonlijk hebben gefeliciteerd is het de beurt aan Schippers.

11.55
Intussen is Schippers’ collega Ineke Theussing gearriveerd. Ze helpt de voorzitter van de volgende promotieplechtigheid, die om 12.30 uur start, in zijn kostuum. De plechtigheden zijn zo strak ingeroosterd dat Theussing de voorzitter niet de originele ambtsketen van de rector magnificus om kan doen, zoals voor-geschreven, maar een replica. Het origineel heeft de voorzitter van de eerste promotie nog aan, en hij is nog niet uitgeborreld.

12.26
Schippers’ dag zit er op. In haar tas zit een doctorsdiploma van een andere onderzoeker die cum laude is gepromoveerd. “Die aantekening moet nog in kalligrafie bijgetekend worden. Iemand uit mijn dorp doet dat”, zegt Schippers. Theussing zet intussen haar baret recht. Over enkele minuten begint haar ceremonie.
Naast Yvonne Schippers en Ineke Theussing heeft de TU nog drie looppedellen. Petra Charlier en Ria Vermeulen doen voornamelijk administratief pedellenwerk. Ze werkten tot voor kort bij de dienst protocollaire zaken, maar per 1 april zijn ze – op papier – verhuisd naar de Graduate School. Een keer per week trekken ze de toga aan. Ook Rina Abbriata, verbonden aan de faculteit EWI, werkt een keer per maand als looppedel.
De langstzittende pedel is Charlier. Zij werd 31 jaar geleden de eerste vrouwelijke pedel aan de TU. Jarenlang heeft ze het werk in haar eentje gedaan. “Maar goed, er waren toen natuurlijk ook veel minder promoties dan nu”, zegt ze. Inmiddels zijn er vijf pedellen. “Waarom alleen vrouwen? Het is een deeltijdfunctie, en daar vind je nu eenmaal makkelijker vrouwen voor”, gist Charlier.
In Nederland hecht men veel aan protocol bij promotieplechtigheden, aldus Charlier. En dan is de TU ook nog een van de striktere universiteiten van het land. “Bij veel universiteiten mogen opponenten in pak verschijnen. Bij ons moet het een jacquet zijn. Promovendi stellen protocol op prijs, dat hoor ik ze althans wel eens zeggen. Het verschaft duidelijkheid, waardoor ze zich geen zorgen hoeven te maken over etiquette. Alles is al vastgesteld. Het hoort er eigenlijk ook gewoon bij, die hele entourage. Met zo’n decorum wordt een belangrijke periode afgesloten.”
Geïnteresseerd geraakt in het werk van pedel? Anneke Kooijman van Directie Communication is nog op zoek naar rekruten. Voor meer informatie: j.m.kooijman@tudelft.nl

Comments are closed.