Onderwijs

Werken bij de NS? Dikke huid vereist

“Hoe bent u hier gekomen?” Die vraag krijgt NS-baas Bert Meerstadt wel vaker. Toch kwam hij deze week met de auto naar de TU Delft, voor een lezing voor Kivi Niria Students met als thema ‘Biedt de NS perspectief voor ingenieurs?’

Afgestudeerden van een de hbo-deeltijdopleiding werktuigbouwkunde hebben vrijwel allemaal een baan van vijf dagen in de week. In schril contrast daarmee staan de carrièrekansen van creatief therapeuten die in deeltijd zijn opgeleid: van hen is slechts één op de tien voltijds aan het werk. Voor kunstenaars geldt vrijwel hetzelfde.

“Niet iedereen streeft naar een fulltime baan”, schrijft de redactie van de Keuzegids, “maar de cijfers blijven toch interessant.” Afgestudeerden van economische en technische deeltijdopleidingen hebben de beste kansen op de arbeidsmarkt.

Ook aan universiteiten zijn de verschillen aanzienlijk: van de fiscaal juristen belandt bijna negentig procent in een voltijdsbaan, tegen maar veertig procent van de gezondheidswetenschappers.

Overigens zijn er in het wetenschappelijk onderwijs beduidend minder deeltijdopleidingen dan in het hbo. “De deeltijdstudent is hier geen prioriteit”, stelt de redactie onderkoeld vast. Alleen rechten en psychologie hebben behoorlijk zelfstandige deeltijdopleidingen, “met een eigen programma en goede voorzieningen”. Maar ook in deze populaire disciplines zit de klad: zo heeft de Universiteit Utrecht de stekker uit de deeltijdopleiding rechten getrokken.

Geen wonder dat vooral de Open Universiteit waardering krijgt van wo-deeltijdstudenten. De universiteit voor afstandsonderwijs staat bovenaan in de waardering van de Keuzegids, die voor het leeuwendeel op studentoordelen is gebaseerd en voor een kleiner deel op deskundigenoordelen en onderwijsstatistieken. Daarnaast krijgen de Universiteit van Tilburg en de Radboud Universiteit meer dan gemiddelde lof.

Van de grotere hogescholen bieden de Hanzehogeschool en Saxion volgens de gids het beste deeltijdonderwijs. Maar enkele zelfstandige pabo’s doen het nog een stuk beter. Met name de Katholieke Pabo in Zwolle en Christelijke Hogeschool De Driestar in Gouda steken ver boven de rest uit. “Deze toppers bewijzen dat kleinschaligheid ook in het deeltijdonderwijs een troef kan zijn”, schrijft de redactie van de Keuzegids Deeltijdstudies 2011.

Overigens vreest de redactie dat deeltijdopleidingen zullen uitsterven, nu het collegegeld voor tweede opleidingen zo hoog is geworden en de maatregelen tegen langstudeerders geen rekening dreigen te houden met het tempo van deeltijdstudenten: “Wie is er straks nog zo gek om een deeltijdopleiding te gaan volgen?”

De deeltijdversies van techniek- en landbouwopleidingen worden in het hbo het minst gewaardeerd, terwijl muziek en godsdienst juist hoge ogen gooien. Aan universiteiten krijgen de rechtenstudies relatief weinig complimenten.

Met wat charme redde Meerstadt zich aardig uit de enigszins penibele situatie waarin de vraag van één van zijn toehoorders hem had gebracht. Hij moest hierna naar een moeilijk bereikbare plek. En het was ook wel ver lopen van het station naar Civiel. “Maar ik reis liever met de trein dan met de auto en ik doe dat bijna iedere dag. Vanochtend ben ik met de trein naar mijn werk gegaan.”


Bert Meerstadt is sinds 2009 president-directeur van de Nederlandse Spoorwegen. Hij studeerde bouwkunde aan de (toen nog) TH Delft en was voorbestemd om het architectenbureau van zijn vader over te nemen. Maar Meerstadt ging aan de slag bij consultantskantoor McKinsey & Company. Via verschillende andere banen kwam hij uiteindelijk terecht bij de Nederlandse Spoorwegen, als hoogste baas.

Meerstadt zette zijn bedrijf tegenover de studenten neer als een internationaal bedrijf, dat meer om het lijf heeft dan treinen alleen. “We zijn in grootte het derde horecabedrijf van Nederland. Over tien jaar zijn we de grootste.” De internationale tak van de NS maakt een derde deel uit van het bedrijf. En niet zonder reden. “Als je talent aan je wilt binden, sta je als een puur Nederlands bedrijf op achterstand. Bovendien leren we heel veel in het buitenland.”


Ingenieurs hebben wel degelijk wat te zoeken bij de NS, hield Meerstadt de studenten voor. De ontwikkeling van de dienstregeling staat internationaal in hoog aanzien, verzekerde hij, maar de NS wil het systeem robuuster maken. En dan is er nog die sneeuw. “Een goede sneeuwvoorspelling zou ons enorm helpen. Die is nu nog te onzeker.”


Meerstadt benadrukte meer dan eens dat hij plezier heeft in zijn werk. “Maar als we een sneeuwbuitje hebben gehad, dan is het een hondenbaan, een mooie hondenbaan.” Wie bij de NS wil werken, moet ‘een beetje een dikke huid hebben’, aldus Meerstadt. “Je moet ervan houden of gaan houden: als het goed gaat, hoor je niks; als het slecht gaat krijg je op je donder. Dat hoort bij ons.”

Dat zal in de toekomst ook zo zijn, denkt Meerstadt. De spoorwegen zijn nu eenmaal een collectief goed, waarvan mensen verwachten dat het werkt. Aan de andere kant is de samenleving niet bereid er maximaal in te investeren.

En dus blijft de kans dat het af en toe mis gaat, al wil Meerstadt dat graag voorkomen. “We denken er nu over om al te gaan afschalen als de sneeuw nog in de lucht zit. Dat is een grote beslissing voor de samenleving, want dan zal het drie of vier keer per jaar voorkomen dat we de dienstregeling aanpassen.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.