Onderwijs

‘We doen geen halfbakken werk in Delft’

Rob Mudde is de nieuwe vice-president onderwijs aan de TU Delft. Hij ziet liever ambitieuze studenten dan een ingangseis waarbij ze een zeven voor wiskunde-B moeten hebben. “Een ambitieuze student die een zesje heeft gehaald, zou het best kunnen redden.”

Rob Mudde:“Ambitie is iets anders dan excellentie.” (Foto: Sam Rentmeester)

Gefeliciteerd met uw benoeming. Wat is het eerste dat u gaat doen op het gebied van onderwijs?
“Informatie ophalen. Mijn allereerste gesprek voor de portefeuille onderwijs is met de studentenraad. Het is super belangrijk om eerst met studenten aan tafel te zitten, zij vertegenwoordigen hier 24 duizend mensen. Welke zorgen en wensen hebben ze? De vervolgstap is een rondgang langs de faculteiten om te horen wat daar leeft. Onlangs hebben we de herziening van de bachelor geëvalueerd. Dan krijg je een mooi beeld van wat er allemaal op faculteiten speelt. Daar wil ik eens over praten.”

U hebt vaak in interviews met Delta gezegd dat studenten wel wat ambitieuzer mogen zijn en u neemt geen blad voor de mond. Hoe streng zal u worden in vergaderingen met de studentenraad?
“Ik heb een opinie, maar dat is iets anders dan streng. Ik discussieer graag vanuit stellingen, zodat er iets te verdedigen en aan te vallen is. Dan mag je best zo nu en dan de rand van je standpunten opzoeken zodat scherper wordt waar we het over hebben. Ik blijf erbij dat studenten die naar Delft komen, ambitieuze studenten horen te zijn. Ambitie vind ik een belangrijk begrip. Dat is iets anders dan excellentie, dat teveel richting hoge cijfers stuurt. Ambitie kan verder gaan dan alleen hoge cijfers halen. Je kunt een ambitieuze student zijn en zevens halen: prima, maar je kunt geen ambitieuze student zijn en veel herkansingen doen.”

Over cijfers gesproken, uw voorganger Anka Mulder wilde graag experimenteren met de eis dat studenten minimaal een zeven moeten hebben voor wiskunde-B. Vindt u dat een goed plan?
Ik kijk er ietsje genuanceerder naar. Onderwijs is mensen kansen bieden. Een ambitieuze student die een zesje heeft gehaald zou het best kunnen redden. De poort dichtgooien is niet prettig. Je zult maar een student zijn die hard werkt en er een zes uitsleept en hier nog harder wil werken. Is daar dan geen ruimte voor? Worden dat slechtere ingenieurs? Ik ben er niet van overtuigd. Wel is er met de hoge uitval nog wat te doen. Als al onze studenten zeer ambitieus zouden beginnen, denk ik dat de uitval vermindert.”

U hebt in een ingezonden brief in Delta gepleit voor een verandering van de studiecultuur. Daarvoor vond u de inbreng van studenten cruciaal. Hoe wilt u die studiecultuur gaan veranderen?
“Juist daarom wil ik als eerste naar de studentenraad. Een cultuur verander je niet door een document en een maatregel, maar door met elkaar te belijden waar je naartoe wilt. Ik denk dat dat alleen maar kan als studenten daar in mee willen. Die moeten uitdragen: het is hier wel Delft. We doen geen halfbakken werk in Delft.”

‘Ik wil dat iedereen op zijn eigen moment op zijn eigen plek ons onderwijs kan volgen’

U hebt een leidende rol gehad bij de ontwikkeling van de onderwijsvisie. Waar wilt u dat de TU over tien jaar staat met het onderwijs?
“Ik wil dat iedereen achter zijn beeldscherm op zijn eigen moment op zijn eigen plek ons onderwijs kan volgen, zodat we de contacttijd kunnen besteden aan de dingen die je niet zo gemakkelijk in een boek of een filmpje stopt. Conceptueel denken, ontwerpen, noem maar op. Ik hoop dat we daar een slag in maken binnen nu en vijf jaar. Het tweede is: flexibiliteit in onderwijs. Nu moet iedereen op hetzelfde moment tentamen doen omdat we het niet anders georganiseerd krijgen. Wat nu, als je met dezelfde kwaliteit elektronische tentamens af kunt nemen? Je drukt op een knop en er komt een tentamen voor jou. Op een moment dat je er klaar voor bent. Geen idee hoe dat moet, maar we zouden die kant op kunnen bewegen. Ik denk dat we ook een stap moeten proberen te maken naar interdisciplinair onderwijs. Keuzevrijheid voor studenten in het volgen van vakken.”

De TU wil groeien naar maximaal 25 duizend studenten. Hoe wilt u die instroom gaan beheersen?
“Daar heb ik geen concreet antwoord op. Een deel van de druk komt door de enorme internationale stroom. Als ik moet kiezen denk ik dat je beter je master kunt internationaliseren dan je bachelor. En dan nog sluit ik niet uit dat we in de bachelor op veel opleidingen een preventieve numerus fixus moeten zetten. Met een redelijk hoog getal, om te voorkomen wat nu bij technische informatica gebeurt.”

Wilt u dat bereiken door terug te gaan naar Nederlandstalige bachelors?
“Daar zouden we best eens over kunnen denken. Dat betekent dat een deel van je vak in het Nederlands is, maar je mag natuurlijk best de helft van de vakken in het Engels doceren.”

Quota invoeren, is dat een idee?
“Als je erover nadenkt zonder je aan allerlei regels en richtlijnen te hoeven storen, is quota invoeren geen gek idee om het divers te houden. Maar het zit snel op het terrein van discriminatie vrees ik.”

 Wat nu dus wel gebeurt bij technische informatica. Stop op non-EU studenten mag eigenlijk niet.
“Nee, dat mag eigenlijk niet. Die balans zien te houden is best moeilijk.”

Lees ook dit interview met Muddes collega, collegevoorzitter en rector magnificus Tim van der Hagen: ‘Minstens helft bachelorstudenten moet Nederlands zijn’

Nieuwsredacteur Connie van Uffelen

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

c.j.c.vanuffelen@tudelft.nl

Comments are closed.