Campus

Waarom? Daarom!

Waarom duurt het veel langer tot aardappels gaar zijn als je ze meekookt met zuurkool, dan als je ze apart kookt? Op deze vraag wil Bert Bakker, faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen, nog een laatste antwoord geven: “Het toevoegen van zuurkool aan de aardappels leidt tot kookpuntverlaging.

Dit leidt op zijn beurt tot langere kooktijd voor de aardappels, net als hoog in de bergen, waar de luchtdruk lager is en dus het kookpunt van water lager.”

De vraag van afgelopen week, waarom is gapen aanstekelijk, zelfs als de ‘na-aper’ helemaal niet moe is, wordt alles behalve eensgezind beantwoord. Han Kiersch, faculteit Technische Natuurwetenschappen, denkt niet dat gapers elkaar na-apen. “Geeuwen is een reflex, veroorzaakt door een te hoge concentratie aan koolstofdioxide in de lucht en dus geen gevolg van vermoeidheid. Die te hoge concentratie aan koolstofdioxide zal dus bij iedereen zo’n reflex oproepen, misschien bij toeval wat eerder bij de één dan bij de ander.”

Maurits Mostert, zesdejaars luchtvaart- en ruimtevaarttechniek, is het daar totaal niet mee eens. “Gapen is imitatiegedrag van soortgenoten en dus een vorm van leergedrag. Chimpansees zijn, na de mens, de tweede soort waarvan de aanstekelijkheid van gapen wetenschappelijk is aangetoond. Het gapen blijkt uit dit onderzoek overigens alleen voor volwassen chimpansees en mensen aanstekelijk: kinderen onder de vijf jaar vertonen geen imiterend gaapgedrag.”

Een derde, wederom compleet afwijkende verklaring komt van Frederik de Wit, achtstejaars materiaalkunde. “Als je gaapt in aanwezigheid van andere mensen, laat je blijken dat je honger hebt. Dit stamt nog uit de oertijd, toen het veiliger was met meerdere mensen samen te gaan jagen. Anderen in de groep konden dan op een gaap reageren door mee te gapen. Daarmee gaven ze te kennen: ‘ik heb ook honger, laten we samen gaan jagen’. Let maar eens op: met iemand die je niet zo graag mag, gaap je niet zo makkelijk mee (of je hebt geen honger).”

Steef Steeneken, negendejaars technische aardwetenschappen, sluit zich bij deze theorie aan. Hij stuurt een artikeltje mee met de volgende strekking: “Gapen is een voorbereiding op inspanning (gapen als je moe bent doe je ook alleen als je juist probeert wakker te blijven). In de oertijd werd gapen al gebruikt als middel om in de groep tot gezamenlijk gedrag te komen: als iedereen actief gegeeuwd had was men klaar voor de jacht.”

Frederik de Wit stelt ook de vraag van de week: Waarom moet je (soms) niezen als je in de zon kijkt, of heel snel van donker naar licht gaat? (IK)

Reacties of nieuwe vragen kun je wekelijks vóór maandag 16.00 uur mailen naar: waarom_daarom@yahoo.com. Maximaal vijftig woorden, en vergeet je naam, studie en studiejaar niet te vermelden!

Waarom duurt het veel langer tot aardappels gaar zijn als je ze meekookt met zuurkool, dan als je ze apart kookt? Op deze vraag wil Bert Bakker, faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen, nog een laatste antwoord geven: “Het toevoegen van zuurkool aan de aardappels leidt tot kookpuntverlaging. Dit leidt op zijn beurt tot langere kooktijd voor de aardappels, net als hoog in de bergen, waar de luchtdruk lager is en dus het kookpunt van water lager.”

De vraag van afgelopen week, waarom is gapen aanstekelijk, zelfs als de ‘na-aper’ helemaal niet moe is, wordt alles behalve eensgezind beantwoord. Han Kiersch, faculteit Technische Natuurwetenschappen, denkt niet dat gapers elkaar na-apen. “Geeuwen is een reflex, veroorzaakt door een te hoge concentratie aan koolstofdioxide in de lucht en dus geen gevolg van vermoeidheid. Die te hoge concentratie aan koolstofdioxide zal dus bij iedereen zo’n reflex oproepen, misschien bij toeval wat eerder bij de één dan bij de ander.”

Maurits Mostert, zesdejaars luchtvaart- en ruimtevaarttechniek, is het daar totaal niet mee eens. “Gapen is imitatiegedrag van soortgenoten en dus een vorm van leergedrag. Chimpansees zijn, na de mens, de tweede soort waarvan de aanstekelijkheid van gapen wetenschappelijk is aangetoond. Het gapen blijkt uit dit onderzoek overigens alleen voor volwassen chimpansees en mensen aanstekelijk: kinderen onder de vijf jaar vertonen geen imiterend gaapgedrag.”

Een derde, wederom compleet afwijkende verklaring komt van Frederik de Wit, achtstejaars materiaalkunde. “Als je gaapt in aanwezigheid van andere mensen, laat je blijken dat je honger hebt. Dit stamt nog uit de oertijd, toen het veiliger was met meerdere mensen samen te gaan jagen. Anderen in de groep konden dan op een gaap reageren door mee te gapen. Daarmee gaven ze te kennen: ‘ik heb ook honger, laten we samen gaan jagen’. Let maar eens op: met iemand die je niet zo graag mag, gaap je niet zo makkelijk mee (of je hebt geen honger).”

Steef Steeneken, negendejaars technische aardwetenschappen, sluit zich bij deze theorie aan. Hij stuurt een artikeltje mee met de volgende strekking: “Gapen is een voorbereiding op inspanning (gapen als je moe bent doe je ook alleen als je juist probeert wakker te blijven). In de oertijd werd gapen al gebruikt als middel om in de groep tot gezamenlijk gedrag te komen: als iedereen actief gegeeuwd had was men klaar voor de jacht.”

Frederik de Wit stelt ook de vraag van de week: Waarom moet je (soms) niezen als je in de zon kijkt, of heel snel van donker naar licht gaat? (IK)

Reacties of nieuwe vragen kun je wekelijks vóór maandag 16.00 uur mailen naar: waarom_daarom@yahoo.com. Maximaal vijftig woorden, en vergeet je naam, studie en studiejaar niet te vermelden!

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.