Verkiezingscampagne op herhaling

Pas volgende week draaien de campagnes van Aag en Oras op volle sterkte.

Beide partijen hebben zo’n drieëneenhalf tot vierduizend gulden uitgetrokken om stemmen te werven, en dat bedrag laat nauwelijks ruimte voor groots opgezette promotie-activiteiten. Dus volgen Aag en Oras het oude en beproefde recept: affiches ophangen, flyers uitdelen, hier en daar een collegepraatje en ’s avonds verplicht eten of borrelen bij de verenigingen.

De slogan van Aag is ook niet nieuw: ,,Het is een tekst van vier jaar geleden, maar we hebben hem opnieuw gebruikt omdat het een leus is die goed bij Aag past”, vindt de huidige fractievoorzitter Antoine Kempen. Oras trekt de groene bloesjes van vorig jaar uit de kast. Dat kan, omdat de partij geen actuele slogan in de campagne gebruikt.

Ook overgebleven van vorig jaar is de Oras-telefoonavond. Daags voor de verkiezingen (op 21 mei) zullen Orassers zo veel mogelijk studentenhuizen bellen om de bewoners tot stemmen te porren. ,,We zeggen dan niet dat ze Oras moeten stemmen, maar vragen of ze in ieder geval hun stem willen uitbrengen, op wie dan ook”, aldus fractievoorzitter Wytze de Vries.

En dan zijn er natuurlijk de verkiezingsprogramma’s, die op hoofdlijnen veel overeenkomsten vertonen. Studeerbaarheid vinden beide partijen een belangrijk item. ,,Het moet afgelopen zijn met slechte dictaten, prevelende docenten voor overvolle collegezalen en vakken die slecht op elkaar aansluiten”, vindt Oras. Ook Aag maakt zich zorgen over de ‘omgevingsfactoren’ en voegt daaraan toe dat de voorstellen die ingediend zijn bij het studeerbaarheidsfonds ,,een begin zijn, maar men mag niet denken dat dit voldoende is.”

Om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken ,,is evalueren goed”, schrijft Aag ,,maar Aag wil dat er wat gedaan wordt met de resultaten.” Als die niet goed zijn, is actie geboden. ,,Te denken valt aan didactische cursussen voor docenten en een regelmatige curriculumherziening.”

Nieuwe docenten moeten sowieso een ‘basiskwalificatie’ halen, vindt Aag. En ervaren docenten die slecht uit evaluaties naar voren komen ,,zouden desnoods moeten worden verplicht” tot het volgen van een scholing. Oras verwacht eveneens heil van docentencursussen. De goede docenten, meent Oras, kunnen op de training ,,doorgroeien naar een hoger niveau”. ,,Op deze manier worden colleges spannend en dictaten boeiende romans.”

Waar Aag bekend staat als de partij die hamert op de maatschappelijke betrokkenheid van de TU, doet ook Oras een duit in het zakje onder het motto: ,,Denk groen, denk Oras.” Zowel Aag als Oras noemen eco- of milieu-mokken en kringlooppapier als een goede eerste stap en hanteren de sleutelbegrippen ethiek en duurzame ontwikkeling. Deze aspecten moeten geïntegreerd worden in het lesprogramma, vinden ze. Immers: ,,De T van TU staat voor techniek, maar een afgestudeerd ingenieur krijgt met meer dingen te maken in zijn leven” (Aag) ofwel: ,,De huidige ingenieur heeft meer nodigdan het koffertje met formules en tabellen” (Oras).
(A.d.J.)

‘Aag denkt, durft, doet.’ Verspreid in de stad hangen de rode affiches met deze tekst, maar verder is het – twee weken voor de studentenverkiezingen voor de universiteitsraad – nog opvallend rustig. Pas volgende week draaien de campagnes van Aag en Oras op volle sterkte.

Beide partijen hebben zo’n drieëneenhalf tot vierduizend gulden uitgetrokken om stemmen te werven, en dat bedrag laat nauwelijks ruimte voor groots opgezette promotie-activiteiten. Dus volgen Aag en Oras het oude en beproefde recept: affiches ophangen, flyers uitdelen, hier en daar een collegepraatje en ’s avonds verplicht eten of borrelen bij de verenigingen.

De slogan van Aag is ook niet nieuw: ,,Het is een tekst van vier jaar geleden, maar we hebben hem opnieuw gebruikt omdat het een leus is die goed bij Aag past”, vindt de huidige fractievoorzitter Antoine Kempen. Oras trekt de groene bloesjes van vorig jaar uit de kast. Dat kan, omdat de partij geen actuele slogan in de campagne gebruikt.

Ook overgebleven van vorig jaar is de Oras-telefoonavond. Daags voor de verkiezingen (op 21 mei) zullen Orassers zo veel mogelijk studentenhuizen bellen om de bewoners tot stemmen te porren. ,,We zeggen dan niet dat ze Oras moeten stemmen, maar vragen of ze in ieder geval hun stem willen uitbrengen, op wie dan ook”, aldus fractievoorzitter Wytze de Vries.

En dan zijn er natuurlijk de verkiezingsprogramma’s, die op hoofdlijnen veel overeenkomsten vertonen. Studeerbaarheid vinden beide partijen een belangrijk item. ,,Het moet afgelopen zijn met slechte dictaten, prevelende docenten voor overvolle collegezalen en vakken die slecht op elkaar aansluiten”, vindt Oras. Ook Aag maakt zich zorgen over de ‘omgevingsfactoren’ en voegt daaraan toe dat de voorstellen die ingediend zijn bij het studeerbaarheidsfonds ,,een begin zijn, maar men mag niet denken dat dit voldoende is.”

Om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken ,,is evalueren goed”, schrijft Aag ,,maar Aag wil dat er wat gedaan wordt met de resultaten.” Als die niet goed zijn, is actie geboden. ,,Te denken valt aan didactische cursussen voor docenten en een regelmatige curriculumherziening.”

Nieuwe docenten moeten sowieso een ‘basiskwalificatie’ halen, vindt Aag. En ervaren docenten die slecht uit evaluaties naar voren komen ,,zouden desnoods moeten worden verplicht” tot het volgen van een scholing. Oras verwacht eveneens heil van docentencursussen. De goede docenten, meent Oras, kunnen op de training ,,doorgroeien naar een hoger niveau”. ,,Op deze manier worden colleges spannend en dictaten boeiende romans.”

Waar Aag bekend staat als de partij die hamert op de maatschappelijke betrokkenheid van de TU, doet ook Oras een duit in het zakje onder het motto: ,,Denk groen, denk Oras.” Zowel Aag als Oras noemen eco- of milieu-mokken en kringlooppapier als een goede eerste stap en hanteren de sleutelbegrippen ethiek en duurzame ontwikkeling. Deze aspecten moeten geïntegreerd worden in het lesprogramma, vinden ze. Immers: ,,De T van TU staat voor techniek, maar een afgestudeerd ingenieur krijgt met meer dingen te maken in zijn leven” (Aag) ofwel: ,,De huidige ingenieur heeft meer nodigdan het koffertje met formules en tabellen” (Oras).
(A.d.J.)