Trainees: de jonge honden van de TU

‘

Ieder jaar start aan de TU Delft een groep van zes tot acht trainees. Zij worden niet geselecteerd voor een functie, maar voor een loopbaan binnen de universiteit. Het traineeschap duurt drie jaar, waarin de trainees ieder jaar een ander project doen. Het eerste jaar krijgen ze projecten aangereikt waarop ze moeten solliciteren. De projecten in het tweede en derde jaar % die kunnen uitmonden in een vast dienstverband % moeten ze zelf verwerven.

De trainees Marije Blomjous, Rutger Slump en Laura Zondervan zijn respectievelijk aan het einde van hun eerste, tweede en derde jaar. Alle drie kozen ze bewust voor het werken bij een universiteit, omdat daar de prioriteiten anders zijn dan in het bedrijfsleven. Blomjous: ,,Op een universiteit staat het ontwikkelen van nieuwe technieken centraal. Deze kunnen grote maatschappelijke veranderingen met zich meebrengen. Dat spanningsveld vind ik interessant.” Ook heeft de universiteit een andere cultuur dan bij profitorganisaties, die hen aanspreekt. Zondervan: ,,Het draait hier niet alleen om de vraag: hoeveel levert het op? Maar ook om: hoe kunnen we bepaalde processen beter ondersteunen? Slump beaamt dit: ,,Het gaat hier meer om de inhoud. Op verjaardagen kan ik praten over andere onderwerpen dan lease-auto’s en targets.”

Alle drie vinden ze het traineeship erg aantrekkelijk omdat ze de vrijheid hebben om zelf een keuze te maken uit heel uiteenlopende projecten. Blomjous heeft onlangs haar eerste project voor promovendi op de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen afgerond. ,,Ik heb het ‘Ph.D program’ opgezet. Hierin werken promovendi gezamenlijk aan hun persoonlijke ontwikkeling. Doel hiervan is minder uitval en meer promoties binnen vier jaar te krijgen.”

Slump heeft zich het afgelopen jaar beziggehouden met het uitwerken en implementeren van een kwaliteitszorgsysteem voor het onderwijs bij Bouwkunde. ,,Naast het uitstippelen van het beleid heb ik veel gehad aan de implementatie. Hierdoor ervaar je zelf hoe de ideeën in de praktijk uitpakken.” Eén van de projecten van Zondervan was de realisatie van de opleiding media en kennistechnologie bij de faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica. ,,Als coördinator was ik verantwoordelijk voor het verzorgen van een marktonderzoek tot het uitstippelen van een communicatietraject. De breedte van dit project was erg aantrekkelijk. Het heeft me een idee gegeven van de richting die ik verder op wil.”

Netwerk

Het traineeship biedt echter nog meer voordelen aldus Blomjous, Slump en Zondervan. De trainingen zijn namelijk gericht op managementvaardigheden en het traineenetwerk. De maandelijkse lunch is een belangrijk onderdeel van dit netwerk. Blomjous, Slump en Zondervan: ,,Trainees zitten verspreid over de verschillende faculteiten. Doordat de lunch vaak wordt gecombineerd met een rondleiding, kom je op plaatsen binnen de TU waar een ‘gewone’ werknemer niet zo makkelijk toegang heeft. Hierdoor leer je de organisatie van heel verschillende kanten kennen.”

Ook op andere gebieden biedt het netwerk voordelen. ,,We hebben allemaal een coach, maar het is prettig om met ‘lotgenoten’ verschillende zaken door te spreken. Zoals: hoe en wanneer presenteer je ideeën? En hoe ga je met een bepaald conflict om?

De drie trainees vinden het netwerk ook handig als je iets nodig hebt van een andere faculteit voor jouw project. ,,Via een collega-trainee heb je makkelijker een ingang. En natuurlijk is zo’n netwerk ook nuttig als je op zoek gaat naar nieuwe projecten.”

Marije Blomjous, Laura Zondervan en Rutger Slump zijn trainees van de TU Delft. Alle drie kozen ze bewust voor een non-profitorganisatie. Slump: ,,Op verjaardagen wil ik over meer kunnen praten dan lease-auto’s en targets.”

Ieder jaar start aan de TU Delft een groep van zes tot acht trainees. Zij worden niet geselecteerd voor een functie, maar voor een loopbaan binnen de universiteit. Het traineeschap duurt drie jaar, waarin de trainees ieder jaar een ander project doen. Het eerste jaar krijgen ze projecten aangereikt waarop ze moeten solliciteren. De projecten in het tweede en derde jaar % die kunnen uitmonden in een vast dienstverband % moeten ze zelf verwerven.

De trainees Marije Blomjous, Rutger Slump en Laura Zondervan zijn respectievelijk aan het einde van hun eerste, tweede en derde jaar. Alle drie kozen ze bewust voor het werken bij een universiteit, omdat daar de prioriteiten anders zijn dan in het bedrijfsleven. Blomjous: ,,Op een universiteit staat het ontwikkelen van nieuwe technieken centraal. Deze kunnen grote maatschappelijke veranderingen met zich meebrengen. Dat spanningsveld vind ik interessant.” Ook heeft de universiteit een andere cultuur dan bij profitorganisaties, die hen aanspreekt. Zondervan: ,,Het draait hier niet alleen om de vraag: hoeveel levert het op? Maar ook om: hoe kunnen we bepaalde processen beter ondersteunen? Slump beaamt dit: ,,Het gaat hier meer om de inhoud. Op verjaardagen kan ik praten over andere onderwerpen dan lease-auto’s en targets.”

Alle drie vinden ze het traineeship erg aantrekkelijk omdat ze de vrijheid hebben om zelf een keuze te maken uit heel uiteenlopende projecten. Blomjous heeft onlangs haar eerste project voor promovendi op de faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen afgerond. ,,Ik heb het ‘Ph.D program’ opgezet. Hierin werken promovendi gezamenlijk aan hun persoonlijke ontwikkeling. Doel hiervan is minder uitval en meer promoties binnen vier jaar te krijgen.”

Slump heeft zich het afgelopen jaar beziggehouden met het uitwerken en implementeren van een kwaliteitszorgsysteem voor het onderwijs bij Bouwkunde. ,,Naast het uitstippelen van het beleid heb ik veel gehad aan de implementatie. Hierdoor ervaar je zelf hoe de ideeën in de praktijk uitpakken.” Eén van de projecten van Zondervan was de realisatie van de opleiding media en kennistechnologie bij de faculteit Elektrotechniek, Wiskunde en Informatica. ,,Als coördinator was ik verantwoordelijk voor het verzorgen van een marktonderzoek tot het uitstippelen van een communicatietraject. De breedte van dit project was erg aantrekkelijk. Het heeft me een idee gegeven van de richting die ik verder op wil.”

Netwerk

Het traineeship biedt echter nog meer voordelen aldus Blomjous, Slump en Zondervan. De trainingen zijn namelijk gericht op managementvaardigheden en het traineenetwerk. De maandelijkse lunch is een belangrijk onderdeel van dit netwerk. Blomjous, Slump en Zondervan: ,,Trainees zitten verspreid over de verschillende faculteiten. Doordat de lunch vaak wordt gecombineerd met een rondleiding, kom je op plaatsen binnen de TU waar een ‘gewone’ werknemer niet zo makkelijk toegang heeft. Hierdoor leer je de organisatie van heel verschillende kanten kennen.”

Ook op andere gebieden biedt het netwerk voordelen. ,,We hebben allemaal een coach, maar het is prettig om met ‘lotgenoten’ verschillende zaken door te spreken. Zoals: hoe en wanneer presenteer je ideeën? En hoe ga je met een bepaald conflict om?

De drie trainees vinden het netwerk ook handig als je iets nodig hebt van een andere faculteit voor jouw project. ,,Via een collega-trainee heb je makkelijker een ingang. En natuurlijk is zo’n netwerk ook nuttig als je op zoek gaat naar nieuwe projecten.”