Dankzij de SP mogen studies blijven bepalen of ze studentenstops invoeren. Fiat van de minister vooraf is niet nodig, maar zij mag hen wel achteraf wel op de vingers tikken.
Een sterk staaltje praktische politiek. Allerlei partijen, ook de SP, maken zich zorgen over de toegankelijkheid van het hoger onderwijs: universiteiten en hogescholen moeten terughoudend zijn met studentenstops, vinden ze.
Dus wil D66-minister Ingrid van Engelshoven de vinger aan de pols houden. In een wetsvoorstel over toegankelijkheid stond dat opleidingen voortaan toestemming moesten vragen voor een studentenstop. Pas als de minister groen licht zou geven, mochten ze de instroom beperken.
Paniek
Maar SP-Kamerlid Frank Futselaar dacht terug aan zijn tijd als docent bij een hbo-opleiding die plotseling hard groeide. “Ik kan wel zeggen dat je elkaar als docent echt in paniek zit aan te kijken”, zei hij vorige week in het Kamerdebat over de wet Taal en toegankelijkheid. “Waar halen we de lokalen vandaan? Waar halen we de mensen vandaan? Gaan we onbevoegde mensen inroosteren?”
Soms moet je dan een numerus fixus instellen, vindt hij. Maar dan heb je geen tijd om de minister toestemming te vragen. “Je gaat niet twee jaar van tevoren zeggen: we zijn over twee jaar in paniek en weten niet waar we de mensen vandaan moeten halen.”
En hij voorzag nog een probleem: de Tweede Kamer zelf. “Stel je voor, morgen zegt een technische universiteit dat ze een numerus fixus op een ict-opleiding gaat instellen. In deze Kamer beginnen daar dan onmiddellijk mensen stampij over te maken, daar kunt u donder op zeggen. Mondelinge vragen, moties indienen: de minister moet gebruikmaken van haar bevoegdheid om dit tegen te gaan. Hoe voorkomen we dat een goedkeuring vooraf gepolitiseerd wordt in deze Kamer? Dat is iets wat we volgens mij niet zouden willen.”
Rechte rug
Van Engelshoven wierp tegen dat er een commissie komt die heldere criteria meekrijgt. De minister moet dat kunnen uitleggen aan de opgewonden Kamerleden. “Dan moet de minister ook gewoon een rechte rug hebben, vind ik, en dat mag u van mij verwachten.”
En als er straks een minister zit met een minder rechte rug? Futselaar: “Ik wil toch meegeven dat wij hier geen wetgeving maken die alleen gebaseerd is op het karakter van deze minister. Wij maken wetgeving voor de toekomst. Ik weet dat dit een onwelkome boodschap is voor parlementariërs, maar we moeten misschien ook weleens de instellingen beschermen tegen de nukken van dit parlement.”
Hier konden de coalitiepartijen niet zoveel tegenin brengen. Met D66-collega Jan Paternotte heeft Futselaar het amendement nog enigszins aangepast. Nu krijgt de medezeggenschapsraad van de hogeschool of universiteit instemmingsrecht op het instellen van studentenstops, zodat er toch nog een toets vooraf is.
Noodrem
Het amendement, dat dinsdag werd aangenomen door de Tweede Kamer, regelt ook dat zo’n studentenstop hooguit drie jaar mag duren, als er geen sprake is van problemen op de arbeidsmarkt. In die periode van drie jaar moet het volgens de indieners lukken om extra docenten te werven en lesruimte te vinden.
Overigens bevat de wet nóg een noodrem dankzij een amendement van VVD en CDA. Zij wilden dat opleidingen kunnen ingrijpen als er onverwacht veel studenten van buiten Europa naar de opleidingen komen. Dus stel dat een of andere opleiding ineens een hype wordt in een groot land als China, dan kan de toestroom snel worden ingedamd.
HOP, Bas Belleman
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.