Campus

Spiegelglad dankzij MIT

Dacht jij dat je de alledaagse dingen wel onder de knie had? Lars en HP verbeteren de techniek van alles en niets uit het studentenleven.

Scheren is een eeuwig gevecht tegen de natuur. Elke dag groeit het haar weer aan en even vaak moet het er van ons weer af. Het gevecht speelt zich meestal af in de badkamer. Daar wordt met bloed, zweet en tranen een zo glad mogelijk resultaat bereikt.

Vroeger werd de strijd tegen ongewenst haar niet eens aangegaan, toen wilde men namelijk nog te kaperen varen en daar moet je een baard voor hebben. Voor de mannen die liever aan wal bleven, was het behelpen geblazen met vuursteen of botte ijzeren messen. Tot iemand in 1608 een stalen scheermes bedacht dat scherp geslepen kon worden. Dit mes dat door verscheidene kappers nog steeds de voorkeur verdient, is voor het dagelijkse scheerwerk geen oplossing.

King Camp Gilette kwam met iets beters, het illustere wegwerpscheermes. Hij ontwikkelde in 1903 dit apparaat samen met ing. Nickerson bij onze grote concurrent MIT. En met een soortgelijk apparaat gaan nog steeds de meeste mannen het dagelijkse gevecht tegen de haren aan.

De huidige scheermesjes zijn gepolijst door roterende lederen schijven, en voorzien van verschillende deklagen van chroom, keramiek en kunststof. Dit alles zorgt ervoor dat het de wrijving vermindert en wij superglad kunnen scheren.

Maar hoe krijgen we zo’n geliefd glad gelaat? Zorg ervoor dat het gezicht vochtig is en je altijd met scheerschuim scheert. Scheer bij de start met de haargroei mee, waarbij we beginnen aan de bakkebaarden, de wangen en de hals. Pas hierna de kaken, kin en snor. Vervolgens kunnen we uitscheren tegen de richting in.

Het scheren is overigens een gevecht tegen het grote getal. Want mannen beschikken over ongeveer 25 duizend baardharen die elke dag hardnekkig doorgroeien. Hier heeft de technisch begaafde mens een oplossing voor gevonden. Techniek dient immers de mens. Zo is er nu Intence Pulsed Light: het Ellipse-systeem. Dit systeem bundelt licht met een glasprisma en richt dit geconcentreerd op het ongewenste haar. Haar bevat pigment en dit zet het geconcentreerde licht om in warmte waardoor het aangrenzende haarzakje definitief wordt geliquideerd. Eigenlijk zijn haarzakjes allemaal kleine John Mieremetjes die in de onderwereld van de huid worden uitgeschakeld.

Een moeilijkere scheerklus is het scheren van schapen. Bij deze klus komen we er niet met een prismaatje. Een gepimpte versie van de tondeuse ontdoet onze wollige vrienden van hun vacht. Het voordeel voor de schapen is dat dit ritueel slechts één keer per jaar hoeft plaats te vinden.

Een andere vreemde eend in de scheerwereld zijn de wielrenners. Zij scheren namelijk ook hun benen. Dit omdat wielrenners niet zo goed kunnen fietsen en dit leren met vallen en opstaan. Bij het vallen plakt het bloed anders aan de haren. Dus zolang je kunt fietsen en wilt kaperen varen blijft al deze ellende je bespaard.

(Foto: Lars en HP)

Scheren is een eeuwig gevecht tegen de natuur. Elke dag groeit het haar weer aan en even vaak moet het er van ons weer af. Het gevecht speelt zich meestal af in de badkamer. Daar wordt met bloed, zweet en tranen een zo glad mogelijk resultaat bereikt.

Vroeger werd de strijd tegen ongewenst haar niet eens aangegaan, toen wilde men namelijk nog te kaperen varen en daar moet je een baard voor hebben. Voor de mannen die liever aan wal bleven, was het behelpen geblazen met vuursteen of botte ijzeren messen. Tot iemand in 1608 een stalen scheermes bedacht dat scherp geslepen kon worden. Dit mes dat door verscheidene kappers nog steeds de voorkeur verdient, is voor het dagelijkse scheerwerk geen oplossing.

King Camp Gilette kwam met iets beters, het illustere wegwerpscheermes. Hij ontwikkelde in 1903 dit apparaat samen met ing. Nickerson bij onze grote concurrent MIT. En met een soortgelijk apparaat gaan nog steeds de meeste mannen het dagelijkse gevecht tegen de haren aan.

De huidige scheermesjes zijn gepolijst door roterende lederen schijven, en voorzien van verschillende deklagen van chroom, keramiek en kunststof. Dit alles zorgt ervoor dat het de wrijving vermindert en wij superglad kunnen scheren.

Maar hoe krijgen we zo’n geliefd glad gelaat? Zorg ervoor dat het gezicht vochtig is en je altijd met scheerschuim scheert. Scheer bij de start met de haargroei mee, waarbij we beginnen aan de bakkebaarden, de wangen en de hals. Pas hierna de kaken, kin en snor. Vervolgens kunnen we uitscheren tegen de richting in.

Het scheren is overigens een gevecht tegen het grote getal. Want mannen beschikken over ongeveer 25 duizend baardharen die elke dag hardnekkig doorgroeien. Hier heeft de technisch begaafde mens een oplossing voor gevonden. Techniek dient immers de mens. Zo is er nu Intence Pulsed Light: het Ellipse-systeem. Dit systeem bundelt licht met een glasprisma en richt dit geconcentreerd op het ongewenste haar. Haar bevat pigment en dit zet het geconcentreerde licht om in warmte waardoor het aangrenzende haarzakje definitief wordt geliquideerd. Eigenlijk zijn haarzakjes allemaal kleine John Mieremetjes die in de onderwereld van de huid worden uitgeschakeld.

Een moeilijkere scheerklus is het scheren van schapen. Bij deze klus komen we er niet met een prismaatje. Een gepimpte versie van de tondeuse ontdoet onze wollige vrienden van hun vacht. Het voordeel voor de schapen is dat dit ritueel slechts één keer per jaar hoeft plaats te vinden.

Een andere vreemde eend in de scheerwereld zijn de wielrenners. Zij scheren namelijk ook hun benen. Dit omdat wielrenners niet zo goed kunnen fietsen en dit leren met vallen en opstaan. Bij het vallen plakt het bloed anders aan de haren. Dus zolang je kunt fietsen en wilt kaperen varen blijft al deze ellende je bespaard.

(Foto: Lars en HP)

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.