Campus

Slapstick en bluegrass

Hoewel de naam anders doet vermoeden, is The Blue Grassy Knoll geen bluegrassband. Tenminste, meestal niet. Op een dag nam één van de leden van de Australische punkband voor de gein een banjo ter hand, wat de groep inspireerde tot het muzikaal begeleiden van oude Buster Keatonfilms.

De muziekstijl? Inderdaad, bluegrass.

Het klinkt een beetje oubollig. Bluegrass, dat nog het best vergeleken kan worden met countrymuziek, is nu niet bepaald een genre waar veel jongeren op zaterdagavond los op gaan. Maar de leden van The Blue Grassy Knoll zijn verre van oubollig en Buster Keaton is onsterfelijk. De combi van de oude filmster met de jonge Australiërs werkt uitzonderlijk goed. Alsof de muziek van The Blue Grassy Knoll van oorsprong bij de films van Keaton hoorde.

In zeker opzicht is er een overeenkomst tussen de in 1966 overleden acteur en de bandleden. Buster (eigenlijk Joseph Francis) Keaton had al jong de lach aan zijn kont hangen, een eigenschap die net zozeer geldt voor de leden van The Blue Grassy Knoll. Als zoon van rondreizende acteurs, stond Keaton al op driejarige leeftijd op de planken met zijn ouders.

Tijdens zijn jeugd, die hij grotendeels op het toneel doorbracht, ontdekte hij de kracht van zijn ‘great stone face‘, de onverstoorbare gelaatsuitdrukking die hele zalen plat kreeg en die later zijn handelsmerk zou worden. Pas op 22-jarige leeftijd belandde Keaton in de (stomme) film. Het grootste deel van de tientallen producties waarin hij speelde, waren pure – zij het subtiele – slapstick. Opmerkelijk is dat de acteur werkelijk alle gelaatsuitdrukkingen kon uitdrukken, maar zelf nergens lachte.

Punk

The Blue Grassy Knoll (Gus MacMillan, Phil McLeod, Simon Barfoot, Daniel Witton en Stephen O’Hara) is wat dat betreft het tegenovergestelde van de acteur. De lach lijkt in de gezichten van de bandleden gebeiteld, waardoor ook hun publiek op voorhand al niet anders kan dan meelachen. Alle vijf hebben ze hun sporen verdiend in de muziek. Sommigen zijn klassiek geschoold, anderen leerden het vak bij talloze bandjes in de praktijk. Dat laatste is overigens nooit veranderd. Behalve punk, spelen de bandleden afzonderlijk zo’n beetje alle andere muziekstijlen in bandjes buiten The Blue Grassy Knoll. Hun uitstapje naar de bluegrass- en zigeunermuziek die ze bij de Buster Keatonfilms spelen (met veertien verschillende instrumenten), is dan ook niet zo verwonderlijk.

Grote ster van de voorstelling blijft Buster Keaton. Vanaf zijn filmdoek dirigeert hij de bandleden. ,,Niemand van ons heeft een achtergrond in de filmwereld. Ik denk dat dat op een bepaalde manier helpt, omdat wij de films van Keaton op een manier benaderen die ze muzikaal kan verheffen”, aldus Gus MacMillan vorig jaar tegen een Australische krant. ,,We kunnen veel verschillende muziekstijlen spelen en sferen creëren, want hoewel we maar met z’n vijven zijn, bespelen we veertien instrumenten. De leukste stukjes om te doen zijn de geluidseffecten en grapjes, maar we kijken wel uit dat we dat niet laten overheersen.”

Charlie Chaplin

In Australië, waar de groep voor het eerst optrad met een improvisatie op Keatons ‘Our Hospitality’ en ‘The General’ tijdens het Fringe Festival in Melbourne, wordt het vijftal de hemel ingeprezen. Dit in tegenstelling tot Keaton, die in zijn tijd niet de waardering ontving die hij verdiende. Het grote publiek voelde zich meer aangetrokken door tijdgenoot Charlie Chaplin, wiens slapstick minder subtiel was dan die van Keaton. Ook filmmakers onderschatten het talent van Keaton en negeerden zijn talenten als regisseur.

Toen ook het huwelijk van Buster op de klippen liep, greep hij naar de fles, wat resulteerde in zijn ontslag bij filmmaatschappij MGM in 1933. Pas in de jaren vijftig werd zijn werk herontdekt. Op een lijst met de vijftig beste films, die het American Film Institute in 1977 publiceerde, bleken zelfs vijf films van Keaton te zijn opgenomen: ‘Intolerance’, ‘Birth of a Nation’, ‘The Goldrush’, ‘City Lights’ en ‘The General’.

The Blue Grassy Knoll begeleidt tijdens de optredens twee andere films van Keaton. In ‘Sherlock Junior’ uit 1924 speelt Buster Keaton een filmoperateur die al dromend in de film die hij projecteert stapt, de misdaad oplost en het meisje wint. Destijds een subtiel grapje, maar blijkbaar zo grappig, dat Woody Allen het in de jaren tachtig nog eens overdeed in ‘The Purple Rose of Caïro’. In ‘Cops’, uit 1922, wordt de filmster achtervolgd door honderden politieagenten.

The Blue Grassy Knoll begeleidt ‘Cops’ en ‘Sherlock Junior’ van Buster Keaton. Zaterdag 10 februari in Theater De Veste in Delft. Aanvang:20.15 uur.

Hoewel de naam anders doet vermoeden, is The Blue Grassy Knoll geen bluegrassband. Tenminste, meestal niet. Op een dag nam één van de leden van de Australische punkband voor de gein een banjo ter hand, wat de groep inspireerde tot het muzikaal begeleiden van oude Buster Keatonfilms. De muziekstijl? Inderdaad, bluegrass.

Het klinkt een beetje oubollig. Bluegrass, dat nog het best vergeleken kan worden met countrymuziek, is nu niet bepaald een genre waar veel jongeren op zaterdagavond los op gaan. Maar de leden van The Blue Grassy Knoll zijn verre van oubollig en Buster Keaton is onsterfelijk. De combi van de oude filmster met de jonge Australiërs werkt uitzonderlijk goed. Alsof de muziek van The Blue Grassy Knoll van oorsprong bij de films van Keaton hoorde.

In zeker opzicht is er een overeenkomst tussen de in 1966 overleden acteur en de bandleden. Buster (eigenlijk Joseph Francis) Keaton had al jong de lach aan zijn kont hangen, een eigenschap die net zozeer geldt voor de leden van The Blue Grassy Knoll. Als zoon van rondreizende acteurs, stond Keaton al op driejarige leeftijd op de planken met zijn ouders.

Tijdens zijn jeugd, die hij grotendeels op het toneel doorbracht, ontdekte hij de kracht van zijn ‘great stone face‘, de onverstoorbare gelaatsuitdrukking die hele zalen plat kreeg en die later zijn handelsmerk zou worden. Pas op 22-jarige leeftijd belandde Keaton in de (stomme) film. Het grootste deel van de tientallen producties waarin hij speelde, waren pure – zij het subtiele – slapstick. Opmerkelijk is dat de acteur werkelijk alle gelaatsuitdrukkingen kon uitdrukken, maar zelf nergens lachte.

Punk

The Blue Grassy Knoll (Gus MacMillan, Phil McLeod, Simon Barfoot, Daniel Witton en Stephen O’Hara) is wat dat betreft het tegenovergestelde van de acteur. De lach lijkt in de gezichten van de bandleden gebeiteld, waardoor ook hun publiek op voorhand al niet anders kan dan meelachen. Alle vijf hebben ze hun sporen verdiend in de muziek. Sommigen zijn klassiek geschoold, anderen leerden het vak bij talloze bandjes in de praktijk. Dat laatste is overigens nooit veranderd. Behalve punk, spelen de bandleden afzonderlijk zo’n beetje alle andere muziekstijlen in bandjes buiten The Blue Grassy Knoll. Hun uitstapje naar de bluegrass- en zigeunermuziek die ze bij de Buster Keatonfilms spelen (met veertien verschillende instrumenten), is dan ook niet zo verwonderlijk.

Grote ster van de voorstelling blijft Buster Keaton. Vanaf zijn filmdoek dirigeert hij de bandleden. ,,Niemand van ons heeft een achtergrond in de filmwereld. Ik denk dat dat op een bepaalde manier helpt, omdat wij de films van Keaton op een manier benaderen die ze muzikaal kan verheffen”, aldus Gus MacMillan vorig jaar tegen een Australische krant. ,,We kunnen veel verschillende muziekstijlen spelen en sferen creëren, want hoewel we maar met z’n vijven zijn, bespelen we veertien instrumenten. De leukste stukjes om te doen zijn de geluidseffecten en grapjes, maar we kijken wel uit dat we dat niet laten overheersen.”

Charlie Chaplin

In Australië, waar de groep voor het eerst optrad met een improvisatie op Keatons ‘Our Hospitality’ en ‘The General’ tijdens het Fringe Festival in Melbourne, wordt het vijftal de hemel ingeprezen. Dit in tegenstelling tot Keaton, die in zijn tijd niet de waardering ontving die hij verdiende. Het grote publiek voelde zich meer aangetrokken door tijdgenoot Charlie Chaplin, wiens slapstick minder subtiel was dan die van Keaton. Ook filmmakers onderschatten het talent van Keaton en negeerden zijn talenten als regisseur.

Toen ook het huwelijk van Buster op de klippen liep, greep hij naar de fles, wat resulteerde in zijn ontslag bij filmmaatschappij MGM in 1933. Pas in de jaren vijftig werd zijn werk herontdekt. Op een lijst met de vijftig beste films, die het American Film Institute in 1977 publiceerde, bleken zelfs vijf films van Keaton te zijn opgenomen: ‘Intolerance’, ‘Birth of a Nation’, ‘The Goldrush’, ‘City Lights’ en ‘The General’.

The Blue Grassy Knoll begeleidt tijdens de optredens twee andere films van Keaton. In ‘Sherlock Junior’ uit 1924 speelt Buster Keaton een filmoperateur die al dromend in de film die hij projecteert stapt, de misdaad oplost en het meisje wint. Destijds een subtiel grapje, maar blijkbaar zo grappig, dat Woody Allen het in de jaren tachtig nog eens overdeed in ‘The Purple Rose of Caïro’. In ‘Cops’, uit 1922, wordt de filmster achtervolgd door honderden politieagenten.

The Blue Grassy Knoll begeleidt ‘Cops’ en ‘Sherlock Junior’ van Buster Keaton. Zaterdag 10 februari in Theater De Veste in Delft. Aanvang:20.15 uur.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.