Nieuwe aanwinsten van bibliotheek die ook interessant zijn voor niet-vakspecialistenPlaatjes domineren in Bernard Crochet, Geschichte der Schiffart (Bielefeld, Delius Klasing Verlag, 1995) , een uit het Frans vertaald populair-wetenschappelijk werk.
Het boek voert van de Egyptische zonneboten en Romeinse galeien via vikingschepen en Oost-Indiëvaarders tot de grote passagiersschepen van het begin van de eeuw – supertankers spreken nu eenmaal niet tot de verbeelding van het grote publiek. Het gaat alleen om zeeschepen, wat het ontbreken van de populaire Mississipi-raderboot verklaart.
Voor diepgang kun je beter een wetenschappelijk werk raadplegen, maar dat is doorgaans slecht geïllustreerd, simpelweg omdat de kleine oplage de aankoop van de rechten op plaatjes in de weg staat. Voor wie het allemaal ook wel eens in het echt wil zien, bevat het boek bovendien een beknopte lijst van Europese scheepvaartmusea. Ondergetekende beveelt het Wasa-museum in Stockholm aan, dat alleen al door de merkwaardige geur die er hangt (vanwege de stoffen die het 62 meter lange schip uit 1628 moeten conserveren), een onvergetelijke indruk maakt.
Iets meer gewicht heeft F. Bródy en T. Vámos (redactie), The Neumann compendium (Singapore, World Scientific, 1995) . Dit bevat een biografie en de belangrijkste geschriften van John von Neumann, een van de grootste wetenschappers van deze eeuw. Von Neumann, geboren in Budapest in 1903, kreeg op dertigjarige leeftijd al een positie aangeboden aan het Princeton Institute for Advanced Study, het academische walhalla waar ook Einstein zich ophield.
Zijn oorspronkelijke vakgebied was de wiskunde, maar hij leverde ook bijdragen aan de quantum mechanica en de hydrodynamica. Verder wordt hij beschouwd als de godfather van de computer: hij was bij bijna alle pioniersactiviteiten op dat gebied betrokken. Zijn automatentheorie inspireerde onlangs nog stripmakers Martin Lodewijk en Don Lawrence tot ‘De Von Neumann machine’ (niet in de bibliotheek, wel in de boekhandel). In een artikel uit 1955, ‘Can we survive technology?’, wees hij al op de gevaren van het broeikaseffect. Von Neumann overleed in 1957 aan kanker. Nog aan zijn sterfbed kwamen regerings-officials zijn advies inwinnen over de bouw van kerncentrales.
In het bovengenoemde rijtje ontbreken nog Von Neumanns activiteiten op het gebied van de economie. Hij was een van de grondleggers van de speltheorie (zonder hem geen management-games). De speltheorie is inmiddels uitgegroeid tot een volwassen tak van de economie. Het boek van Jörgen Weibull, Evolutionary game theory (Cambridge Mass, MIT press, 1995) bevat een overzicht van een deelgebied van de speltheorie. Omdat het zich concentreert op de wiskunde achter het spel, is het nogal abstract, maar het algemene idee is dat twee spelers elkaar met verschillende strategieën te lijf, waarbij door eensoort survival of the fittest de beste strategieën boven komen drijven. Economen zijn dan vooral geïnteresseerd in die gevallen waar twee tegenover elkaar staande strategieën elkaar in evenwicht houden. Andere gevallen leiden tot monopolies en die zijn nu eenmaal niet zo interessant.
Nieuwe aanwinsten van bibliotheek die ook interessant zijn voor niet-vakspecialisten
Plaatjes domineren in Bernard Crochet, Geschichte der Schiffart (Bielefeld, Delius Klasing Verlag, 1995) , een uit het Frans vertaald populair-wetenschappelijk werk. Het boek voert van de Egyptische zonneboten en Romeinse galeien via vikingschepen en Oost-Indiëvaarders tot de grote passagiersschepen van het begin van de eeuw – supertankers spreken nu eenmaal niet tot de verbeelding van het grote publiek. Het gaat alleen om zeeschepen, wat het ontbreken van de populaire Mississipi-raderboot verklaart.
Voor diepgang kun je beter een wetenschappelijk werk raadplegen, maar dat is doorgaans slecht geïllustreerd, simpelweg omdat de kleine oplage de aankoop van de rechten op plaatjes in de weg staat. Voor wie het allemaal ook wel eens in het echt wil zien, bevat het boek bovendien een beknopte lijst van Europese scheepvaartmusea. Ondergetekende beveelt het Wasa-museum in Stockholm aan, dat alleen al door de merkwaardige geur die er hangt (vanwege de stoffen die het 62 meter lange schip uit 1628 moeten conserveren), een onvergetelijke indruk maakt.
Iets meer gewicht heeft F. Bródy en T. Vámos (redactie), The Neumann compendium (Singapore, World Scientific, 1995) . Dit bevat een biografie en de belangrijkste geschriften van John von Neumann, een van de grootste wetenschappers van deze eeuw. Von Neumann, geboren in Budapest in 1903, kreeg op dertigjarige leeftijd al een positie aangeboden aan het Princeton Institute for Advanced Study, het academische walhalla waar ook Einstein zich ophield.
Zijn oorspronkelijke vakgebied was de wiskunde, maar hij leverde ook bijdragen aan de quantum mechanica en de hydrodynamica. Verder wordt hij beschouwd als de godfather van de computer: hij was bij bijna alle pioniersactiviteiten op dat gebied betrokken. Zijn automatentheorie inspireerde onlangs nog stripmakers Martin Lodewijk en Don Lawrence tot ‘De Von Neumann machine’ (niet in de bibliotheek, wel in de boekhandel). In een artikel uit 1955, ‘Can we survive technology?’, wees hij al op de gevaren van het broeikaseffect. Von Neumann overleed in 1957 aan kanker. Nog aan zijn sterfbed kwamen regerings-officials zijn advies inwinnen over de bouw van kerncentrales.
In het bovengenoemde rijtje ontbreken nog Von Neumanns activiteiten op het gebied van de economie. Hij was een van de grondleggers van de speltheorie (zonder hem geen management-games). De speltheorie is inmiddels uitgegroeid tot een volwassen tak van de economie. Het boek van Jörgen Weibull, Evolutionary game theory (Cambridge Mass, MIT press, 1995) bevat een overzicht van een deelgebied van de speltheorie. Omdat het zich concentreert op de wiskunde achter het spel, is het nogal abstract, maar het algemene idee is dat twee spelers elkaar met verschillende strategieën te lijf, waarbij door eensoort survival of the fittest de beste strategieën boven komen drijven. Economen zijn dan vooral geïnteresseerd in die gevallen waar twee tegenover elkaar staande strategieën elkaar in evenwicht houden. Andere gevallen leiden tot monopolies en die zijn nu eenmaal niet zo interessant.
Comments are closed.