Aan de faculteit Lucht- en Ruimtevaart is verontwaardigd en teleurgesteld gereageerd op de financiële ondergang van Fokker. Al komt de faculteit zelf niet direct in ernstige problemen, toch hoopt men dat gered wordt wat er te redden valt.
,,Maar we zullen de middelbare scholieren nog beter moeten voorlichten over de mogelijkheden van een studie lucht- en ruimtevaart.”
L&R-dekaan Van Ingen: ,,Er hangt een stemming van vechtlust. Wij in Delft zullen alle mogelijke steun aan het reddingsproces geven.” Van Ingen staat sinds zaterdag landelijk bekend als de ‘professor-met-de-bumpersticker’. NRC Handelsblad meldde toen op de voorpagina dat zijn auto beplakt is met de sticker ‘Houd Fokker in de lucht’. Vrijdag kon hij het nog nauwelijks geloven dat het echt mis dreigde te gaan met Fokker. ,,Ik ben nog steeds van mening dat Fokker binnen Dasa voor beide partijen de beste manier was om zich te manifesteren.”
Net als vele andere hoogleraren bij L&R is Van Ingen de laatste dagen bijna aan een stuk door op pad geweest om interviews te geven. Veronica talk-radio, NRC Handelsblad, Trouw, 2 Vandaag en VPRO lunch-tv, allemaal wilden ze weten wat de gevolgen van de ontwikkelingen zouden zijn voor Nederland en de TU.
Voor de TU lijkt het in eerste instantie mee te vallen. In een verklaring aan het Algemeen Nederlands Persbureau liet het college van bestuur weten dat ,,er geen reden is de opleiding lucht- en ruimtevaart te herzien. Nu al is het aantal afgestudeerden dat bij Fokker een baan vindt niet hoger dan tien procent. Ook wat betreft het door Fokker uitbestede onderzoek voorziet de de TU geen grote problemen.”
Figuur 1 Fokker werft student op bedrijvendag, vorig jaar november in de Aula
De vakgroep van prof.ir.L.B. Vogelesang, vormgeving, fabricage en materialen, doet de meeste projecten samen met Fokker, maar hij schat dat dat aandeel niet meer is dan vijf procent van alle derde geldstroomprojecten. De markt is voor L&R breder dan Fokker, maar dat moet de rest van Nederland, en zeker de aankomende studenten, wel weten. ,,We zullen vwo-ers nog beter moeten inlichten over de mogelijkheden van de studie lucht- en ruimtevaart”, benadrukt Vogelesang.
Als er geen vliegtuigen meer gemaakt worden in Nederland, hoe moet het dan verder met de vakgroep ontwerpen en vliegmechanica? Prof.ir. E. Torenbeek: ,,Dat wordt een groot probleem. Onze vakgroep staat dichter bij het produkt dan alle andere. Ik ben er persoonlijk dan ook helemaal kapot van. Meer dan voorheen zullen we ons nu moeten richten op vliegtuigontwerpen voor buitenlandse bedrijven en op andere industrietakken. Het moet hoe dan ook voorkomen worden dat onze ontwerptechnieken verloren gaan. Maar het is treurig. Ik heb wel een emotionele band met Fokker en vliegtuigen.”
Torenbeek verwijt de politiek een ‘lauwe houding’ ten opzichtevan Fokker. ,,De luchtvaarttechnologie geeft een land allure. Zo denken alle andere Europese landen met een luchtvaartindustrie erover en die pompen daar dan ook veel geld in. Nu de overheid Fokker laat vallen, worden we een gewoon kaas- en kikkerlandje, net als bijvoorbeeld Denemarken. Spanje en Indonesië streven ons dan voorbij. Ik blijf hoop houden dat iemand in de politiek zo verstandig zal zijn dit in te zien.”
Brief
Het college van bestuur heeft geprobeerd de politiek het belang van het behoud van Fokker duidelijk te maken. Het stuurde een brief aan premier Kok, minister Wijers en de Tweede Kamer waarin de zin: ,,Het beëindigen van de activiteiten van Fokker is vele malen duurder dan het continueren van het bedrijf. Fokker moet doorgaan op voorwaarde dat er een goed ondernemingsplan is en dat de kapitaalinjectie eenmalig is.”
Van Ingen en Torenbeek weten nog niet wat er gaat gebeuren met de twee deeltijdhoogleraren in de vakgroep ontwerpen en vliegmechanica. Zij werken bij Fokker en hebben aan de TU een aanstelling voor één dag in de week. Van Ingen: ,,Dat hangt af van wat er overblijft van Fokker. Ook voor studenten die stage lopen bij Fokker moet misschien een andere stageplaats gezocht worden.”
Er blijven ook optimisten bij L&R. Vogelesang: ,,Het gaat ook slecht met de Franse luchtvaart, De luchtvaarttak van Dasa die niet in het Airbus-consortium zit staat op omvallen, de Britten zijn somber. Ik denk dat dit de gelegenheid bij uitstek is om te komen tot een Europese regionale cityliner.”
Vogelesang gelooft dat de politiek zich zal inspannen de luchtvaarttechnologie niet verloren te laten gaan. ,,Wijers zegt niet voor niets dat de kennisindustrie van de luchtvaart zo belangrijk is voor Nederland. Fokker heeft eigenlijk de afgelopen jaren een te grote broek aan gehad. In plaats van projectleider zouden ze een bescheidener rol moeten spelen in een groter verband. Het is een te kleine fabriek voor een wereldregioliner. Wie weet herrijst het bedrijf, net als DAF, weer uit de as.” (J.O.)
,
Aan de faculteit Lucht- en Ruimtevaart is verontwaardigd en teleurgesteld gereageerd op de financiële ondergang van Fokker. Al komt de faculteit zelf niet direct in ernstige problemen, toch hoopt men dat gered wordt wat er te redden valt. ,,Maar we zullen de middelbare scholieren nog beter moeten voorlichten over de mogelijkheden van een studie lucht- en ruimtevaart.”
L&R-dekaan Van Ingen: ,,Er hangt een stemming van vechtlust. Wij in Delft zullen alle mogelijke steun aan het reddingsproces geven.” Van Ingen staat sinds zaterdag landelijk bekend als de ‘professor-met-de-bumpersticker’. NRC Handelsblad meldde toen op de voorpagina dat zijn auto beplakt is met de sticker ‘Houd Fokker in de lucht’. Vrijdag kon hij het nog nauwelijks geloven dat het echt mis dreigde te gaan met Fokker. ,,Ik ben nog steeds van mening dat Fokker binnen Dasa voor beide partijen de beste manier was om zich te manifesteren.”
Net als vele andere hoogleraren bij L&R is Van Ingen de laatste dagen bijna aan een stuk door op pad geweest om interviews te geven. Veronica talk-radio, NRC Handelsblad, Trouw, 2 Vandaag en VPRO lunch-tv, allemaal wilden ze weten wat de gevolgen van de ontwikkelingen zouden zijn voor Nederland en de TU.
Voor de TU lijkt het in eerste instantie mee te vallen. In een verklaring aan het Algemeen Nederlands Persbureau liet het college van bestuur weten dat ,,er geen reden is de opleiding lucht- en ruimtevaart te herzien. Nu al is het aantal afgestudeerden dat bij Fokker een baan vindt niet hoger dan tien procent. Ook wat betreft het door Fokker uitbestede onderzoek voorziet de de TU geen grote problemen.”
Figuur 1 Fokker werft student op bedrijvendag, vorig jaar november in de Aula
De vakgroep van prof.ir.L.B. Vogelesang, vormgeving, fabricage en materialen, doet de meeste projecten samen met Fokker, maar hij schat dat dat aandeel niet meer is dan vijf procent van alle derde geldstroomprojecten. De markt is voor L&R breder dan Fokker, maar dat moet de rest van Nederland, en zeker de aankomende studenten, wel weten. ,,We zullen vwo-ers nog beter moeten inlichten over de mogelijkheden van de studie lucht- en ruimtevaart”, benadrukt Vogelesang.
Als er geen vliegtuigen meer gemaakt worden in Nederland, hoe moet het dan verder met de vakgroep ontwerpen en vliegmechanica? Prof.ir. E. Torenbeek: ,,Dat wordt een groot probleem. Onze vakgroep staat dichter bij het produkt dan alle andere. Ik ben er persoonlijk dan ook helemaal kapot van. Meer dan voorheen zullen we ons nu moeten richten op vliegtuigontwerpen voor buitenlandse bedrijven en op andere industrietakken. Het moet hoe dan ook voorkomen worden dat onze ontwerptechnieken verloren gaan. Maar het is treurig. Ik heb wel een emotionele band met Fokker en vliegtuigen.”
Torenbeek verwijt de politiek een ‘lauwe houding’ ten opzichtevan Fokker. ,,De luchtvaarttechnologie geeft een land allure. Zo denken alle andere Europese landen met een luchtvaartindustrie erover en die pompen daar dan ook veel geld in. Nu de overheid Fokker laat vallen, worden we een gewoon kaas- en kikkerlandje, net als bijvoorbeeld Denemarken. Spanje en Indonesië streven ons dan voorbij. Ik blijf hoop houden dat iemand in de politiek zo verstandig zal zijn dit in te zien.”
Brief
Het college van bestuur heeft geprobeerd de politiek het belang van het behoud van Fokker duidelijk te maken. Het stuurde een brief aan premier Kok, minister Wijers en de Tweede Kamer waarin de zin: ,,Het beëindigen van de activiteiten van Fokker is vele malen duurder dan het continueren van het bedrijf. Fokker moet doorgaan op voorwaarde dat er een goed ondernemingsplan is en dat de kapitaalinjectie eenmalig is.”
Van Ingen en Torenbeek weten nog niet wat er gaat gebeuren met de twee deeltijdhoogleraren in de vakgroep ontwerpen en vliegmechanica. Zij werken bij Fokker en hebben aan de TU een aanstelling voor één dag in de week. Van Ingen: ,,Dat hangt af van wat er overblijft van Fokker. Ook voor studenten die stage lopen bij Fokker moet misschien een andere stageplaats gezocht worden.”
Er blijven ook optimisten bij L&R. Vogelesang: ,,Het gaat ook slecht met de Franse luchtvaart, De luchtvaarttak van Dasa die niet in het Airbus-consortium zit staat op omvallen, de Britten zijn somber. Ik denk dat dit de gelegenheid bij uitstek is om te komen tot een Europese regionale cityliner.”
Vogelesang gelooft dat de politiek zich zal inspannen de luchtvaarttechnologie niet verloren te laten gaan. ,,Wijers zegt niet voor niets dat de kennisindustrie van de luchtvaart zo belangrijk is voor Nederland. Fokker heeft eigenlijk de afgelopen jaren een te grote broek aan gehad. In plaats van projectleider zouden ze een bescheidener rol moeten spelen in een groter verband. Het is een te kleine fabriek voor een wereldregioliner. Wie weet herrijst het bedrijf, net als DAF, weer uit de as.” (J.O.)
Aan de faculteit Lucht- en Ruimtevaart is verontwaardigd en teleurgesteld gereageerd op de financiële ondergang van Fokker. Al komt de faculteit zelf niet direct in ernstige problemen, toch hoopt men dat gered wordt wat er te redden valt. ,,Maar we zullen de middelbare scholieren nog beter moeten voorlichten over de mogelijkheden van een studie lucht- en ruimtevaart.”
L&R-dekaan Van Ingen: ,,Er hangt een stemming van vechtlust. Wij in Delft zullen alle mogelijke steun aan het reddingsproces geven.” Van Ingen staat sinds zaterdag landelijk bekend als de ‘professor-met-de-bumpersticker’. NRC Handelsblad meldde toen op de voorpagina dat zijn auto beplakt is met de sticker ‘Houd Fokker in de lucht’. Vrijdag kon hij het nog nauwelijks geloven dat het echt mis dreigde te gaan met Fokker. ,,Ik ben nog steeds van mening dat Fokker binnen Dasa voor beide partijen de beste manier was om zich te manifesteren.”
Net als vele andere hoogleraren bij L&R is Van Ingen de laatste dagen bijna aan een stuk door op pad geweest om interviews te geven. Veronica talk-radio, NRC Handelsblad, Trouw, 2 Vandaag en VPRO lunch-tv, allemaal wilden ze weten wat de gevolgen van de ontwikkelingen zouden zijn voor Nederland en de TU.
Voor de TU lijkt het in eerste instantie mee te vallen. In een verklaring aan het Algemeen Nederlands Persbureau liet het college van bestuur weten dat ,,er geen reden is de opleiding lucht- en ruimtevaart te herzien. Nu al is het aantal afgestudeerden dat bij Fokker een baan vindt niet hoger dan tien procent. Ook wat betreft het door Fokker uitbestede onderzoek voorziet de de TU geen grote problemen.”
Figuur 1 Fokker werft student op bedrijvendag, vorig jaar november in de Aula
De vakgroep van prof.ir.L.B. Vogelesang, vormgeving, fabricage en materialen, doet de meeste projecten samen met Fokker, maar hij schat dat dat aandeel niet meer is dan vijf procent van alle derde geldstroomprojecten. De markt is voor L&R breder dan Fokker, maar dat moet de rest van Nederland, en zeker de aankomende studenten, wel weten. ,,We zullen vwo-ers nog beter moeten inlichten over de mogelijkheden van de studie lucht- en ruimtevaart”, benadrukt Vogelesang.
Als er geen vliegtuigen meer gemaakt worden in Nederland, hoe moet het dan verder met de vakgroep ontwerpen en vliegmechanica? Prof.ir. E. Torenbeek: ,,Dat wordt een groot probleem. Onze vakgroep staat dichter bij het produkt dan alle andere. Ik ben er persoonlijk dan ook helemaal kapot van. Meer dan voorheen zullen we ons nu moeten richten op vliegtuigontwerpen voor buitenlandse bedrijven en op andere industrietakken. Het moet hoe dan ook voorkomen worden dat onze ontwerptechnieken verloren gaan. Maar het is treurig. Ik heb wel een emotionele band met Fokker en vliegtuigen.”
Torenbeek verwijt de politiek een ‘lauwe houding’ ten opzichtevan Fokker. ,,De luchtvaarttechnologie geeft een land allure. Zo denken alle andere Europese landen met een luchtvaartindustrie erover en die pompen daar dan ook veel geld in. Nu de overheid Fokker laat vallen, worden we een gewoon kaas- en kikkerlandje, net als bijvoorbeeld Denemarken. Spanje en Indonesië streven ons dan voorbij. Ik blijf hoop houden dat iemand in de politiek zo verstandig zal zijn dit in te zien.”
Brief
Het college van bestuur heeft geprobeerd de politiek het belang van het behoud van Fokker duidelijk te maken. Het stuurde een brief aan premier Kok, minister Wijers en de Tweede Kamer waarin de zin: ,,Het beëindigen van de activiteiten van Fokker is vele malen duurder dan het continueren van het bedrijf. Fokker moet doorgaan op voorwaarde dat er een goed ondernemingsplan is en dat de kapitaalinjectie eenmalig is.”
Van Ingen en Torenbeek weten nog niet wat er gaat gebeuren met de twee deeltijdhoogleraren in de vakgroep ontwerpen en vliegmechanica. Zij werken bij Fokker en hebben aan de TU een aanstelling voor één dag in de week. Van Ingen: ,,Dat hangt af van wat er overblijft van Fokker. Ook voor studenten die stage lopen bij Fokker moet misschien een andere stageplaats gezocht worden.”
Er blijven ook optimisten bij L&R. Vogelesang: ,,Het gaat ook slecht met de Franse luchtvaart, De luchtvaarttak van Dasa die niet in het Airbus-consortium zit staat op omvallen, de Britten zijn somber. Ik denk dat dit de gelegenheid bij uitstek is om te komen tot een Europese regionale cityliner.”
Vogelesang gelooft dat de politiek zich zal inspannen de luchtvaarttechnologie niet verloren te laten gaan. ,,Wijers zegt niet voor niets dat de kennisindustrie van de luchtvaart zo belangrijk is voor Nederland. Fokker heeft eigenlijk de afgelopen jaren een te grote broek aan gehad. In plaats van projectleider zouden ze een bescheidener rol moeten spelen in een groter verband. Het is een te kleine fabriek voor een wereldregioliner. Wie weet herrijst het bedrijf, net als DAF, weer uit de as.” (J.O.)

Comments are closed.