Campus

‘Resultaten bereikt, maar zorgen voor de toekomst’

De voorzitter van het college van bestuur hield bij de opening van het academisch jaar, afgelopen maandag, een toespraak getiteld ‘Mainport TU Delft’.

Hieronder enige delen uit zijn toespraak.


(
Klik voor grotere foto)

,,De Adviesraad Technologiebeleid TU Delft (ARTD) publiceerde het afgelopen jaar haar nota ‘Op weg naar de 21ste eeuw’, waarin werd voorgesteld om acht Delftse Interfacultaire Onderzoekcentra (DIOC’s) in te stellen. Die centra gaan multidisciplinaire technologiethema’s aanpakken die van groot maatschappelijk-economisch belang zijn. Daarnaast deed de ARTD een aantal belangwekkende voorstellen op het gebied van het onderwijs. Onze universiteitsraad voteerde in de Financiële Kaderstelling een bedrag van 70 miljoen gulden voor de DIOC’s, gespreid over de komende vier begrotingsjaren. De acht centra zijn inmiddels gestart met het formuleren van de programma’s. (…)

Onze gezamenlijke doelstelling om de ondersteunende processen effectiever en tevens minder kostbaar te maken kreeg gestalte in het projectvoorstel Modernisering Ondersteunende Diensten. Hoofdpunten van het MOD-voorstel zijn: het opsplitsen van het Bureau van de universiteit in een kleine concernstaf en drie ondersteunende centra, het terugbrengen (door clustering) van het aantal beheerseenheden van 22 naar tien, het invoeren van functionele coördinatie vanuit de concernstaf en het tot stand brengen van een TU-wijd, geautomatiseerd management informatiesysteem.

Ons college en het Overlegorgaan Personeelszaken (OP), waarin de vakbonden zijn vertegenwoordigd, bereikten een akkoord over de hoofdlijnen van de MOD. (…).
Mijlpaal

Het bereikte akkoord is een mijlpaal in het ingezette reorganisatieproces. Wij beseffen maar al te goed dat wij nog vele en intensieve onderhandelingsronden voor de boeg hebben, maar hebben vertrouwen in de heldere plaatsbepaling die nu ontstaan is. Het OP heeft als eis gesteld dat de definitieve plannen voor de reorganisatie binnen een jaar tot stand moeten komen. Hoewel dit een uitzonderlijk zware taak legt op de schouders van alle betrokkenen, vindt ook het college van bestuur dat de onzekerheid niet langer dan een jaar mag duren.

Met de universiteitsraad en met de beheerseenheden zal in de komende weken intensief beraad plaats vinden om te komen tot een definitief model voor de clustering. Voorwaar geen eenvoudige opgave! Maar laat ons niet vergeten dat het gaat om het vrijmaken van middelen voor onderwijs en onderzoek en om het stimuleren van samenwerking tussen de kleinste werkeenheden binnen onze grote technische universiteit. (…)
Speciale toegang

Ons college zal met een aantal faculteiten overleg voeren om te komen tot het inrichten van een speciale toegang tot de laatste twee jaren van de opleiding. Hiermee willen wij vervolgopleidingen kunnen aanbieden aan studenten die, met uitstekende resultaten, een driejarige universitaire (of daarmee gelijk te stellen) opleiding hebben voltooid. Toegang tot die opleidingen zal kunnen worden verkregen op basis van een toelatingstest. Die test moet waarborgen dat deze ouderejaars studenten niet alleen een waardevolle bijdrage kunnen leveren aan het technisch-wetenschappelijke onderzoek, maar bovendien in de gestelde twee jaar kunnen afstuderen.

Wat betreft ons onderwijs zijn er helaas ook negatieve berichten. Met grote zorg hebben wij kennis genomen van een recente VSNU-publicatie over het rendement van de universitaire opleidingen in Nederland. De prestaties van de TU Delft lijken ongunstig af te steken bij die van de meeste andere instellingen. Ons college is van oordeel dat dit niet ligt aan het talent van onze studenten. Statistische gegevens tonen aan dat zij boven-modaal getalenteerd zijn. Zij hebben gemiddeld hoge cijfers voor de exacte vwo-vakken. Bovendien haalt negentig procent van onze studenten uiteindelijk een diploma in het hoger onderwijs. Maar een contingent van dertig procent doet dat elders, niet in Delft. En bovendien duurt het te lang. Terzijde merk ik op dat ook de promotie bij ons wel erg veel jaren vraagt. Onze professionals komt waardering toe voor de eisen die zij stellen aan het niveau van het onderwijs. Maar ons college is van oordeel dat thans krachtige maatregelen geboden zijn om te komen tot een verkorting van de studieduur. Op korte termijn zullen wij ons buigen over mogelijkheden om de selecterende en verwijzende werking van de propedeuse te versterken. Wij hebben het college van decanen terzake om advies gevraagd. (…)
Spanningen

Dit jaar zal de instroom van nieuwe studenten opnieuw – voor het vierde achtereenvolgende jaar – aanzienlijk dalen. landelijk is de totale teruggang van de instroom ongeveer tien procent. De daling is zowel tussen de universiteiten, als intern, tussen de faculteiten, ongelijk verdeeld. Landelijk gezien is de feitelijke marginalisering van een aantal bèta-faculteiten een zorgelijk verschijnsel. Binnen de TU Delft dreigen nieuwe spanningen te ontstaan in de verdeling van de middelen over de faculteiten.

Vooralsnog lijkt de financiering van de universiteiten nog geen gevaar te lopen. Minister Ritzen heeft immers stabiliteit in de bekostiging in het vooruitzicht gesteld. De minister heeft echter plannen om, in de een of andere vorm, geld van de universiteiten over te hevelen naar NWO. Het wetenschapsbudget zal naar alle waarschijnlijkheid voorstellen bevatten om tweehonderd miljoen gulden aan universitair geld te oormerken voor landelijke onderzoekscholen, onder regie van NWO. Die voorstellen stemmen ons zorgelijk vanwege de ervan te verwachten herverdeling van middelen, de bedreiging van het overige onderzoek en de relatieve omvangrijke bestuurlijke complexiteit die erdoor wordt veroorzaakt. (…)”

De voorzitter van het college van bestuur hield bij de opening van het academisch jaar, afgelopen maandag, een toespraak getiteld ‘Mainport TU Delft’. Hieronder enige delen uit zijn toespraak.


(
Klik voor grotere foto)

,,De Adviesraad Technologiebeleid TU Delft (ARTD) publiceerde het afgelopen jaar haar nota ‘Op weg naar de 21ste eeuw’, waarin werd voorgesteld om acht Delftse Interfacultaire Onderzoekcentra (DIOC’s) in te stellen. Die centra gaan multidisciplinaire technologiethema’s aanpakken die van groot maatschappelijk-economisch belang zijn. Daarnaast deed de ARTD een aantal belangwekkende voorstellen op het gebied van het onderwijs. Onze universiteitsraad voteerde in de Financiële Kaderstelling een bedrag van 70 miljoen gulden voor de DIOC’s, gespreid over de komende vier begrotingsjaren. De acht centra zijn inmiddels gestart met het formuleren van de programma’s. (…)

Onze gezamenlijke doelstelling om de ondersteunende processen effectiever en tevens minder kostbaar te maken kreeg gestalte in het projectvoorstel Modernisering Ondersteunende Diensten. Hoofdpunten van het MOD-voorstel zijn: het opsplitsen van het Bureau van de universiteit in een kleine concernstaf en drie ondersteunende centra, het terugbrengen (door clustering) van het aantal beheerseenheden van 22 naar tien, het invoeren van functionele coördinatie vanuit de concernstaf en het tot stand brengen van een TU-wijd, geautomatiseerd management informatiesysteem.

Ons college en het Overlegorgaan Personeelszaken (OP), waarin de vakbonden zijn vertegenwoordigd, bereikten een akkoord over de hoofdlijnen van de MOD. (…).
Mijlpaal

Het bereikte akkoord is een mijlpaal in het ingezette reorganisatieproces. Wij beseffen maar al te goed dat wij nog vele en intensieve onderhandelingsronden voor de boeg hebben, maar hebben vertrouwen in de heldere plaatsbepaling die nu ontstaan is. Het OP heeft als eis gesteld dat de definitieve plannen voor de reorganisatie binnen een jaar tot stand moeten komen. Hoewel dit een uitzonderlijk zware taak legt op de schouders van alle betrokkenen, vindt ook het college van bestuur dat de onzekerheid niet langer dan een jaar mag duren.

Met de universiteitsraad en met de beheerseenheden zal in de komende weken intensief beraad plaats vinden om te komen tot een definitief model voor de clustering. Voorwaar geen eenvoudige opgave! Maar laat ons niet vergeten dat het gaat om het vrijmaken van middelen voor onderwijs en onderzoek en om het stimuleren van samenwerking tussen de kleinste werkeenheden binnen onze grote technische universiteit. (…)
Speciale toegang

Ons college zal met een aantal faculteiten overleg voeren om te komen tot het inrichten van een speciale toegang tot de laatste twee jaren van de opleiding. Hiermee willen wij vervolgopleidingen kunnen aanbieden aan studenten die, met uitstekende resultaten, een driejarige universitaire (of daarmee gelijk te stellen) opleiding hebben voltooid. Toegang tot die opleidingen zal kunnen worden verkregen op basis van een toelatingstest. Die test moet waarborgen dat deze ouderejaars studenten niet alleen een waardevolle bijdrage kunnen leveren aan het technisch-wetenschappelijke onderzoek, maar bovendien in de gestelde twee jaar kunnen afstuderen.

Wat betreft ons onderwijs zijn er helaas ook negatieve berichten. Met grote zorg hebben wij kennis genomen van een recente VSNU-publicatie over het rendement van de universitaire opleidingen in Nederland. De prestaties van de TU Delft lijken ongunstig af te steken bij die van de meeste andere instellingen. Ons college is van oordeel dat dit niet ligt aan het talent van onze studenten. Statistische gegevens tonen aan dat zij boven-modaal getalenteerd zijn. Zij hebben gemiddeld hoge cijfers voor de exacte vwo-vakken. Bovendien haalt negentig procent van onze studenten uiteindelijk een diploma in het hoger onderwijs. Maar een contingent van dertig procent doet dat elders, niet in Delft. En bovendien duurt het te lang. Terzijde merk ik op dat ook de promotie bij ons wel erg veel jaren vraagt. Onze professionals komt waardering toe voor de eisen die zij stellen aan het niveau van het onderwijs. Maar ons college is van oordeel dat thans krachtige maatregelen geboden zijn om te komen tot een verkorting van de studieduur. Op korte termijn zullen wij ons buigen over mogelijkheden om de selecterende en verwijzende werking van de propedeuse te versterken. Wij hebben het college van decanen terzake om advies gevraagd. (…)
Spanningen

Dit jaar zal de instroom van nieuwe studenten opnieuw – voor het vierde achtereenvolgende jaar – aanzienlijk dalen. landelijk is de totale teruggang van de instroom ongeveer tien procent. De daling is zowel tussen de universiteiten, als intern, tussen de faculteiten, ongelijk verdeeld. Landelijk gezien is de feitelijke marginalisering van een aantal bèta-faculteiten een zorgelijk verschijnsel. Binnen de TU Delft dreigen nieuwe spanningen te ontstaan in de verdeling van de middelen over de faculteiten.

Vooralsnog lijkt de financiering van de universiteiten nog geen gevaar te lopen. Minister Ritzen heeft immers stabiliteit in de bekostiging in het vooruitzicht gesteld. De minister heeft echter plannen om, in de een of andere vorm, geld van de universiteiten over te hevelen naar NWO. Het wetenschapsbudget zal naar alle waarschijnlijkheid voorstellen bevatten om tweehonderd miljoen gulden aan universitair geld te oormerken voor landelijke onderzoekscholen, onder regie van NWO. Die voorstellen stemmen ons zorgelijk vanwege de ervan te verwachten herverdeling van middelen, de bedreiging van het overige onderzoek en de relatieve omvangrijke bestuurlijke complexiteit die erdoor wordt veroorzaakt. (…)”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.