Onderwijs

Plasterk: hoger onderwijs kan extra studenten aan

Als er werkelijk meer studenten komen, krijgen hogescholen en universiteiten meer geld van de rijksoverheid. Zo gaat het altijd, zegt minister Plasterk. “Dat is de vaste systematiek.”

Hij reageert op de verhalen over de enorme toevloed van eerstejaars studenten. Universiteiten en hogescholen zouden graag zien dat hij in de aanloop naar Prinsjesdag extra geld toezegt om de nieuwe lichting op te vangen, maar dat is hij niet van plan. Hij wil zich niet op vooraanmeldingen baseren en wacht de definitieve inschrijvingen af.

De financiering van hogescholen en universiteiten loopt altijd met een vertraging van twee jaar achter de feiten aan. Instellingen krijgen jaarlijks bekostiging voor het vermoedelijke aantal ingeschreven studenten. Zijn het er uiteindelijk meer of minder, dan wordt de bekostiging aangepast.

De instellingen moeten daarom ‘flink doorwerken om de instroom op te vangen’, erkent de minister, “maar ik ken de Nederlandse universiteiten en hogescholen als flexibel en daadkrachtig en heb er alle vertrouwen in dat ze daar uit komen.”

Daar denkt de vereniging van universiteiten VSNU anders over. Voorzitter Sijbolt Noorda: “Bij zulke stijgingen werkt het systeem niet.” Hij vreest dat de universiteiten komend jaar te krap bij kas komen te zitten.

Verder is hij blij dat meer mensen hoogopgeleid zullen raken. “Dit kabinet heeft als nadrukkelijke doelstelling dat meer mensen kiezen voor hoger onderwijs; we zijn dus goed op weg. Deze generatie jongeren kan de hoogste opgeleide generatie ooit worden.”

De populariteit van het hoger onderwijs zou best iets met de economische tegenwind te maken kunnen hebben, overweegt hij. “Ik kan me voorstellen dat het niet alleen het succes is van het gevoerde beleid, maar dat jongeren er in tijden van economische crisis en oplopende jeugdwerkloosheid, voor kiezen zich door een opleiding te wapenen voor de toekomst.”

Plasterks terughoudende reactie komt niet onverwacht. De vermeende toevloed van eerstejaars – “dramatisch”, volgens de vereniging van universiteiten VSNU – verdient enige relativering. Vooraanmeldingen zijn geen definitieve inschrijvingen.

Het nieuwe systeem van vooraanmeldingen – Studielink – is pas vorig jaar landelijk ingevoerd, waardoor de verschillende jaren zich lastig laten vergelijken. Voor de introductieweken van de studentensteden hebben zich weliswaar iets meer eerstejaars aangemeld, maar minder dan op basis van de vooraanmeldingscijfers kon worden verwacht.

Wie scoort het best in persoonlijkheid, ondernemerschap en innoverend vermogen? Maandag is dat de vraag bij de verkiezing van de ‘Ingenieur van het Jaar’ op de Kivi Niria Ingenieursmanifestatie in de Haagse Hogeschool. De jury heeft een voorselectie gemaakt van drie dertigers, van wie er twee uit Delft komen. Het zijn ir. Job Nijman (Fugro Water Services), ir. Saskia Rijtema (Heerema Marine Contractors) en ir. Jan van der Tempel (TU).

www.ingenieursmanifestatie.nl

Hij reageert op de berichten over de enorme toevloed van eerstejaars studenten. Universiteiten en hogescholen zouden graag zien dat hij in de aanloop naar Prinsjesdag extra geld toezegt om de nieuwe lichting op te vangen, maar dat is hij niet van plan. Hij wil zich niet op vooraanmeldingen baseren en wacht de definitieve inschrijvingen af.

De financiering van hogescholen en universiteiten loopt altijd met een vertraging van twee jaar achter de feiten aan. Instellingen krijgen jaarlijks bekostiging voor het vermoedelijke aantal ingeschreven studenten. Zijn het er uiteindelijk meer of minder, dan wordt de bekostiging aangepast.

De instellingen moeten daarom ‘flink doorwerken om de instroom op te vangen’, erkent de minister, “maar ik ken de Nederlandse universiteiten en hogescholen als flexibel en daadkrachtig en heb er alle vertrouwen in dat ze daar uit komen.”

Daar denkt de vereniging van universiteiten VSNU anders over. Voorzitter Sijbolt Noorda: “Bij zulke stijgingen werkt het systeem niet.” Hij vreest dat de universiteiten komend jaar te krap bij kas komen te zitten.

Verder is hij blij dat meer mensen hoogopgeleid zullen raken. “Dit kabinet heeft als nadrukkelijke doelstelling dat meer mensen kiezen voor hoger onderwijs; we zijn dus goed op weg. Deze generatie jongeren kan de hoogst opgeleide generatie ooit worden.”

De populariteit van het hoger onderwijs zou best iets met de economische tegenwind te maken kunnen hebben, overweegt hij. “Ik kan me voorstellen dat het niet alleen het succes is van het gevoerde beleid, maar dat jongeren er in tijden van economische crisis en oplopende jeugdwerkloosheid voor kiezen zich door een opleiding te wapenen voor de toekomst.”

Plasterks terughoudende reactie komt niet onverwacht. De vermeende toevloed van eerstejaars – ‘dramatisch’, volgens de vereniging van universiteiten VSNU – verdient enige relativering. Vooraanmeldingen zijn geen definitieve inschrijvingen.

Het nieuwe systeem van vooraanmeldingen – Studielink – is pas vorig jaar landelijk ingevoerd, waardoor de verschillende jaren zich lastig laten vergelijken. Voor de introductieweken van de studentensteden hebben zich weliswaar iets meer eerstejaars aangemeld, maar minder dan op basis van de vooraanmeldingscijfers kon worden verwacht.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.