Campus

Placemats

Maandagochtend om acht uur verzamelen bij de fractiekamer van Stip (de studenten in de Delftse gemeenteraad) aan de achterzijde van het stadhuis. Met z’n allen naar het Centraal Station, waar een grote touringbus klaar staat die als vervoermiddel voor de rest van de Stip-verkiezingscampagne zal dienen.

Althans, dat was het idee. Slechts één Stipper is op het afgesproken tijdstip aanwezig. Na een paar telefoontjes blijkt dat de bus pas ’s middags komt.

Dan het verhaal van de placemats. Elke faculteit zou afgelopen week vereerd worden met een lunchbezoek van het ‘Stip-promotieteam’. Iedereen zou eten van een Stip-placemat met daarop de verkiezingspunten. Althans, dat was wederom het idee. Na twee bezoeken blijkt dat er meer placemats op de grond terecht komen dan dat er gelezen worden.

Toch zijn er ook activiteiten die wel volgens plan verlopen tijdens de groots opgezette Stip-campagne. Zo wordt een groot aantal studentenhuizen bezocht. ,,Duizendnegenentwintig”, beweert lijsttrekker Mirik Castro. En vooral in de grotere studentenhuizen wordt Stip goed ontvangen. Mensen blijken daadwerkelijk vragen te hebben, al zijn het meestal dezelfde: ,,Hebben jullie nou ook ideeën over niet-studentenzaken?” ,,Natuurlijk”, luidt het vaste antwoord en een stortvloed van promotiepraat komt over de student heen.

Maar liefst elfduizend gulden had Stip te besteden om de Delftse student te overtuigen van het nut van de partij. Dat is tweemaal zoveel als vier jaar geleden, toen Stip op een haar na een tweede zetel misliep. Van die elfduizend gulden werden hoofdzakelijk gele spullen gekocht, flyers en posters gedrukt, een bus gehuurd. Ook was er snoep: banaantjes en Napoleons. En niet te vergeten de ‘gadgets’: balpennen, stressballetjes en – hoe kan het ook anders bij een studentenpartij – flesopeners. Zonder deze hebbedingetjes lijkt elke politieke partij kansloos.

Wat ook elke partij nodig heeft is een enthousiasteling die het zaakje draaiende houdt. Castro is zo iemand. Een soort jonge versie van Emiel Ratelband. Castro: ,,Eigenlijk is het mijn taak niet de campagne te regelen. Maar er staan erg veel eerstejaars op de lijst en die voelen zich nog niet zo betrokken. Zij maken zich meer zorgen over hun studiepunten. En terecht.”

Of de campagne het beoogde effect heeft gehad, namelijk een tweede zetel behalen, zal blijken uit de verkiezingsuitslag.

Maandagochtend om acht uur verzamelen bij de fractiekamer van Stip (de studenten in de Delftse gemeenteraad) aan de achterzijde van het stadhuis. Met z’n allen naar het Centraal Station, waar een grote touringbus klaar staat die als vervoermiddel voor de rest van de Stip-verkiezingscampagne zal dienen. Althans, dat was het idee. Slechts één Stipper is op het afgesproken tijdstip aanwezig. Na een paar telefoontjes blijkt dat de bus pas ’s middags komt.

Dan het verhaal van de placemats. Elke faculteit zou afgelopen week vereerd worden met een lunchbezoek van het ‘Stip-promotieteam’. Iedereen zou eten van een Stip-placemat met daarop de verkiezingspunten. Althans, dat was wederom het idee. Na twee bezoeken blijkt dat er meer placemats op de grond terecht komen dan dat er gelezen worden.

Toch zijn er ook activiteiten die wel volgens plan verlopen tijdens de groots opgezette Stip-campagne. Zo wordt een groot aantal studentenhuizen bezocht. ,,Duizendnegenentwintig”, beweert lijsttrekker Mirik Castro. En vooral in de grotere studentenhuizen wordt Stip goed ontvangen. Mensen blijken daadwerkelijk vragen te hebben, al zijn het meestal dezelfde: ,,Hebben jullie nou ook ideeën over niet-studentenzaken?” ,,Natuurlijk”, luidt het vaste antwoord en een stortvloed van promotiepraat komt over de student heen.

Maar liefst elfduizend gulden had Stip te besteden om de Delftse student te overtuigen van het nut van de partij. Dat is tweemaal zoveel als vier jaar geleden, toen Stip op een haar na een tweede zetel misliep. Van die elfduizend gulden werden hoofdzakelijk gele spullen gekocht, flyers en posters gedrukt, een bus gehuurd. Ook was er snoep: banaantjes en Napoleons. En niet te vergeten de ‘gadgets’: balpennen, stressballetjes en – hoe kan het ook anders bij een studentenpartij – flesopeners. Zonder deze hebbedingetjes lijkt elke politieke partij kansloos.

Wat ook elke partij nodig heeft is een enthousiasteling die het zaakje draaiende houdt. Castro is zo iemand. Een soort jonge versie van Emiel Ratelband. Castro: ,,Eigenlijk is het mijn taak niet de campagne te regelen. Maar er staan erg veel eerstejaars op de lijst en die voelen zich nog niet zo betrokken. Zij maken zich meer zorgen over hun studiepunten. En terecht.”

Of de campagne het beoogde effect heeft gehad, namelijk een tweede zetel behalen, zal blijken uit de verkiezingsuitslag.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.