Onderwijs

Onderzoek naar autisme onder studenten

De TU gaat met GGZ Delfland autisme onder Delftse studenten onderzoeken. De universiteit wil weten hoe zij deze studenten beter kan signaleren en begeleiden.

De TU krijgt in toenemende mate te maken met autistische studenten. Het gaat daarbij om de vorm van autisme die gepaard gaat met gemiddeld hogere begaafdheid: Asperger.

Dit komt gemiddeld bij 36 op de tienduizend mensen voor, maar studentenpsycholoog Paula Meesters vermoedt dat het aantal binnen de TU hoger ligt, omdat dit bij onderzoek aan de TU Eindhoven ook zo bleek te zijn. “Juist deze mensen zijn goed in analyseren en detailleren en kiezen vaak voor wiskunde”, zegt Meesters.

De aandoening kenmerkt zich door een beperkt sociaal contact met anderen. Mensen met Asperger kunnen sociale vaardigheden niet aanleren en hebben veel structuur en helder omschreven doelen nodig.

Ook hebben zij beperkte, zich herhalende en stereotype patronen van gedrag, die lijken op dwangneuroses. Klachten zijn onder meer angst voor grote groepen mensen, slapeloosheid en faalangst. Daar komt bij dat zij problemen hebben met communicatie en daardoor moeite hebben zich te concentreren.

Studenten met Asperger volgen wel begincolleges, maar het werken in kleine werkgroepjes lukt vervolgens vaak niet. “Ze kunnen niet tegen onverwachte dingen zoals verschuivende afspraken”, zegt Meesters. “Als anderen afspraken verzetten, raken ze in paniek. Dat roept erg veel conflicten op in groepen.”

Ook bij het afstuderen wordt veel gevraagd van de autonomie van de student. “Een student met Asperger raakt van streek als niet helder is wat van hem wordt verwacht”, zegt Meesters. “Hij heeft iemand nodig die zegt wat het doel is en welke stappen hij moet zetten om dat te bereiken.”

De universiteit wil autistische studenten zo veel mogelijk op maat begeleiden. Juist daarom begint zij in het nieuwe studiejaar met GGZ Delfland een onderzoek naar het vóórkomen van autisme onder studenten en naar de manier waarop zij beter zijn te helpen. Het is wettelijk verplicht om al het mogelijke te doen om studenten met een functiebeperking volwaardig te laten afstuderen.

De TU coacht projectgroepen waarin autistische studenten zitten. “We kunnen de leider in die groep helpen ermee om te gaan, of de groep uitleggen wat Asperger is”, zegt Meesters.

Ook wil de universiteit afstudeerbegeleiders leren Asperger te signaleren. Docenten zouden sneller moeten verwijzen naar studentenpsychologen of studieadviseurs en in de gaten moeten houden of het afstuderen goed verloopt.

Verder begint de TU eind februari een groep waarin onder andere mensen met Asperger wordt geleerd beter met de dagelijkse stress van een handicap om te gaan via trainingen timemanagement en faalangst.

Tot slot loopt sinds een jaar het project Studiemaatjes. Kwetsbare studenten, bijvoorbeeld met Asperger, krijgen een maatje die ze begeleidt en het sociale leven intrekt.

De TU krijgt in toenemende mate te maken met autistische studenten. Het gaat daarbij om de vorm van autisme die gepaard gaat met gemiddeld hogere begaafdheid: Asperger.

Dit komt gemiddeld bij 36 op de tienduizend mensen voor, maar studentenpsycholoog Paula Meesters vermoedt dat het aantal binnen de TU hoger ligt, omdat dit bij onderzoek aan de TU Eindhoven ook zo bleek te zijn. “Juist deze mensen zijn goed in analyseren en detailleren en kiezen vaak voor wiskunde”, zegt Meesters.

De aandoening kenmerkt zich door een beperkt sociaal contact met anderen. Mensen met Asperger kunnen sociale vaardigheden niet aanleren en hebben veel structuur en helder omschreven doelen nodig.

Ook hebben zij beperkte, zich herhalende en stereotype patronen van gedrag, die lijken op dwangneuroses. Klachten zijn onder meer angst voor grote groepen mensen, slapeloosheid en faalangst. Daar komt bij dat zij problemen hebben met communicatie en daardoor moeite hebben zich te concentreren.

Studenten met Asperger volgen wel begincolleges, maar het werken in kleine werkgroepjes lukt vervolgens vaak niet. “Ze kunnen niet tegen onverwachte dingen zoals verschuivende afspraken”, zegt Meesters. “Als anderen afspraken verzetten, raken ze in paniek. Dat roept erg veel conflicten op in groepen.”

Ook bij het afstuderen wordt veel gevraagd van de autonomie van de student. “Een student met Asperger raakt van streek als niet helder is wat van hem wordt verwacht”, zegt Meesters. “Hij heeft iemand nodig die zegt wat het doel is en welke stappen hij moet zetten om dat te bereiken.”

De universiteit wil autistische studenten zo veel mogelijk op maat begeleiden. Juist daarom begint zij in het nieuwe studiejaar met GGZ Delfland een onderzoek naar het vóórkomen van autisme onder studenten en naar de manier waarop zij beter zijn te helpen. Het is wettelijk verplicht om al het mogelijke te doen om studenten met een functiebeperking volwaardig te laten afstuderen.

De TU coacht projectgroepen waarin autistische studenten zitten. “We kunnen de leider in die groep helpen ermee om te gaan, of de groep uitleggen wat Asperger is”, zegt Meesters.

Ook wil de universiteit afstudeerbegeleiders leren Asperger te signaleren. Docenten zouden sneller moeten verwijzen naar studentenpsychologen of studieadviseurs en in de gaten moeten houden of het afstuderen goed verloopt.

Verder begint de TU eind februari een groep waarin onder andere mensen met Asperger wordt geleerd beter met de dagelijkse stress van een handicap om te gaan via trainingen timemanagement en faalangst.

Tot slot loopt sinds een jaar het project Studiemaatjes. Kwetsbare studenten, bijvoorbeeld met Asperger, krijgen een maatje die ze begeleidt en het sociale leven intrekt.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.