De Nobelprijs voor de natuurkunde gaat dit jaar naar twee doorbraken in de kosmologie. De Canadees James Peebles en de Zwitsers Michel Mayor en Didier Queloz delen de prijs.
Dat heeft het Nobelprijscomité zojuist bekendgemaakt. De prijs gaat voor de helft naar James Peebles, die in de jaren zestig voor een theoretische doorbraak zorgde en volgens het comité de kosmologie veranderde in een exacte wetenschap.
Big bang
Zo’n 14 miljard jaar geleden is het heelal met een grote klap ontstaan: de big bang. De straling van die klap is nog steeds waarneembaar. Peebles bedacht hoe we dankzij die straling kunnen achterhalen hoe het vroege heelal in elkaar stak. Daaruit volgde ook dat we slechts vijf procent van het heelal kunnen waarnemen. De rest is donkere materie en donkere energie.
De andere helft van de Nobelprijs gaat naar Michel Mayor en Didier Queloz, die in 1995 de allereerste exoplaneet ontdekten. Exoplaneten draaien niet om de zon, maar om andere sterren. Sindsdien zijn er meer dan vierduizend andere planeten gevonden.
Levend
De winnaars moeten nog in leven zijn; je kunt de prijs dus niet achteraf krijgen. Vorig jaar ging de Nobelprijs voor de natuurkunde naar de oudste laureaat in de geschiedenis: Arthur Ashkin, 96 jaar oud.
In het verleden hebben negen Nederlanders de Nobelprijs voor de natuurkunde gewonnen. De eerste twee waren Hendrik Lorentz en Pieter Zeeman in 1902 voor hun onderzoek naar het Zeeman-effect.
De meest recente Nederlandse winnaar is de Nederlands-Britse Andre Geim, die van Russische afkomst is. Hij kreeg de prijs in 2010 toegekend voor de ontwikkeling van grafeen, een supersterke koolstoflaag van één molecuul dik. Geim ontving in 2009 een eredoctoraat van de TU Delft.
Alle Nederlandse Nobelprijswinnaars voor de natuurkunde:
- Andre Geim (2010)
- Gerard ’t Hooft en Martinus Veltman (1999)
- Simon van der Meer (1984)
- Frits Zernike (1953)
- Heike Kamerlingh Onnes (1913)
- Johannes Diderik van der Waals (1910)
- Hendrik Antoon Lorentz en Pieter Zeeman (1902)
HOP, Bas Belleman
Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?
redactie@hogeronderwijspersbureau.nl
Comments are closed.