‘Voorkomen is beter dan genezen’. Onder dat motto hebben de gezamenlijke universiteiten een gedragscode voor wetenschappers opgesteld.
Onderzoekers komen steeds vaker met het bedrijfsleven in aanraking, waardoor akelige dilemma’s kunnen ontstaan. De VSNU heeft daar wat aan willen doen.
Zuivere wetenschap rust volgens de gedragscode op vijf pijlers: zorgvuldigheid, betrouwbaarheid, controleerbaarheid, onpartijdigheid en onafhankelijkheid. De auteurs werken de verschillende pijlers uit in allerlei stellingen. Zorgvuldigheid impliceert bijvoorbeeld bronvermelding en betrouwbaarheid wil zeggen dat je geen belangrijke feiten achterhoudt.
Veel verrassingen levert de code niet op. De commissie, onder leiding van rector Paul van der Heijden van de Universiteit van Amsterdam, heeft een paar dilemma’s toegevoegd om discussie uit te lokken. Wat moet je doen als een gulle opdrachtgever je onderzoek wil bijsturen? En hoe lang mag je een onderzoek geheim houden als de opdrachtgever een patent wil indienen?
De code is een mooi initiatief, vindt emeritushoogleraar psychologie Pieter Drenth, voorzitter van Allea, de Europese federatie van academies van wetenschappen. Hij heeft alleen wel kritiek op de dilemma’s. “De dilemma’s die de commissie noemt, zijn te eenvoudig. Natuurlijk mag je je onderzoek niet lang geheim houden en moet je je onderzoek niet laten bijsturen. Er zijn veel lastiger dilemma’s waar geen goed antwoord op mogelijk is.”
Een echt dilemma noemt Drenth bijvoorbeeld de vraag of een steekproef van dertig proefpersonen te klein is. “Zo ja, dan wordt het moeilijk om goed onderzoek naar zeldzame ziektes te doen.” De KNAW brengt binnenkort de nieuwe druk uit van de brochure ‘Wetenschappelijk onderzoek: dilemma’s en verleidingen’. “Die kan de code goed aanvullen”, aldus Drenth, die medeauteur is van die brochure.
Rector Fokkema van de TU Delft, die ook in de commissie zat, zou eigenlijk nog een zesde principe aan de lijst willen toevoegen: communicatie. “Je moet wetenschappers trainen om mensen goed en zorgvuldig te informeren. Als je bijvoorbeeld iets over je kankeronderzoek zegt, heb je een grote verantwoordelijkheid.” Binnen zijn eigen universiteit wil Fokkema daar meer aandacht aan besteden.
Andere leden van de gedragscodecommissie waren rector Steven Lamberts van de Erasmus Universiteit Rotterdam, rector Gerard Mols van de Universiteit Maastricht en professor Govert den Hartog (hoogleraar ethiek aan de UvA). (HOP)
Onderzoekers komen steeds vaker met het bedrijfsleven in aanraking, waardoor akelige dilemma’s kunnen ontstaan. De VSNU heeft daar wat aan willen doen.
Zuivere wetenschap rust volgens de gedragscode op vijf pijlers: zorgvuldigheid, betrouwbaarheid, controleerbaarheid, onpartijdigheid en onafhankelijkheid. De auteurs werken de verschillende pijlers uit in allerlei stellingen. Zorgvuldigheid impliceert bijvoorbeeld bronvermelding en betrouwbaarheid wil zeggen dat je geen belangrijke feiten achterhoudt.
Veel verrassingen levert de code niet op. De commissie, onder leiding van rector Paul van der Heijden van de Universiteit van Amsterdam, heeft een paar dilemma’s toegevoegd om discussie uit te lokken. Wat moet je doen als een gulle opdrachtgever je onderzoek wil bijsturen? En hoe lang mag je een onderzoek geheim houden als de opdrachtgever een patent wil indienen?
De code is een mooi initiatief, vindt emeritushoogleraar psychologie Pieter Drenth, voorzitter van Allea, de Europese federatie van academies van wetenschappen. Hij heeft alleen wel kritiek op de dilemma’s. “De dilemma’s die de commissie noemt, zijn te eenvoudig. Natuurlijk mag je je onderzoek niet lang geheim houden en moet je je onderzoek niet laten bijsturen. Er zijn veel lastiger dilemma’s waar geen goed antwoord op mogelijk is.”
Een echt dilemma noemt Drenth bijvoorbeeld de vraag of een steekproef van dertig proefpersonen te klein is. “Zo ja, dan wordt het moeilijk om goed onderzoek naar zeldzame ziektes te doen.” De KNAW brengt binnenkort de nieuwe druk uit van de brochure ‘Wetenschappelijk onderzoek: dilemma’s en verleidingen’. “Die kan de code goed aanvullen”, aldus Drenth, die medeauteur is van die brochure.
Rector Fokkema van de TU Delft, die ook in de commissie zat, zou eigenlijk nog een zesde principe aan de lijst willen toevoegen: communicatie. “Je moet wetenschappers trainen om mensen goed en zorgvuldig te informeren. Als je bijvoorbeeld iets over je kankeronderzoek zegt, heb je een grote verantwoordelijkheid.” Binnen zijn eigen universiteit wil Fokkema daar meer aandacht aan besteden.
Andere leden van de gedragscodecommissie waren rector Steven Lamberts van de Erasmus Universiteit Rotterdam, rector Gerard Mols van de Universiteit Maastricht en professor Govert den Hartog (hoogleraar ethiek aan de UvA). (HOP)
Comments are closed.