Het coronavirus veroorzaakt uitval van vraag en ontwrichting van transportketens. Dat vraagt volgens Wouter Beelaerts van Blokland om nieuwe ideeën over economie en transport.
Een belangrijke inspiratiebron voor de globalisering in de wereld is het boek The World is Flat van New York Times-journalist Thomas Friedman uit 2005. Het was een eerste aankondiging van de ‘platformeconomie’ die gedomineerd wordt door digitalisering van organisatie, productie, en transportketens. Maar ook van het persoonlijk domein onder de invloed van sociale media. Hierdoor konden wereldwijde transportketens ontstaan die een soort hypercompetitie mogelijk maakten met uiteindelijk levering aan huis.
Een gevolg was dat industriële productie en de ontwikkeling vanuit met name de Verenigde Staten en Europa zijn weggelekt naar Azië. Computerbedrijven zoals Apple, HP en Cisco werken net als autofabrikanten samen met contract manufacturers en satellietfabrieken. Voorbeelden zijn BMW, Daimler en VW die veelal lokale markten bedienen.
De markten konden de afgelopen 15 jaar ongebreideld groeien. Producenten groeiden erin mee, maar of werknemers meeprofiteerden is de vraag. De wereld werd ‘plat’ door het Angelsaksische model van zakendoen waarbij maximalisatie van winst en aandeelhouderswaarde richtinggevend zijn.
Ontwrichting
De uitbraak van het Covid-19 virus, en de ontwrichting die dat teweeg heeft gebracht van de wereldeconomie, maakt duidelijk dat de wereld kwetsbaar is geworden voor verstoringen van wereldwijde transportstromen. Dat komt doordat economieën en markten wereldwijd met elkaar verbonden zijn. Als mensen niet langer profiteren van het wereldwijde transportnetwerk en de winst van de een het verlies voor de ander betekent, dan leidt dat tot ontwrichting. Je zou kunnen stellen dat de wereld minder ‘plat’ moet worden maar weer meer ‘rond’. Onder de Covid-19-crisis lijkt de wereld op een zwalkende mammoettanker zonder tussenschotten omdat die ‘weg geoptimaliseerd’ zijn.
Wat kunnen we hiervan leren?
Wat we hiervan kunnen leren, is dat we de risico’s van een transportketen kunnen verkleinen door goederen dichter bij huis te betrekken. Dat geldt ook voor voeding. Het kost nogal wat om avocado’s en kiwi’s hier te krijgen, ook qua CO2-emissies. Consumenten kopen voedsel gelukkig steeds vaker lokaal in.
Risico’s voor de gezondheidszorg zijn te beperken door binnen Europa gezamenlijk medicijnen te gaan ontwikkelen. Ook is het belangrijk om ook eigen Europese standaarden te blijven ontwikkelen ten aanzien van sociaaleconomische vraagstukken zoals cao’s en digitale communicatie.
Wederkerigheid
Zijn we niet teveel afhankelijk geworden van monopolisten en van landen die het niet zo nauw nemen met mensen- en arbeidsrechten Wereldwijde transportketens maken ons kwetsbaar voor geopolitieke en gezondheid risico’s, evenals risico’s ten aanzien van arbeidsmarkt en arbeidsrecht en risico’s voor consumenten.
In tegenstelling tot het Angelsaksische overlegmodel, beschermt het Rijnlandse model de samenleving tegen dergelijke risico’s door het principe van samenwerking tussen belangengroepen zoals werknemers, werkgevers, burgers en het streven naar consensus in besluitvorming. We zien dat in Nederland met bijvoorbeeld klimaattafels en overleg over de pensioenen. Binnen het Rijnlandse model werken we samen met andere handelsblokken, maar dan wel onder de condities van wederkerigheid en het hanteren van gelijke standaarden met als doel om onder andere de hele transportketen transparant en duurzaam te maken.
Dr. Wouter Beelaerts van Blokland is universitair docent bij de vakgroep transport engineering en logistiek van de faculteit Werktuigbouwkunde, Maritieme Techniek & Technische Materiaalwetenschappen (3mE).
- Lees de originele lange versie
Opinion / Our platform is open to well written and well argued opinion articles written by students and employees of TU Delft. The maximum word count is 700. Email us at delta@tudelft.nl.
Comments are closed.