“De brand van Bouwkunde gaat de boeken in als een gewone brand”, zegt prof.dr. Ben Ale, hoogleraar Veiligheid en Rampenbestrijding bij Techniek, Bestuur en Management en tot voormalig directeur onderzoek van het Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding.
br />
“Brandweerlieden hebben het eerste uur een poging gedaan het gebouw van binnen uit te blussen, maar toen instortingsgevaar dreigde moesten ze eruit. Iedereen wist toen dat het gebouw tot de grond zou uitbranden. Dat is normaal bij hoogbouw uit de jaren zestig wanneer in het midden van het gebouw een stevige brand woedt.”
Dat zulke gebouwen niet meer te redden zijn, komt onder meer doordat ze meestal geen sprinklerinstallaties hebben . ook Bouwkunde had die niet – en doordat de brandwerende materialen die er in verwerkt zijn maar twintig minuten brandwerend zijn. Tegenwoordig is dat twee tot drie keer zo lang. Ook de karakteristieke constructie, een grote pilaar in het midden, twee zijvleugels en een grote onderbouw, maken het gebouw brandgevaarlijk.
Fouten zijn er volgens Ale niet gemaakt. “Iedereen kon het gebouw op tijd uit. Dat is buitengewoon goed gelukt.” Ook voldeed het gebouw aan alle veiligheidsvoorschriften. “Sprinklerinstallaties waren niet verplicht. Of de TU die er toch maar beter wel in had kunnen laten zetten? Nee. Het kost een getal met zes nullen om dat te doen. Het is een economische afweging. Het gebouw was afgeschreven. Het moest sowieso vervangen worden. Niet omdat het brandgevaarlijk was, het voldeed gewoon niet meer aan de eisen van deze tijd. Dus dan is het logisch dat de TU niet in een sprinklerinstallatie investeert.” (TvD)
“De brand van Bouwkunde gaat de boeken in als een gewone brand”, zegt prof.dr. Ben Ale, hoogleraar Veiligheid en Rampenbestrijding bij Techniek, Bestuur en Management en tot voormalig directeur onderzoek van het Nederlands Instituut voor Brandweer en Rampenbestrijding.
“Brandweerlieden hebben het eerste uur een poging gedaan het gebouw van binnen uit te blussen, maar toen instortingsgevaar dreigde moesten ze eruit. Iedereen wist toen dat het gebouw tot de grond zou uitbranden. Dat is normaal bij hoogbouw uit de jaren zestig wanneer in het midden van het gebouw een stevige brand woedt.”
Dat zulke gebouwen niet meer te redden zijn, komt onder meer doordat ze meestal geen sprinklerinstallaties hebben . ook Bouwkunde had die niet – en doordat de brandwerende materialen die er in verwerkt zijn maar twintig minuten brandwerend zijn. Tegenwoordig is dat twee tot drie keer zo lang. Ook de karakteristieke constructie, een grote pilaar in het midden, twee zijvleugels en een grote onderbouw, maken het gebouw brandgevaarlijk.
Fouten zijn er volgens Ale niet gemaakt. “Iedereen kon het gebouw op tijd uit. Dat is buitengewoon goed gelukt.” Ook voldeed het gebouw aan alle veiligheidsvoorschriften. “Sprinklerinstallaties waren niet verplicht. Of de TU die er toch maar beter wel in had kunnen laten zetten? Nee. Het kost een getal met zes nullen om dat te doen. Het is een economische afweging. Het gebouw was afgeschreven. Het moest sowieso vervangen worden. Niet omdat het brandgevaarlijk was, het voldeed gewoon niet meer aan de eisen van deze tijd. Dus dan is het logisch dat de TU niet in een sprinklerinstallatie investeert.” (TvD)
Comments are closed.