Een jaar Dssf-voorzitterschap heeft David de Bondt inzicht gegeven in beleidsvorming plus een flinke dosis ervaring wat betreft het organiseren van evenementen.
Delen
Sport speelt een belangrijke rol in het leven van civielstudent David de Bondt. Hij vindt veel sporten leuk – met een voorkeur voor golf % en dat komt goed uit bij zijn voorzitterschap van de Delftse Studenten Sport Federatie (Dssf). Hierbij moet hij tenslotte de belangen van alle sporten verdedigen. Dat heeft hij ook de afgelopen jaar gedaan en per half november heeft hij de voorzittershamer overgedragen aan Camiel Honselaar.
Core business van het Sportcentrum TU Delft is volgens de directeur Rudi Oudijk het leveren van sportfaciliteiten aan studenten. ,,Naast individuele studenten trainen er ook een vijftigtal sportverenigingen. Dssf is van groot belang voor de leiding van het Sportcentrum. Zij bundelen de wensen van de studenten % individueel of in verenigingsverband – en ontwikkelen nieuwe initiatieven. Daarnaast bewaken zij % samen met de vijftig besturen van de verenigingen – de kwaliteit van de studentensport.”
Terugkijkend concludeert De Bondt dat het werk van de Dssf grofweg in twee grote taken uiteenvalt: meedenken over het beleid en het organiseren van evenementen. Zoals de sportdag tijdens de Owee waarin de nieuwkomers kennis kunnen maken met de mogelijkheden van het sportcentrum. Maar ook zorgt de Dssf ervoor dat geïnteresseerde Delftenaren mee kunnen doen aan de grootste estafetteloop ter wereld: de Batavierenrace. ,,Verder nemen wij samen met andere universiteiten deel aan de organisatie van de Nationale Studenten Kampioenschappen. En daarnaast ondersteunen wij natuurlijk de Delftse sportverenigingen. Wij organiseren bijvoorbeeld een besturendag om hen wegwijs te maken in de subsidiemogelijkheden die er zijn.”
Masterplan
Beleid is volgens De Bondt een heel breed begrip. Het afgelopen jaar is Dssf bijvoorbeeld betrokken geweest bij de discussie rond het Stedenbouwkundig Masterplan. ,,Al langere tijd staat de uitbreiding van het sportcentrum op stapel. In 1998 hebben wij de wensen van de studenten geïnventariseerd en het is logisch dat de uitbreidingen ingepast worden in het ontwerp van het Masterplan. Een projectgroep van acht mensen is bezig daarvoor diverse voorstellen uit te werken. Op 12 december is er een debat over de uitbreiding van het sportcentrum en daarbij is iedereen met suggesties en tips welkom.”
Daarnaast is beleid ook het regelen van dagelijkse zaken. ,,Studenten komen bij ons met klachten % bijvoorbeeld over het niet komen opdagen van trainers of het aanvragen van een sportkaart % en wij bespreken dat in ons regelmatige overleg met het sportcentrum, het Studenten Service Centrum en studentenpartij Oras.”
Eén kwestie heeft Dssf dit jaar nog niet naar eigen tevredenheid kunnen oplossen: de tentamens in het sportcentrum. ,,Hettentamineren in de sporthal vinden wij toch bezwaarlijk. Het betekent dat elke tentamenperiode een hal een tot drie weken niet gebruikt kan worden. Wij kampen al met capaciteitsproblemen en nog minder ruimte levert toch problemen op voor sporters die zich willen voorbereiden op competitiewedstrijden.”
De Bondt kijkt met veel plezier terug op zijn Dssf-jaar. ,,Het is ontzettend leuk om te doen. Je werkt met een gemotiveerde groep studenten, ontmoet veel mensen en je krijgt een goed inzicht in beleidsvorming. Alleen vind ik dat het werk voor de sportfederatie eigenlijk een fulltime functie is. De Dssf werkt met zes parttimers terwijl Twente en Eindhoven beschikken over allemaal fulltimers. Je kunt dan meer en grotere sportevenementen organiseren en dat maakt een universiteit ook aantrekkelijker. Mijns inziens weegt de aanwezigheid van een levendig sportgebeuren bij een aantal studenten mee bij hun keuze voor een universiteit.”
Sport speelt een belangrijke rol in het leven van civielstudent David de Bondt. Hij vindt veel sporten leuk – met een voorkeur voor golf % en dat komt goed uit bij zijn voorzitterschap van de Delftse Studenten Sport Federatie (Dssf). Hierbij moet hij tenslotte de belangen van alle sporten verdedigen. Dat heeft hij ook de afgelopen jaar gedaan en per half november heeft hij de voorzittershamer overgedragen aan Camiel Honselaar.
Core business van het Sportcentrum TU Delft is volgens de directeur Rudi Oudijk het leveren van sportfaciliteiten aan studenten. ,,Naast individuele studenten trainen er ook een vijftigtal sportverenigingen. Dssf is van groot belang voor de leiding van het Sportcentrum. Zij bundelen de wensen van de studenten % individueel of in verenigingsverband – en ontwikkelen nieuwe initiatieven. Daarnaast bewaken zij % samen met de vijftig besturen van de verenigingen – de kwaliteit van de studentensport.”
Terugkijkend concludeert De Bondt dat het werk van de Dssf grofweg in twee grote taken uiteenvalt: meedenken over het beleid en het organiseren van evenementen. Zoals de sportdag tijdens de Owee waarin de nieuwkomers kennis kunnen maken met de mogelijkheden van het sportcentrum. Maar ook zorgt de Dssf ervoor dat geïnteresseerde Delftenaren mee kunnen doen aan de grootste estafetteloop ter wereld: de Batavierenrace. ,,Verder nemen wij samen met andere universiteiten deel aan de organisatie van de Nationale Studenten Kampioenschappen. En daarnaast ondersteunen wij natuurlijk de Delftse sportverenigingen. Wij organiseren bijvoorbeeld een besturendag om hen wegwijs te maken in de subsidiemogelijkheden die er zijn.”
Masterplan
Beleid is volgens De Bondt een heel breed begrip. Het afgelopen jaar is Dssf bijvoorbeeld betrokken geweest bij de discussie rond het Stedenbouwkundig Masterplan. ,,Al langere tijd staat de uitbreiding van het sportcentrum op stapel. In 1998 hebben wij de wensen van de studenten geïnventariseerd en het is logisch dat de uitbreidingen ingepast worden in het ontwerp van het Masterplan. Een projectgroep van acht mensen is bezig daarvoor diverse voorstellen uit te werken. Op 12 december is er een debat over de uitbreiding van het sportcentrum en daarbij is iedereen met suggesties en tips welkom.”
Daarnaast is beleid ook het regelen van dagelijkse zaken. ,,Studenten komen bij ons met klachten % bijvoorbeeld over het niet komen opdagen van trainers of het aanvragen van een sportkaart % en wij bespreken dat in ons regelmatige overleg met het sportcentrum, het Studenten Service Centrum en studentenpartij Oras.”
Eén kwestie heeft Dssf dit jaar nog niet naar eigen tevredenheid kunnen oplossen: de tentamens in het sportcentrum. ,,Hettentamineren in de sporthal vinden wij toch bezwaarlijk. Het betekent dat elke tentamenperiode een hal een tot drie weken niet gebruikt kan worden. Wij kampen al met capaciteitsproblemen en nog minder ruimte levert toch problemen op voor sporters die zich willen voorbereiden op competitiewedstrijden.”
De Bondt kijkt met veel plezier terug op zijn Dssf-jaar. ,,Het is ontzettend leuk om te doen. Je werkt met een gemotiveerde groep studenten, ontmoet veel mensen en je krijgt een goed inzicht in beleidsvorming. Alleen vind ik dat het werk voor de sportfederatie eigenlijk een fulltime functie is. De Dssf werkt met zes parttimers terwijl Twente en Eindhoven beschikken over allemaal fulltimers. Je kunt dan meer en grotere sportevenementen organiseren en dat maakt een universiteit ook aantrekkelijker. Mijns inziens weegt de aanwezigheid van een levendig sportgebeuren bij een aantal studenten mee bij hun keuze voor een universiteit.”
Comments are closed.