Wetenschap

Krimpende fles bespaart geld en milieu

PET-flessen zijn vaak dikker dan nodig is, meent ir. Ronald van Dijk. Hij ontwikkelde voor Unilever een flink lichtere oliefles.Fabrikanten maken de wanden van pet-flessen graag dik omdat ze bang zijn dat de flessen indeuken als er een vacuüm ontstaat boven in de fles.

Zo’n vacuüm ontstaat doordat de aanwezige olie oxideert en daarmee de aanwezige zuurstof verbruikt.

Van Dijk toonde aan dat de stevigheid van de fles niet per se van een dikke wand hoeft te komen. Het ontstane vacuüm levert een goed te voorspellen volumeafname en die is ook anders op te vangen, met een gecontroleerde, voor de consument onzichtbare vervorming van de verpakking. Dat levert een aanzienlijke materiaalbesparing op.

,,Bij mijn fles voor eetbare oliën heb ik de ribbels zo geoptimaliseerd dat de fles dat volumeverschil precies kan opvangen zonder zichtbaar te falen. In plaats daarvan krimpt de fles een beetje, wordt een beetje korter”, legt Van Dijk uit.

Inmiddels ligt ‘zijn’ fles in Zuid-Afrika in de winkels. Daar maakten flessenfabrikanten altijd slaolieflessen met een relatief dikke wand. Het oxidatie-effect is in Zuid-Afrika namelijk sterker dan in Nederland door de langere tijd dat een product in de winkel ligt en het warmere klimaat.

Volgens Van Dijk was een gewichtsbesparing van maximaal 46 procent mogelijk. De producent heeft toch nog wat extra veiligheidsmarges ingebouwd en koos voor een besparing van 25 procent. Het levert Unilever jaarlijks een kostenbesparing op waarmee ze de onderzoekskosten ruimschoots terugverdienen, volgens Van Dijk.

De promovendus denkt dat ook in Nederland veel afval te besparen is als de verpakkingsindustrie bij het ontwerpen van verpakkingen historische vuistregels vervangt door een modelmatige aanpak. Tijdens zijn promotieonderzoek maakte hij een computermodel dat rekening houdt met chemische, fysische en mechanische aspecten die de draagkracht van de verpakking beïnvloeden. Zijn model is voor allerlei dunwandige plastic verpakkingen te gebruiken, zoals schoonmaakmiddelen, wasmiddelen en ijsthee. Ook bij deze producten treedt oxidatie in de verpakking op.

Van Dijk nam verder een aantal vuistregels van verpakkingsfabrikanten onder de loep en ontdekte dat sommige overbodig zijn. Bedrijven gebruiken bijvoorbeeld nog steeds een waarde voor de sterkte van een lege fles die historisch gezien nodig was tijdens het afsluiten van de fles. Tegenwoordig neemt een capping ring, een ring om de nek van de fles, deze functie over.

PET-flessen zijn vaak dikker dan nodig is, meent ir. Ronald van Dijk. Hij ontwikkelde voor Unilever een flink lichtere oliefles.

Fabrikanten maken de wanden van pet-flessen graag dik omdat ze bang zijn dat de flessen indeuken als er een vacuüm ontstaat boven in de fles. Zo’n vacuüm ontstaat doordat de aanwezige olie oxideert en daarmee de aanwezige zuurstof verbruikt.

Van Dijk toonde aan dat de stevigheid van de fles niet per se van een dikke wand hoeft te komen. Het ontstane vacuüm levert een goed te voorspellen volumeafname en die is ook anders op te vangen, met een gecontroleerde, voor de consument onzichtbare vervorming van de verpakking. Dat levert een aanzienlijke materiaalbesparing op.

,,Bij mijn fles voor eetbare oliën heb ik de ribbels zo geoptimaliseerd dat de fles dat volumeverschil precies kan opvangen zonder zichtbaar te falen. In plaats daarvan krimpt de fles een beetje, wordt een beetje korter”, legt Van Dijk uit.

Inmiddels ligt ‘zijn’ fles in Zuid-Afrika in de winkels. Daar maakten flessenfabrikanten altijd slaolieflessen met een relatief dikke wand. Het oxidatie-effect is in Zuid-Afrika namelijk sterker dan in Nederland door de langere tijd dat een product in de winkel ligt en het warmere klimaat.

Volgens Van Dijk was een gewichtsbesparing van maximaal 46 procent mogelijk. De producent heeft toch nog wat extra veiligheidsmarges ingebouwd en koos voor een besparing van 25 procent. Het levert Unilever jaarlijks een kostenbesparing op waarmee ze de onderzoekskosten ruimschoots terugverdienen, volgens Van Dijk.

De promovendus denkt dat ook in Nederland veel afval te besparen is als de verpakkingsindustrie bij het ontwerpen van verpakkingen historische vuistregels vervangt door een modelmatige aanpak. Tijdens zijn promotieonderzoek maakte hij een computermodel dat rekening houdt met chemische, fysische en mechanische aspecten die de draagkracht van de verpakking beïnvloeden. Zijn model is voor allerlei dunwandige plastic verpakkingen te gebruiken, zoals schoonmaakmiddelen, wasmiddelen en ijsthee. Ook bij deze producten treedt oxidatie in de verpakking op.

Van Dijk nam verder een aantal vuistregels van verpakkingsfabrikanten onder de loep en ontdekte dat sommige overbodig zijn. Bedrijven gebruiken bijvoorbeeld nog steeds een waarde voor de sterkte van een lege fles die historisch gezien nodig was tijdens het afsluiten van de fles. Tegenwoordig neemt een capping ring, een ring om de nek van de fles, deze functie over.

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.