Campus

Kosmisch evenwicht

Een competentiestrijd tussen incompetente mensen; hoe klinkt dat? Hard en hol, lijkt me. Jaren geleden had ik een galadineetje met m’n jaarclub, waarbij mijn clubgenootjes Freek en Harry wedijverden om het voortbrengen van het holste geluid.

br />
Freek had bedongen dat hij die avond de tafel zou voorzitten, wat niet strookte met Harry’s voornemen om een onvergetelijke indruk op zijn partner te maken. Deze had Harry 24 uur eerder, in een allerlaatste poging het bal niet zonder dame te hoeven doorbrengen, voor de bar van het Utrechtse Hestia weggeplukt – ‘geregeld’ heet dat, in die kringen. Blijkbaar had Harry zijn reddende engel een heel spektakel voorgespiegeld, want hij liet geen gelegenheid onbenut om het uitje wat cachet te geven.

Freek deed precies wat van een tafelpresident verwacht werd: zo nu en dan op gedragen toon een paar opgepompte volzinnen uitspreken, met een flinke hoeveelheid aan zichzelf en de club gerichte huldebetuigingen. Maar Harry vond dat hij het beter kon. Telkens als Freek opstond en het woord nam, viel Harry ‘m in de rede.

Hij klom dan niet zomaar op zijn stoel, zoals Freek deed, maar stapte onverdroten op het steeds minder hagelwitte damast. Ik geloof niet dat Harry meer te melden had dan Freek, maar hij had aanmerkelijk meer succes in het boeien van zijn publiek. Harry was gedwongen om zich strontlazarus staande te houden tussen het meergangenservies, en het gerinkel van sneuvelend vaatwerk smoorde elke poging van Freek om de aandacht vast te houden.

Ik stel me universiteitspolitiek ongeveer zó voor; gezellig tafelen met Harry en Freek. Het cvb staat nog niet in een bestuursfauteuil om wat beleidsklanken te galmen, of de u-raad tikt al collectief op de milieumokken om ook z’n zegje te doen.

Vorige week gleed ‘Naar een nieuw engagement’ in de brievenbus, het inmiddels door de universiteitsraad aanvaarde strategische vergezicht van het college van bestuur. Een boekje vol sweeping statements over de ‘missie van de TU Delft’ als ‘internationaal toonaangevende technische universiteit’, die zich ‘engageert aan de belangrijkste maatschappelijke en technisch-wetenschappelijke problemen en uitdagingen’.

Het klaroengeschal resoneerde nog na in mijn oren toen ik in de envelop een tweede document ontdekte. ‘Verklaring van de Universiteitsraad inzake de strategie’, las ik. Wie al draaierig werd van de ambities van het bestuurscollege, moet beslist even gaan zitten bij het vernemen van het raadscommuniqué. Het gaat van ‘mondiale economie’, ‘strijd tegen de armoede’, ‘menselijke wereld’ en ‘dienende techniek’. Verder passeren ‘de sterke punten van onze Nederlandse maatschappij’ nog even de revue. Alles op één A4-tje. Alleengeschept papier ontbreekt.

Enfin, net als in de strategienota ook hier veel weidse blikken. Maar de zendingsdrang van het cvb is nog niets bij de verre horizonten van de u-raad. Die draait zijn hand niet om voor een formulering van de taak van de TU in het universum zelf. De TU Delft en het kosmisch evenwicht.

‘Een duurzame aarde, van water, van bodem, van flora en fauna, van de mens en de sporen van zijn beschaving, is de opgave.’ Zeker; wie zou het daarmee nu oneens kunnen zijn? Net zo goed zijn we ook allemaal voor de wereldvrede en geluk voor iedereen, en tegen werkloosheid, dierenmishandeling en slechte mensen.

Maar hoe? Misschien door goed te luisteren als de orakels van het hoofdgebouw en het binnenhof tegen elkaar in echoën. Hoor! klinkt daar in de interferentie niet het recept voor een betere wereld? Tot het zover is, dames, mijne heren: do the right thing.

Maarten de Braak

Een competentiestrijd tussen incompetente mensen; hoe klinkt dat? Hard en hol, lijkt me. Jaren geleden had ik een galadineetje met m’n jaarclub, waarbij mijn clubgenootjes Freek en Harry wedijverden om het voortbrengen van het holste geluid.

Freek had bedongen dat hij die avond de tafel zou voorzitten, wat niet strookte met Harry’s voornemen om een onvergetelijke indruk op zijn partner te maken. Deze had Harry 24 uur eerder, in een allerlaatste poging het bal niet zonder dame te hoeven doorbrengen, voor de bar van het Utrechtse Hestia weggeplukt – ‘geregeld’ heet dat, in die kringen. Blijkbaar had Harry zijn reddende engel een heel spektakel voorgespiegeld, want hij liet geen gelegenheid onbenut om het uitje wat cachet te geven.

Freek deed precies wat van een tafelpresident verwacht werd: zo nu en dan op gedragen toon een paar opgepompte volzinnen uitspreken, met een flinke hoeveelheid aan zichzelf en de club gerichte huldebetuigingen. Maar Harry vond dat hij het beter kon. Telkens als Freek opstond en het woord nam, viel Harry ‘m in de rede.

Hij klom dan niet zomaar op zijn stoel, zoals Freek deed, maar stapte onverdroten op het steeds minder hagelwitte damast. Ik geloof niet dat Harry meer te melden had dan Freek, maar hij had aanmerkelijk meer succes in het boeien van zijn publiek. Harry was gedwongen om zich strontlazarus staande te houden tussen het meergangenservies, en het gerinkel van sneuvelend vaatwerk smoorde elke poging van Freek om de aandacht vast te houden.

Ik stel me universiteitspolitiek ongeveer zó voor; gezellig tafelen met Harry en Freek. Het cvb staat nog niet in een bestuursfauteuil om wat beleidsklanken te galmen, of de u-raad tikt al collectief op de milieumokken om ook z’n zegje te doen.

Vorige week gleed ‘Naar een nieuw engagement’ in de brievenbus, het inmiddels door de universiteitsraad aanvaarde strategische vergezicht van het college van bestuur. Een boekje vol sweeping statements over de ‘missie van de TU Delft’ als ‘internationaal toonaangevende technische universiteit’, die zich ‘engageert aan de belangrijkste maatschappelijke en technisch-wetenschappelijke problemen en uitdagingen’.

Het klaroengeschal resoneerde nog na in mijn oren toen ik in de envelop een tweede document ontdekte. ‘Verklaring van de Universiteitsraad inzake de strategie’, las ik. Wie al draaierig werd van de ambities van het bestuurscollege, moet beslist even gaan zitten bij het vernemen van het raadscommuniqué. Het gaat van ‘mondiale economie’, ‘strijd tegen de armoede’, ‘menselijke wereld’ en ‘dienende techniek’. Verder passeren ‘de sterke punten van onze Nederlandse maatschappij’ nog even de revue. Alles op één A4-tje. Alleengeschept papier ontbreekt.

Enfin, net als in de strategienota ook hier veel weidse blikken. Maar de zendingsdrang van het cvb is nog niets bij de verre horizonten van de u-raad. Die draait zijn hand niet om voor een formulering van de taak van de TU in het universum zelf. De TU Delft en het kosmisch evenwicht.

‘Een duurzame aarde, van water, van bodem, van flora en fauna, van de mens en de sporen van zijn beschaving, is de opgave.’ Zeker; wie zou het daarmee nu oneens kunnen zijn? Net zo goed zijn we ook allemaal voor de wereldvrede en geluk voor iedereen, en tegen werkloosheid, dierenmishandeling en slechte mensen.

Maar hoe? Misschien door goed te luisteren als de orakels van het hoofdgebouw en het binnenhof tegen elkaar in echoën. Hoor! klinkt daar in de interferentie niet het recept voor een betere wereld? Tot het zover is, dames, mijne heren: do the right thing.

Maarten de Braak

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.