Wetenschap

Joost Panhuysen

.kop Niet ontsporen!De droom van menige stad: een nieuw, mooi, prestigieus stationsgebied. Maar verwezenlijking is lastig. Fanny Ritt (Bouwkunde) boog zich over de valkuilen en won de PRC-scriptieprijs.

/strong>

The wrong side of the railroad track. Een typisch Amerikaans begrip, ingeburgerd dankzij klaaglijke bluessongs en onheilspellende film noirs. Maar voor de verkeerde kant van het spoor hoef je de oceaan niet over te steken. Ook het Europese station heeft zijn keerzijde. In Den Bosch heette die sombere achterkant De Wolfsdonken – een verlaten bedrijventerrein annex tippelzone.

Dat was een paar jaar geleden: inmiddels is de metamorfose compleet. Achter het nieuwe station strekt zich het Paleiskwartier uit. Kantoren, winkels, woningen, en een monumentaal Paleis van Justitie in het midden. In Den Bosch is de binnenstad over het spoor heen getild.

Een bijzondere prestatie, besef je als je de afstudeerscriptie van Fanny Ritt doorleest. Ritt studeerde af bij de sectie Bouwmanagement en Vastgoedbeheer van Bouwkunde. Ze voerde het onderzoek uit bij BVR, het adviesbureau van de stedenbouwkundige Riek Bakker – bekend van de Rotterdamse Kop van Zuid.

Zelfs als je technische aspecten als het verbreden van de sporen en het saneren van vervuilde grond buiten beschouwing laat, blijft de vernieuwing van een stationsgebied akelig complex. Projectontwikkelaars, NS, buurtbewoners, de gemeente: bij zulke projecten is sprake van een kluwen van belangen, strategieën en machtsmiddelen. Het omtoveren van achteruithollende stationsbuurten in stedenbouwkundige parels lijkt op topdiplomatie. Eén uitglijer, en je kunt het vertrouwen verliezen van een speler die onmisbaar is om vooruitgang te boeken. Eén verkeerd getimed voorstel, en het kleed kan zo onder je vandaan worden getrokken. Een project duurt makkelijk vijftien, twintig jaar.

Verdeeld

Dat kan sneller, denkt Ritt. Ze ontwikkelde een trajectenschema, dat gemeentes kan helpen om een project op de rails te houden. Belangrijke elementen: onderzoek de mogelijkheden, inventariseer alle belangen, definieer een gemeenschappelijk doel en probeer alle betrokkenen binnenboord te houden.

Dat blijkt niet altijd makkelijk. Ritt maakte een reconstructie van twee stationsprojecten in middelgrote steden: Leiden en Den Bosch. Het leverde interessante verschillen op.

Het Leids gemeentebestuur was te verdeeld om een heldere visie neer te zetten. Dat maakte de weg vrij voor een grotere invloed van NS en de marktpartijen. Na een aantal moeizame jaren raakte het project in een dusdanige impasse, dat er een intensieve lobby nodig was om nog subsidie van de Rijksoverheid te krijgen.

Bovendien verliep de communicatie met het achter het station gelegen Leids Universitair Medisch Centrum (Lumc) moeizaam. De gemeente joeg deze ‘grootgrondbezitter’ tegen zich in het harnas door in stedenbouwkundige plannen bezwaren tegen woningbouw op het ziekenhuisterrein te negeren. Uiteindelijk trok het Lumc zich uit het hele plan terug. Resultaat: Leiden beschikt nu over een fraai station en een nuttige verkeerstunnel, maar blijft hopeloos verdeeld over de toekomst van het gebied achter het station. Leiden heeft geen Paleiskwartier.

De vergelijking is niet helemaal fair. Den Bosch kon dieper in de buidel tasten dan Leiden: niets zo bevorderlijk voor een vlotte samenwerking als de bereidheid om desnoods zelf

een paar miljoen extra te investeren. Maar de menselijke factor was belangrijker. ,,Bijna iedereen die ik gesproken heb in Den Bosch wees directeur stadsontwikkeling Willem van der Made aan als de man die het project heeft getrokken”, vertelt Ritt. ,,Bovendien zat acht jaar lang dezelfde groep mensen met elkaar om tafel. Zoiets helpt.”

Ritt, inmiddels werkzaam bij ProCap Projectmanagement, blijft geboeid door de vernieuwing van stationslocaties. ,,Ik heb het geluk gehad dat ik onderzoek kon doen naar een bloeiperiode. Nu zit het economische tij tegen, en nemen de investeringen van de Rijksoverheid in dergelijke grootschalige projecten af.”

Een laatste wenk voor bestuurders: ,,Probeer de basisafspraken tussen partijen vast te leggen. Als de kiezer dan een nieuw college aan de macht helpt, loopt de voortgang van het project minder gevaar.”

.kop Niet ontsporen!

De droom van menige stad: een nieuw, mooi, prestigieus stationsgebied. Maar verwezenlijking is lastig. Fanny Ritt (Bouwkunde) boog zich over de valkuilen en won de PRC-scriptieprijs.

The wrong side of the railroad track. Een typisch Amerikaans begrip, ingeburgerd dankzij klaaglijke bluessongs en onheilspellende film noirs. Maar voor de verkeerde kant van het spoor hoef je de oceaan niet over te steken. Ook het Europese station heeft zijn keerzijde. In Den Bosch heette die sombere achterkant De Wolfsdonken – een verlaten bedrijventerrein annex tippelzone.

Dat was een paar jaar geleden: inmiddels is de metamorfose compleet. Achter het nieuwe station strekt zich het Paleiskwartier uit. Kantoren, winkels, woningen, en een monumentaal Paleis van Justitie in het midden. In Den Bosch is de binnenstad over het spoor heen getild.

Een bijzondere prestatie, besef je als je de afstudeerscriptie van Fanny Ritt doorleest. Ritt studeerde af bij de sectie Bouwmanagement en Vastgoedbeheer van Bouwkunde. Ze voerde het onderzoek uit bij BVR, het adviesbureau van de stedenbouwkundige Riek Bakker – bekend van de Rotterdamse Kop van Zuid.

Zelfs als je technische aspecten als het verbreden van de sporen en het saneren van vervuilde grond buiten beschouwing laat, blijft de vernieuwing van een stationsgebied akelig complex. Projectontwikkelaars, NS, buurtbewoners, de gemeente: bij zulke projecten is sprake van een kluwen van belangen, strategieën en machtsmiddelen. Het omtoveren van achteruithollende stationsbuurten in stedenbouwkundige parels lijkt op topdiplomatie. Eén uitglijer, en je kunt het vertrouwen verliezen van een speler die onmisbaar is om vooruitgang te boeken. Eén verkeerd getimed voorstel, en het kleed kan zo onder je vandaan worden getrokken. Een project duurt makkelijk vijftien, twintig jaar.

Verdeeld

Dat kan sneller, denkt Ritt. Ze ontwikkelde een trajectenschema, dat gemeentes kan helpen om een project op de rails te houden. Belangrijke elementen: onderzoek de mogelijkheden, inventariseer alle belangen, definieer een gemeenschappelijk doel en probeer alle betrokkenen binnenboord te houden.

Dat blijkt niet altijd makkelijk. Ritt maakte een reconstructie van twee stationsprojecten in middelgrote steden: Leiden en Den Bosch. Het leverde interessante verschillen op.

Het Leids gemeentebestuur was te verdeeld om een heldere visie neer te zetten. Dat maakte de weg vrij voor een grotere invloed van NS en de marktpartijen. Na een aantal moeizame jaren raakte het project in een dusdanige impasse, dat er een intensieve lobby nodig was om nog subsidie van de Rijksoverheid te krijgen.

Bovendien verliep de communicatie met het achter het station gelegen Leids Universitair Medisch Centrum (Lumc) moeizaam. De gemeente joeg deze ‘grootgrondbezitter’ tegen zich in het harnas door in stedenbouwkundige plannen bezwaren tegen woningbouw op het ziekenhuisterrein te negeren. Uiteindelijk trok het Lumc zich uit het hele plan terug. Resultaat: Leiden beschikt nu over een fraai station en een nuttige verkeerstunnel, maar blijft hopeloos verdeeld over de toekomst van het gebied achter het station. Leiden heeft geen Paleiskwartier.

De vergelijking is niet helemaal fair. Den Bosch kon dieper in de buidel tasten dan Leiden: niets zo bevorderlijk voor een vlotte samenwerking als de bereidheid om desnoods zelf

een paar miljoen extra te investeren. Maar de menselijke factor was belangrijker. ,,Bijna iedereen die ik gesproken heb in Den Bosch wees directeur stadsontwikkeling Willem van der Made aan als de man die het project heeft getrokken”, vertelt Ritt. ,,Bovendien zat acht jaar lang dezelfde groep mensen met elkaar om tafel. Zoiets helpt.”

Ritt, inmiddels werkzaam bij ProCap Projectmanagement, blijft geboeid door de vernieuwing van stationslocaties. ,,Ik heb het geluk gehad dat ik onderzoek kon doen naar een bloeiperiode. Nu zit het economische tij tegen, en nemen de investeringen van de Rijksoverheid in dergelijke grootschalige projecten af.”

Een laatste wenk voor bestuurders: ,,Probeer de basisafspraken tussen partijen vast te leggen. Als de kiezer dan een nieuw college aan de macht helpt, loopt de voortgang van het project minder gevaar.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.