Wetenschap

Ik geloof het pas als ik op het ijs stap

Twee civielstudenten gaan voor hun afstudeerproject naar de Zuidpool. De kou trotseren om vervormingen te meten aan een Duits onderzoeksgebouw.,,Nee, voor de kou ben ik niet echt bang”, legt Charlotte Saltner uit, ,,alleen die wind schijnt nogal snijdend te zijn.’

‘ De zesdejaars constructieve waterbouw reist samen met collegastudent Willem-Dirk Keij eind november naar Kaapstad. Daar stappen ze op de ijsbreker Polar Stern die hen vijfduizend kilometer verder naar het zuiden brengt. Poolstation Neumayer 2 wordt daar bijna twee maanden lang hun woonplaats. De reden van dit tripje? ,,We zijn nogal avontuurlijk ingesteld en we houden van reizen”, zeggen ze in koor.

Saltner: ,,Tijdens de borrelpraat heb je het wel eens over die grootse plannen. Van de 100 komen er 99 niet uit en daar hoort deze reis eigenlijk ook bij.” Vorig jaar september ontstond het idee naar de Zuidpool te gaan. Al surfend over het net kwamen ze uit bij het Duitse Alfred Wegener Institut (AWI): een instelling voor onderzoek aan de oceanen en de Noord- en Zuidpool.

Keij: ,,Op de Zuidpool bleek verschrikkelijk veel wetenschappelijk onderzoek te doen te zijn. Veel werk op meteorologisch en geofysisch gebied, maar daar hebben we ons niet zo in verdiept.” Eén probleem bleek meer op het civiele vlak te liggen; het had te maken met de poolstations zelf. Keij: ,,Er zijn twee typen stations. Het eerste staat op kolommen boven het ijs en iedere keer als het door stuifsneeuw dreigt onder te sneeuwen, wordt het opgekrikt.

Daarnaast is er een station dat bestaat uit een buis op de sneeuw die in de loop van de jaren wegzakt. Door de laag stuifsneeuw die erop komt te liggen drukt de buis steeds verder in en wordt zo steeds ovaler. De vrije werkhoogte wordt hierdoor steeds kleiner.” Dit was reden voor het instituut om een wat ouder station op de Zuidpool te verlaten. Het leek Keij en Saltner interessant deze vervorming te modelleren, zodat in de toekomst de poolstations beter ontworpen kunnen worden.

Tandpasta

In september 2000 namen Keij en Saltner daarom contact op met het AWI. In een eerste telefoontje legden ze uit wie ze waren en wat ze wilden. ,,Daar had ik eigenlijk niet zo veel verwachtingen van”, geeft Keij eerlijk toe. Maar na meer telefoontjes en e-mails werden de Duitsers steeds geïnteresseerder. Het kwam zelfs ter sprake dat de twee studenten naar het poolstation zouden afreizen.

,,Toen we uitlegden wat we wilden doen kwamen ze zelf met het idee ons naar de Zuidpool te sturen. Toch blijf je dan voorbereid op een ‘sorry jongens het gaat niet door”, aldus Saltner. Maar inmiddels zijn de tickets gekocht, de medische keuringen goed doorstaan enalle cursussen gevolgd. Een daarvan ging zelfs over milieukunde. Saltner: ,,Er gelden daar andere regels. Zo moet je al je afval zelf weer mee terug nemen.”

Sinds deze week zijn Keijs en Saltners persoonlijke spullen voor het verblijf reeds onderweg. Saltner: ,,We moesten in een loods in Bremerhaven een kist uitzoeken, daar gaan onze persoonlijke spullen in voor het verblijf daar. In het poolstation is het gewoon achttien graden, dus daar voldoen gewone kleren. Maar je moet ook voor twee maanden tandpasta meenemen en andere persoonlijke spullen. Die kist staat nu al op de ijsbreker die net vertrokken is uit Bremerhaven.”

De aluminium kist zien ze pas weer terug op het poolstation. Wat je in zo’n kist stopt levert veel hilariteit op, maar een Nederlandse en een TU-vlag zijn al onderweg. Keij: ,,Er is ons ook aangeraden zelfs onze winterjas op het vliegveld hier achter te laten. Het is in Kaapstad 28 graden en op de Polarstern hangt onze poolkleding klaar. Tijdens de tiendaagse reis naar de pool daalt de temperatuur naar min achttien en kunnen we ons steeds warmer kleden.” Het zou wel eens geen prettige zeereis kunnen worden. ,,Het instituut wil dat we aan de zeeziektepillen gaan”, aldus Keij.

Lonely Planet

,,Wat heeft jullie afstudeeronderzoek eigenlijk met constructieve waterbouw te maken?”, was de eerste vraag van afstudeerhoogleraar Vrijling. Het nuchtere antwoord ‘niets’ van Keij en Saltner was geen reden voor de prof het onderzoek te dwarsbomen. Saltner: ,,Hij zou het zelfs stom vinden als we er eigenlijk geen medewerking voor zouden krijgen. Het is toch ook promotie voor de TU. En het toont aan hoe breed civiel eigenlijk is.”

Op het station zelf zullen de twee studenten zich bezig houden met het meten van de vervormingen van de enorme buis, maar ook moet er geklust worden. ,,We gaan mee met de logistieke ploeg”, legt Keij uit, ,,die voert geen onderzoek uit maar houdt zich alleen bezig met het onderhoud aan het station.” Ze begrijpen dat hun reis erg bijzonder is. Door onderzoekers wordt gevochten om onderzoeksplekken op de poolstations.

Voor het verblijf van de extra zomergasten worden een soort portacabins neergezet op het ijs, buiten het station. Maar een duidelijk beeld hebben Saltner en Keij nog niet van hun verblijfsruimtes. Momenteel zijn ze bezig met de voorbereidingen voor hun onderzoek. En het lezen van allerlei informatie over leven op de pool en over avonturiers die afreisden naar het uiterste puntje van de Zuidpool. Maar ook het Lonely-Planetdeel over Antarctica ligt op hun bureau, net als Lego polarautootjes. Keij: ,,We moeten maar zien wat er van komt. We kunnen het nog steeds niet geloven. Ik geloof het pas echt als ik met mijn voeten van het schip op het ijs stap.”

Twee civielstudenten gaan voor hun afstudeerproject naar de Zuidpool. De kou trotseren om vervormingen te meten aan een Duits onderzoeksgebouw.

,,Nee, voor de kou ben ik niet echt bang”, legt Charlotte Saltner uit, ,,alleen die wind schijnt nogal snijdend te zijn.” De zesdejaars constructieve waterbouw reist samen met collegastudent Willem-Dirk Keij eind november naar Kaapstad. Daar stappen ze op de ijsbreker Polar Stern die hen vijfduizend kilometer verder naar het zuiden brengt. Poolstation Neumayer 2 wordt daar bijna twee maanden lang hun woonplaats. De reden van dit tripje? ,,We zijn nogal avontuurlijk ingesteld en we houden van reizen”, zeggen ze in koor.

Saltner: ,,Tijdens de borrelpraat heb je het wel eens over die grootse plannen. Van de 100 komen er 99 niet uit en daar hoort deze reis eigenlijk ook bij.” Vorig jaar september ontstond het idee naar de Zuidpool te gaan. Al surfend over het net kwamen ze uit bij het Duitse Alfred Wegener Institut (AWI): een instelling voor onderzoek aan de oceanen en de Noord- en Zuidpool.

Keij: ,,Op de Zuidpool bleek verschrikkelijk veel wetenschappelijk onderzoek te doen te zijn. Veel werk op meteorologisch en geofysisch gebied, maar daar hebben we ons niet zo in verdiept.” Eén probleem bleek meer op het civiele vlak te liggen; het had te maken met de poolstations zelf. Keij: ,,Er zijn twee typen stations. Het eerste staat op kolommen boven het ijs en iedere keer als het door stuifsneeuw dreigt onder te sneeuwen, wordt het opgekrikt.

Daarnaast is er een station dat bestaat uit een buis op de sneeuw die in de loop van de jaren wegzakt. Door de laag stuifsneeuw die erop komt te liggen drukt de buis steeds verder in en wordt zo steeds ovaler. De vrije werkhoogte wordt hierdoor steeds kleiner.” Dit was reden voor het instituut om een wat ouder station op de Zuidpool te verlaten. Het leek Keij en Saltner interessant deze vervorming te modelleren, zodat in de toekomst de poolstations beter ontworpen kunnen worden.

Tandpasta

In september 2000 namen Keij en Saltner daarom contact op met het AWI. In een eerste telefoontje legden ze uit wie ze waren en wat ze wilden. ,,Daar had ik eigenlijk niet zo veel verwachtingen van”, geeft Keij eerlijk toe. Maar na meer telefoontjes en e-mails werden de Duitsers steeds geïnteresseerder. Het kwam zelfs ter sprake dat de twee studenten naar het poolstation zouden afreizen.

,,Toen we uitlegden wat we wilden doen kwamen ze zelf met het idee ons naar de Zuidpool te sturen. Toch blijf je dan voorbereid op een ‘sorry jongens het gaat niet door”, aldus Saltner. Maar inmiddels zijn de tickets gekocht, de medische keuringen goed doorstaan enalle cursussen gevolgd. Een daarvan ging zelfs over milieukunde. Saltner: ,,Er gelden daar andere regels. Zo moet je al je afval zelf weer mee terug nemen.”

Sinds deze week zijn Keijs en Saltners persoonlijke spullen voor het verblijf reeds onderweg. Saltner: ,,We moesten in een loods in Bremerhaven een kist uitzoeken, daar gaan onze persoonlijke spullen in voor het verblijf daar. In het poolstation is het gewoon achttien graden, dus daar voldoen gewone kleren. Maar je moet ook voor twee maanden tandpasta meenemen en andere persoonlijke spullen. Die kist staat nu al op de ijsbreker die net vertrokken is uit Bremerhaven.”

De aluminium kist zien ze pas weer terug op het poolstation. Wat je in zo’n kist stopt levert veel hilariteit op, maar een Nederlandse en een TU-vlag zijn al onderweg. Keij: ,,Er is ons ook aangeraden zelfs onze winterjas op het vliegveld hier achter te laten. Het is in Kaapstad 28 graden en op de Polarstern hangt onze poolkleding klaar. Tijdens de tiendaagse reis naar de pool daalt de temperatuur naar min achttien en kunnen we ons steeds warmer kleden.” Het zou wel eens geen prettige zeereis kunnen worden. ,,Het instituut wil dat we aan de zeeziektepillen gaan”, aldus Keij.

Lonely Planet

,,Wat heeft jullie afstudeeronderzoek eigenlijk met constructieve waterbouw te maken?”, was de eerste vraag van afstudeerhoogleraar Vrijling. Het nuchtere antwoord ‘niets’ van Keij en Saltner was geen reden voor de prof het onderzoek te dwarsbomen. Saltner: ,,Hij zou het zelfs stom vinden als we er eigenlijk geen medewerking voor zouden krijgen. Het is toch ook promotie voor de TU. En het toont aan hoe breed civiel eigenlijk is.”

Op het station zelf zullen de twee studenten zich bezig houden met het meten van de vervormingen van de enorme buis, maar ook moet er geklust worden. ,,We gaan mee met de logistieke ploeg”, legt Keij uit, ,,die voert geen onderzoek uit maar houdt zich alleen bezig met het onderhoud aan het station.” Ze begrijpen dat hun reis erg bijzonder is. Door onderzoekers wordt gevochten om onderzoeksplekken op de poolstations.

Voor het verblijf van de extra zomergasten worden een soort portacabins neergezet op het ijs, buiten het station. Maar een duidelijk beeld hebben Saltner en Keij nog niet van hun verblijfsruimtes. Momenteel zijn ze bezig met de voorbereidingen voor hun onderzoek. En het lezen van allerlei informatie over leven op de pool en over avonturiers die afreisden naar het uiterste puntje van de Zuidpool. Maar ook het Lonely-Planetdeel over Antarctica ligt op hun bureau, net als Lego polarautootjes. Keij: ,,We moeten maar zien wat er van komt. We kunnen het nog steeds niet geloven. Ik geloof het pas echt als ik met mijn voeten van het schip op het ijs stap.”

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.