Rijden op een tank, op bezoek bij de Navo in Brussel, een vlucht met een verkenningsvliegtuig. TNO en de Koninklijke Marine pakken flink uit met een masterclass voor twintig bijna of pas afgestudeerde studenten.
Delen
,,Vrienden hadden hun oordeel al klaar over de marine, maar zijn nu ronduit jaloers.”
Rijden met een tank in de electronic battle space facility (tanksimulator), een lezing van de hoogste marinebaas, op bezoek bij de Navo in Brussel en een kijkje in de munitiewerkplaats en het elektronicalaboratorium van TNO Defensieonderzoek. ,,O ja, en we hebben ook nog een vlucht gemaakt met een Orion-verkenningsvliegtuig”, voegt ir. Edward Schaap toe. En het interview moet echt op donderdag. ,,Vrijdag gaan we naar Noorwegen, om van daaruit met de marinefregatten Philips van Almonde en Tjerk Hiddes terug te varen naar Den Helder”, zegt Marieke Brouwer. En passant doen ze ook nog met een Navo-oefening mee.
Brouwer en Schaap behoren tot de twintig bijna of pas afgestudeerden die acht weken lang langs bekende en minder bekende onderdelen van onderzoeksinstituut TNO en de Koninklijke Marine worden geleid. Alhoewel bij de buitenwacht nauwelijks bekend, doet TNO veel onderzoek in opdracht van de marine. ,,Ik wist niet er zóveel defensieonderzoek wordt gedaan en al helemaal niet dat TNO dat doet”, zo verklaart Brouwer verrast. ,,Intern staat TNO te boek als huislaboratorium van Defensie”, weet Schaap.
Voor TNO en de marine is deze masterclass een nieuw middel om zich te presenteren, op zoek naar nieuw burgerpersoneel. ,,Niet iedereen bij de marine is marinier”, aldus Brouwer. Mariniers zijn de bikkels uit de tv-spots die vanuit een landingsvaartuig door de branding rennen, hun geweer hoog in de lucht geheven. Zij zijn militairen, daarnaast werken er burgers. Voornaamste verschil: het burgerpersoneel doet niet mee aan acties. Bovendien rouleren ze niet iedere drie jaar van functie, wat de militairen wel doen.
Explosies
Schaap studeerde in augustus af bij werktuigbouwkunde, Brouwer deed maritieme techniek. Ze leverde haar scriptie vlak voor het begin van de masterclass in. Net erna heeft ze de eindbespreking. ,,Normaal zit daar twee weken tussen, bij mij twee maanden.” Beiden hadden nog geen toekomstplannen en wilden zich oriënteren op de mogelijkheden die de marine en TNO hen boden.
Vrienden van Brouwer en Schaap associeerden ‘marine’ ogenblikkelijk met uniformen en stormbanen, ,,maar nu zijn ze ronduit jaloers als wij ze vertellen wat wij allemaal doen”, aldus Schaap.
Brouwer wilde sowieso meer van de marine te weten komen, TNO zei haar tot een paar maanden terug niks. ,,TNO kende ik alleen maar omdat ze toevallig ook in Delft zitten.” Voor haar ging er tijdens de talloze excursies een wereld open, ook over de talloze civieletoepassingen van defensieonderzoek. Zo heeft onderzoek naar explosies niet alleen militaire toepassingen. Brouwer: ,,TNO heeft ook het onderzoek naar de vuurwerkramp in Enschede gedaan.”
Schaap studeerde af bij TNO en wist zodoende al veel van het instituut af, maar leerde er een hoop bij over de marine. ,,Ik wist niet dat de marine zoveel zelf deed: ze ontwikkelen hun eigen schepen, software en wapensystemen. Het is een wereld op zich, heel hightech, waar technici zich helemaal kunnen uitleven.” Ook Schaap is blij verrast door de huidige taken van de marine: ,,Er komen steeds meer humanitaire acties en de marine richt zich steeds meer op vredesoperaties. Zonder daar zelf aan deel te nemen, kan ik ze technisch ondersteunen.”
Attracties
Behalve (aankomend) ingenieurs zitten er bedrijfskundigen, bestuurskundigen, biologen en wiskundigen in de groep. Schaap: ,,De marine is zó breed, voor alle twintig is er zó een baan.” ,,Als je dat wilt natuurlijk”, voegt Brouwer daar snel aan toe. Deelname aan de masterclass is geheel vrijblijvend.
De masterclass is meer dan een lange aaneenschakeling van attracties, waarop zelfs mensen binnen de marine en TNO jaloers waren. ,,We hebben ook een cursus projectmanagement gevolgd, waar ik veel van heb geleerd”, zegt Brouwer. De opgedane kennis komt van pas bij de opdracht, die elke groep van vijf studenten doet: het ontwerpen van een trainingsfaciliteit waarin het managementteam kan oefenen met crisissituaties. ,,Nu oefenen ze nog op een echt schip, waarbij iedereen meedoet. Maar het blijkt dat alle uitvoerenden hun taken al goed kennen, terwijl de leidinggevenden graag meer zouden oefenen”, aldus Brouwer.
Ze bekijken hiervoor de informatiestromen van en naar de gebruiker. ,,Hoe wordt deze informatie op monitoren weergegeven en hoe moet de opstelling in een commandocentrale zijn?” Brouwer voegt eraan toe: ,,Ze zijn er zelf ook al jaren mee bezig, maar misschien komen wij als buitenstaanders wel met iets nieuws.”
Om een idee te krijgen van het realiteitsgehalte van een simulator, stapten ze in Den Helder in een exemplaar dat scheepsrampen nabootst. ,,Terwijl het schip heftig bewoog, stroomde het water door gaten naar binnen. We stonden al tot ons middel in het water toen we de gaten eindelijk hadden gedicht en de wanden gestut”, aldus Schaap. Ook beschoten de verschillende groepen elkaar in een tanksimulator.
Vroeg opstaan
De masterclass is vermoeiend en intensief, maar de organisatoren zorgen goed voor hun potentiële medewerkers. De deelnemers krijgen loon en kost en inwoning op een kazerne, opleidingsinstituut of % zoals komende week % aan boord van een marineschip. Met nog maar twee weken te gaan, is het hard werken. Brouwer: ,,Dat is het enige militaire aan onze masterclass: vroeg opstaan en hard werken.” Het kan haar niet deren.
Schaap voert inmiddels gesprekken voor een baan bij de Directie Materieel van de Koninklijke Marine in Den Haag. Daar zal hij zichbezighouden met het inperken van de kwetsbaarheid van schepen en ander materieel tegen aanvallen. ,,Enerzijds ga ik onderzoek bij TNO aansturen, anderzijds de resultaten hiervan toepassen in nieuwe ontwerpen, precies wat ik wil.” Zonder de masterclass zou Schaap niet eens van het bestaan van de afdeling af geweten hebben.
De masterclass is voor Brouwer nu al een onvergetelijke ervaring, maar ze twijfelt of ze er een baan bij de marine of TNO aan wil overhouden. ,,Toen we in die tank reden, deed ik alsof het een computerspelletje was. Maar na de aanslagen in de Verenigde Staten besef ik dat het ook menens kan zijn.” Ze heeft nu gezien wat de krijgsmacht aan de veiligheid kan bijdragen. ,,Die civiele taak is voor mij een voorwaarde, anders zou ik niet bij de marine willen.”
Rijden op een tank, op bezoek bij de Navo in Brussel, een vlucht met een verkenningsvliegtuig. TNO en de Koninklijke Marine pakken flink uit met een masterclass voor twintig bijna of pas afgestudeerde studenten. ,,Vrienden hadden hun oordeel al klaar over de marine, maar zijn nu ronduit jaloers.”
Rijden met een tank in de electronic battle space facility (tanksimulator), een lezing van de hoogste marinebaas, op bezoek bij de Navo in Brussel en een kijkje in de munitiewerkplaats en het elektronicalaboratorium van TNO Defensieonderzoek. ,,O ja, en we hebben ook nog een vlucht gemaakt met een Orion-verkenningsvliegtuig”, voegt ir. Edward Schaap toe. En het interview moet echt op donderdag. ,,Vrijdag gaan we naar Noorwegen, om van daaruit met de marinefregatten Philips van Almonde en Tjerk Hiddes terug te varen naar Den Helder”, zegt Marieke Brouwer. En passant doen ze ook nog met een Navo-oefening mee.
Brouwer en Schaap behoren tot de twintig bijna of pas afgestudeerden die acht weken lang langs bekende en minder bekende onderdelen van onderzoeksinstituut TNO en de Koninklijke Marine worden geleid. Alhoewel bij de buitenwacht nauwelijks bekend, doet TNO veel onderzoek in opdracht van de marine. ,,Ik wist niet er zóveel defensieonderzoek wordt gedaan en al helemaal niet dat TNO dat doet”, zo verklaart Brouwer verrast. ,,Intern staat TNO te boek als huislaboratorium van Defensie”, weet Schaap.
Voor TNO en de marine is deze masterclass een nieuw middel om zich te presenteren, op zoek naar nieuw burgerpersoneel. ,,Niet iedereen bij de marine is marinier”, aldus Brouwer. Mariniers zijn de bikkels uit de tv-spots die vanuit een landingsvaartuig door de branding rennen, hun geweer hoog in de lucht geheven. Zij zijn militairen, daarnaast werken er burgers. Voornaamste verschil: het burgerpersoneel doet niet mee aan acties. Bovendien rouleren ze niet iedere drie jaar van functie, wat de militairen wel doen.
Explosies
Schaap studeerde in augustus af bij werktuigbouwkunde, Brouwer deed maritieme techniek. Ze leverde haar scriptie vlak voor het begin van de masterclass in. Net erna heeft ze de eindbespreking. ,,Normaal zit daar twee weken tussen, bij mij twee maanden.” Beiden hadden nog geen toekomstplannen en wilden zich oriënteren op de mogelijkheden die de marine en TNO hen boden.
Vrienden van Brouwer en Schaap associeerden ‘marine’ ogenblikkelijk met uniformen en stormbanen, ,,maar nu zijn ze ronduit jaloers als wij ze vertellen wat wij allemaal doen”, aldus Schaap.
Brouwer wilde sowieso meer van de marine te weten komen, TNO zei haar tot een paar maanden terug niks. ,,TNO kende ik alleen maar omdat ze toevallig ook in Delft zitten.” Voor haar ging er tijdens de talloze excursies een wereld open, ook over de talloze civieletoepassingen van defensieonderzoek. Zo heeft onderzoek naar explosies niet alleen militaire toepassingen. Brouwer: ,,TNO heeft ook het onderzoek naar de vuurwerkramp in Enschede gedaan.”
Schaap studeerde af bij TNO en wist zodoende al veel van het instituut af, maar leerde er een hoop bij over de marine. ,,Ik wist niet dat de marine zoveel zelf deed: ze ontwikkelen hun eigen schepen, software en wapensystemen. Het is een wereld op zich, heel hightech, waar technici zich helemaal kunnen uitleven.” Ook Schaap is blij verrast door de huidige taken van de marine: ,,Er komen steeds meer humanitaire acties en de marine richt zich steeds meer op vredesoperaties. Zonder daar zelf aan deel te nemen, kan ik ze technisch ondersteunen.”
Attracties
Behalve (aankomend) ingenieurs zitten er bedrijfskundigen, bestuurskundigen, biologen en wiskundigen in de groep. Schaap: ,,De marine is zó breed, voor alle twintig is er zó een baan.” ,,Als je dat wilt natuurlijk”, voegt Brouwer daar snel aan toe. Deelname aan de masterclass is geheel vrijblijvend.
De masterclass is meer dan een lange aaneenschakeling van attracties, waarop zelfs mensen binnen de marine en TNO jaloers waren. ,,We hebben ook een cursus projectmanagement gevolgd, waar ik veel van heb geleerd”, zegt Brouwer. De opgedane kennis komt van pas bij de opdracht, die elke groep van vijf studenten doet: het ontwerpen van een trainingsfaciliteit waarin het managementteam kan oefenen met crisissituaties. ,,Nu oefenen ze nog op een echt schip, waarbij iedereen meedoet. Maar het blijkt dat alle uitvoerenden hun taken al goed kennen, terwijl de leidinggevenden graag meer zouden oefenen”, aldus Brouwer.
Ze bekijken hiervoor de informatiestromen van en naar de gebruiker. ,,Hoe wordt deze informatie op monitoren weergegeven en hoe moet de opstelling in een commandocentrale zijn?” Brouwer voegt eraan toe: ,,Ze zijn er zelf ook al jaren mee bezig, maar misschien komen wij als buitenstaanders wel met iets nieuws.”
Om een idee te krijgen van het realiteitsgehalte van een simulator, stapten ze in Den Helder in een exemplaar dat scheepsrampen nabootst. ,,Terwijl het schip heftig bewoog, stroomde het water door gaten naar binnen. We stonden al tot ons middel in het water toen we de gaten eindelijk hadden gedicht en de wanden gestut”, aldus Schaap. Ook beschoten de verschillende groepen elkaar in een tanksimulator.
Vroeg opstaan
De masterclass is vermoeiend en intensief, maar de organisatoren zorgen goed voor hun potentiële medewerkers. De deelnemers krijgen loon en kost en inwoning op een kazerne, opleidingsinstituut of % zoals komende week % aan boord van een marineschip. Met nog maar twee weken te gaan, is het hard werken. Brouwer: ,,Dat is het enige militaire aan onze masterclass: vroeg opstaan en hard werken.” Het kan haar niet deren.
Schaap voert inmiddels gesprekken voor een baan bij de Directie Materieel van de Koninklijke Marine in Den Haag. Daar zal hij zichbezighouden met het inperken van de kwetsbaarheid van schepen en ander materieel tegen aanvallen. ,,Enerzijds ga ik onderzoek bij TNO aansturen, anderzijds de resultaten hiervan toepassen in nieuwe ontwerpen, precies wat ik wil.” Zonder de masterclass zou Schaap niet eens van het bestaan van de afdeling af geweten hebben.
De masterclass is voor Brouwer nu al een onvergetelijke ervaring, maar ze twijfelt of ze er een baan bij de marine of TNO aan wil overhouden. ,,Toen we in die tank reden, deed ik alsof het een computerspelletje was. Maar na de aanslagen in de Verenigde Staten besef ik dat het ook menens kan zijn.” Ze heeft nu gezien wat de krijgsmacht aan de veiligheid kan bijdragen. ,,Die civiele taak is voor mij een voorwaarde, anders zou ik niet bij de marine willen.”
Comments are closed.