Een echte opdrachtgever en een echte koelkast. Bouwkunde-studenten slepen hun computer mee naar Mijnbouwplein 11 en simuleren een architectenbureau.
,,Er is geen lijstje waarop staat wat je af moet hebben. Je moet helemaal zelf bedenken wat je nodig hebt om de opdrachtgever duidelijk te maken wat je ontwerpvoorstel is. Dat heb ik tot nu toe niet meegemaakt op Bouwkunde.”
Sarah van Sonsbeeck is een van de twintig studenten aan de faculteit Bouwkunde die meedoen aan een nieuw project: de U1. De U1 is een project voor derdejaars studenten en ouder, waarbij gewerkt wordt voor een echte opdrachtgever. Dit vereist een serieuze aanpak. Van Sonsbeeck: ,,Je wilt iets ontwerpen waar de opdrachtgever ook echt iets mee kan. Dus moet je heel goed onderzoeken welke belangen er allemaal spelen, want aan een onmogelijk of zinloos voorstel heb je niets.”
De opdrachtgever is in dit geval het Stadsgewest Haaglanden. De studenten buigen zich over de vraag hoe nieuwe functies zijn toe te kennen aan verschillende stukken snelweg, als in de toekomst steden als Delft, Pijnacker, Zoetermeer, Leidschendam en Den Haag aan elkaar zijn gegroeid.
Van Sonsbeeck heeft een deel van de N44 gekozen, een stuk weg dat nog net geen snelweg is, maar wel meer dan een autoweg. In plaats van het op te voeren tot een snelweg maakt zij er juist een parkway van – een brede, slingerende weg door een park die de aandacht van de rijder varieert van veraf naar dichtbij. ,,Een efficiënte vorm van recreatie.”
Vorige week dinsdag vond de eerste presentatie voor Stadsgewest Haaglanden plaats. Van Sonsbeeck: ,,Dan word je pas echt gedwongen goed onder woorden te brengen wat je hebt gedaan en waarmee je bezig bent. Dat is best moeilijk.”
Wederzijds
De U1 is opgezet door Erik Wiersema en Laurens Jan ten Kate, beiden gastdocent bij Bouwkunde. De realisatie van het project vervult ambities waarmee zij al geruime tijd rondliepen. De eerste is de persoonsgebondenheid: studenten die zich inschrijven voor U1, schrijven zich in voor Wiersema en Ten Kate. Wiersema: ,,Dat geeft een motivatie van beide kanten, die het onderwijs alleen maar ten goede komt. Bij opleidingen in het buitenland kan een student zeggen: die docent vind ik goed, dus daar schrijf ik me bij in. Ook toen wij hier tien jaar geleden Bouwkunde studeerden was dat zo. Tegenwoordig schrijf je je in voor een project en word je door de computer in een bepaald groepje bij een bepaalde docent gestopt. Dan is die wederzijdse interesse veel minder.”
Studenten uit alle afstudeerrichtingen kunnen terecht bij U1, dat losstaat van de bestaande vakgroepen. U staat voor Unit, een term die ook in de Londense AA-school gebruikt wordt voor afgebakende onderdelen in het curriculum. U1 draagt bovendien al de suggestie in zich van een U2, een U3, een U4, enzovoort. Wiersema en Ten Kate hopen ook dat het project aanslaat, zodatandere docenten zich willen verbinden aan differentiaties.
Samenwerken staat voorop bij U1. Al het werk wordt gedaan op het atelier, dat is ingericht op Mijnbouwplein 11. Ten Kate: ,,Het is de bedoeling de praktijk zoveel mogelijk na te bootsen. Het atelier fungeert als architectenbureau. Het is een 24-uursatelier, dus als er ’s avonds doorgewerkt moet worden, dan gebeurt dat ook hier. Dit had op de faculteit niet gekund. Ten eerste krijg je er de sfeer niet en ten tweede wil niemand zijn spullen laten liggen. Hier neemt iedereen zijn eigen computer mee.”
Kicks
Een blik in het zenuwcentrum spreekt boekdelen. Aan de wand hangen uitgeplozen kaarten, foto’s en tekeningen; in het midden de werkplekken met verschillende computers, printers, scanners, een enkel potlood en een fax. Een tv, videorecorder en koelkast ontbreken niet.
,,In de praktijk wordt ook intensief samengewerkt”, aldus Wiersema. ,,Dus moet de opleiding daartoe ook goede mogelijkheden bieden. En een echte opdrachtgever werkt motiverend. De studenten verzorgen ondertussen hun eigen colleges door specialisten uit te nodigen die hen kunnen adviseren bij ontwerpbeslissingen.”
Ten Kate: ,,Ze moeten niet alleen de docent overtuigen, maar ook de opdrachtgever. De groep krijgt alle kicks daarvan mee. Van tevoren de spanning: vinden ze het wel goed wat we doen? En na afloop, toen de opdrachtgever tevreden was, heerste er een echte party-sfeer.”
Dat U1 zo soepel van de grond kwam, is te danken aan een samenloop van gunstige omstandigheden. Wiersema: ,,Wij hadden een aantal ambities. Zo wilden we een keer met een kleine club mensen ergens diep induiken. Dat kon moeilijk in het bestaande onderwijssysteem. Toen kwam Haaglanden met deze ontwerpopdracht en bedachten we de U1. Bouwkunde was tegelijk op zoek naar vernieuwing van het curriculum, daar paste dit perfect in.” Van het faculteitsbestuur hebben ze alle wind mee gehad. U1 heeft een experimentele status gekregen, waarmee beide docenten geheel vrij zijn in de invulling ervan.
Na afloop zal het experiment geëvalueerd worden. Het ziet er gunstig uit, denkt Ten Kate. ,,Er moeten wat afspraken gemaakt worden met het bestuur, maar als het aan ons ligt, blijft U1 bestaan, met als essentie: een praktijkatelier, met de motivatie van een werkelijke opdrachtgever, onder persoonlijke begeleiding.”
Hoewel de eindresultaten niet worden uitgevoerd, zal wel dankbaar gebruik worden gemaakt van de vele ideeën die de studenten genereren. Die zullen aan de basis liggen van discussies tussen wethouder, ambtenaren en andere betrokkenen.
,,Er is geen lijstje waarop staat wat je af moet hebben. Je moet helemaal zelf bedenken wat je nodig hebt om de opdrachtgever duidelijk te maken wat je ontwerpvoorstel is. Dat heb ik tot nu toe niet meegemaakt op Bouwkunde.”
Sarah van Sonsbeeck is een van de twintig studenten aan de faculteit Bouwkunde die meedoen aan een nieuw project: de U1. De U1 is een project voor derdejaars studenten en ouder, waarbij gewerkt wordt voor een echte opdrachtgever. Dit vereist een serieuze aanpak. Van Sonsbeeck: ,,Je wilt iets ontwerpen waar de opdrachtgever ook echt iets mee kan. Dus moet je heel goed onderzoeken welke belangen er allemaal spelen, want aan een onmogelijk of zinloos voorstel heb je niets.”
De opdrachtgever is in dit geval het Stadsgewest Haaglanden. De studenten buigen zich over de vraag hoe nieuwe functies zijn toe te kennen aan verschillende stukken snelweg, als in de toekomst steden als Delft, Pijnacker, Zoetermeer, Leidschendam en Den Haag aan elkaar zijn gegroeid.
Van Sonsbeeck heeft een deel van de N44 gekozen, een stuk weg dat nog net geen snelweg is, maar wel meer dan een autoweg. In plaats van het op te voeren tot een snelweg maakt zij er juist een parkway van – een brede, slingerende weg door een park die de aandacht van de rijder varieert van veraf naar dichtbij. ,,Een efficiënte vorm van recreatie.”
Vorige week dinsdag vond de eerste presentatie voor Stadsgewest Haaglanden plaats. Van Sonsbeeck: ,,Dan word je pas echt gedwongen goed onder woorden te brengen wat je hebt gedaan en waarmee je bezig bent. Dat is best moeilijk.”
Wederzijds
De U1 is opgezet door Erik Wiersema en Laurens Jan ten Kate, beiden gastdocent bij Bouwkunde. De realisatie van het project vervult ambities waarmee zij al geruime tijd rondliepen. De eerste is de persoonsgebondenheid: studenten die zich inschrijven voor U1, schrijven zich in voor Wiersema en Ten Kate. Wiersema: ,,Dat geeft een motivatie van beide kanten, die het onderwijs alleen maar ten goede komt. Bij opleidingen in het buitenland kan een student zeggen: die docent vind ik goed, dus daar schrijf ik me bij in. Ook toen wij hier tien jaar geleden Bouwkunde studeerden was dat zo. Tegenwoordig schrijf je je in voor een project en word je door de computer in een bepaald groepje bij een bepaalde docent gestopt. Dan is die wederzijdse interesse veel minder.”
Studenten uit alle afstudeerrichtingen kunnen terecht bij U1, dat losstaat van de bestaande vakgroepen. U staat voor Unit, een term die ook in de Londense AA-school gebruikt wordt voor afgebakende onderdelen in het curriculum. U1 draagt bovendien al de suggestie in zich van een U2, een U3, een U4, enzovoort. Wiersema en Ten Kate hopen ook dat het project aanslaat, zodatandere docenten zich willen verbinden aan differentiaties.
Samenwerken staat voorop bij U1. Al het werk wordt gedaan op het atelier, dat is ingericht op Mijnbouwplein 11. Ten Kate: ,,Het is de bedoeling de praktijk zoveel mogelijk na te bootsen. Het atelier fungeert als architectenbureau. Het is een 24-uursatelier, dus als er ’s avonds doorgewerkt moet worden, dan gebeurt dat ook hier. Dit had op de faculteit niet gekund. Ten eerste krijg je er de sfeer niet en ten tweede wil niemand zijn spullen laten liggen. Hier neemt iedereen zijn eigen computer mee.”
Kicks
Een blik in het zenuwcentrum spreekt boekdelen. Aan de wand hangen uitgeplozen kaarten, foto’s en tekeningen; in het midden de werkplekken met verschillende computers, printers, scanners, een enkel potlood en een fax. Een tv, videorecorder en koelkast ontbreken niet.
,,In de praktijk wordt ook intensief samengewerkt”, aldus Wiersema. ,,Dus moet de opleiding daartoe ook goede mogelijkheden bieden. En een echte opdrachtgever werkt motiverend. De studenten verzorgen ondertussen hun eigen colleges door specialisten uit te nodigen die hen kunnen adviseren bij ontwerpbeslissingen.”
Ten Kate: ,,Ze moeten niet alleen de docent overtuigen, maar ook de opdrachtgever. De groep krijgt alle kicks daarvan mee. Van tevoren de spanning: vinden ze het wel goed wat we doen? En na afloop, toen de opdrachtgever tevreden was, heerste er een echte party-sfeer.”
Dat U1 zo soepel van de grond kwam, is te danken aan een samenloop van gunstige omstandigheden. Wiersema: ,,Wij hadden een aantal ambities. Zo wilden we een keer met een kleine club mensen ergens diep induiken. Dat kon moeilijk in het bestaande onderwijssysteem. Toen kwam Haaglanden met deze ontwerpopdracht en bedachten we de U1. Bouwkunde was tegelijk op zoek naar vernieuwing van het curriculum, daar paste dit perfect in.” Van het faculteitsbestuur hebben ze alle wind mee gehad. U1 heeft een experimentele status gekregen, waarmee beide docenten geheel vrij zijn in de invulling ervan.
Na afloop zal het experiment geëvalueerd worden. Het ziet er gunstig uit, denkt Ten Kate. ,,Er moeten wat afspraken gemaakt worden met het bestuur, maar als het aan ons ligt, blijft U1 bestaan, met als essentie: een praktijkatelier, met de motivatie van een werkelijke opdrachtgever, onder persoonlijke begeleiding.”
Hoewel de eindresultaten niet worden uitgevoerd, zal wel dankbaar gebruik worden gemaakt van de vele ideeën die de studenten genereren. Die zullen aan de basis liggen van discussies tussen wethouder, ambtenaren en andere betrokkenen.
Comments are closed.