Hoe lang geleden was het dat Ortner voor het laatst in de collegebanken zat? Meer dan twintig jaar, in ieder geval. Merkwaardig, hoe aan deze plek een gevoel verbonden was.
Er hing iets in deze zaal, een bijna gewijde atmosfeer van kennis en schemerduister en slechte akoestiek. Zodra hij plaats nam en het tafeltje voor zich uitklapte, voelde hij zich weer student. Mooie dagen van zijn jeugd had hij versleten op deze harde banken, luisterend naar de zelfingenomen praatjes van de hooggeleerden voor het krijtbord. Doceren stond gelijk aan oreren.
Vandaag stond Ilona naast de overheadprojector. Zij preekte niet; ze stelde vragen, lokte discussie uit, maakte haar toehoorders aan het lachen. In de zaal zaten geen studenten maar medewerkers. Ortner herkende een enkeling, de portier en de medewerkers van voorheen-de-vakgroep. De kantinejuffrouw, helemaal vooraan. Verder zag hij veel onbekenden, te veel. Na een jaar kende hij nog lang niet iedereen op de faculteit.
,,Vandaag draait het om jullie wensen”, riep Ilona enthousiast tegen het publiek. Ze legde een sheet op de projector met de wervende vraag ‘wat willen jullie?’.
,,Verandering kan niet alleen van bovenaf komen. Nu er gereorganiseerd wordt, moeten ook jullie je zegje kunnen doen. Op deze middag wil ik een eerste inventarisatie houden van problemen, narigheid en situaties met verbeterpotentie. In een latere fase zullen we zoeken naar oplossingen die vallen binnen het eerder geschetste kader”, ze bladerde door de stapel sheets tot ze de juiste terugvond, ,,het kader van het masterplan faculteitsprofiel. Is dat duidelijk?”
In het tafeltje voor Ortner was een stripfiguurtje gekrast met kleine oogjes en een strakke scheiding in het haar, een portret dat leek op iemand die Ortner kende, al kon hij niet precies bedenken wie diegene was. Tekenen op het tafelblad, dat was in zijn tijd onvoorstelbaar geweest. Toch, de verveling van de laatste colleges op vrijdagmiddag herinnerde hij zich. Het staren naar de secondewijzer van de grote klok boven de deur. Het draaien op de harde banken, net als nu.
Een paar rijen voor Ortner stond een man op. ,,Ik vind dat de afstemming tussen de roosters van studenten en medewerkers verbeterd moet worden”, zei hij en ging weer zitten. Het spuien van problemen was begonnen. Ilona schreef een paar steekwoorden op een sheet. ,,Heel goed idee, Adri. Wie volgt?”
Aanmoediging was nauwelijks nodig, her en der gingen handen omhoog. Zo stil mogelijk ritste Ortner zijn tas open en viste er een Delta uit. Een prettige spanning trok door zijn buik toen hij de voorpagina omsloeg en zichzelf in het gezicht keek. Zijn ogen leken kleiner op de foto dan ze in werkelijkheid waren en hij keek een beetje nors maar zijn haren zaten strak in de scheiding. ‘Professor Ortner en het gewicht van de zandkorrel’, luidde de kop van het artikel. Intrigerende titel, dacht Ortner, ook als ik niet wist dat het over mij ging zou ik het zeker lezen. Hij legde zijn linkerknie over zijn rechterbeen. Het viel niet mee om stil tezitten op die harde banken. Even rustig lezen.
,,Ik pleit voor inspraak bij de benoeming van collega’s”, riep de docente van het keuzevak schaalvergroting. Ze kreeg een applausje uit de zaal. Ortner las de laatste zin van het artikel en keek op naar de projectie van de sheet waar Ilona op schreef. Het vel was inmiddels al helemaal vol. ,,Ik wil bijna gaan afronden”, zei ze. ,,Is er nog iemand die een opmerking wil maken, achter in de zaal misschien?”
Wat doet ze dat toch goed, dacht Ortner. Alles gaat haar gemakkelijk af. Ze is een kanjer. En wat een betrokkenheid heeft ze. Zij verdient mijn steun. Ik moet een bijdrage leveren, nu.
Hij stond op. Zijn linkervoet sliep, gemene prikkels trokken door zijn voetzool.
,,Ik heb nog een idee. Het is niet zozeer voor onszelf, maar voor de studenten. Wij willen toch dat ze snel studeren? Dan moeten we daarvoor de falici… faciliteiten bieden. Mijn suggestie is: kussens op de collegebanken.”
Ortners voorbuurman draaide zich om. In zijn ogen las Ortner de spot. ,,Wat denk je Hein, zou dat wel binnen het masterplan passen?”
Vandaag stond Ilona naast de overheadprojector. Zij preekte niet; ze stelde vragen, lokte discussie uit, maakte haar toehoorders aan het lachen. In de zaal zaten geen studenten maar medewerkers. Ortner herkende een enkeling, de portier en de medewerkers van voorheen-de-vakgroep. De kantinejuffrouw, helemaal vooraan. Verder zag hij veel onbekenden, te veel. Na een jaar kende hij nog lang niet iedereen op de faculteit.
,,Vandaag draait het om jullie wensen”, riep Ilona enthousiast tegen het publiek. Ze legde een sheet op de projector met de wervende vraag ‘wat willen jullie?’.
,,Verandering kan niet alleen van bovenaf komen. Nu er gereorganiseerd wordt, moeten ook jullie je zegje kunnen doen. Op deze middag wil ik een eerste inventarisatie houden van problemen, narigheid en situaties met verbeterpotentie. In een latere fase zullen we zoeken naar oplossingen die vallen binnen het eerder geschetste kader”, ze bladerde door de stapel sheets tot ze de juiste terugvond, ,,het kader van het masterplan faculteitsprofiel. Is dat duidelijk?”
In het tafeltje voor Ortner was een stripfiguurtje gekrast met kleine oogjes en een strakke scheiding in het haar, een portret dat leek op iemand die Ortner kende, al kon hij niet precies bedenken wie diegene was. Tekenen op het tafelblad, dat was in zijn tijd onvoorstelbaar geweest. Toch, de verveling van de laatste colleges op vrijdagmiddag herinnerde hij zich. Het staren naar de secondewijzer van de grote klok boven de deur. Het draaien op de harde banken, net als nu.
Een paar rijen voor Ortner stond een man op. ,,Ik vind dat de afstemming tussen de roosters van studenten en medewerkers verbeterd moet worden”, zei hij en ging weer zitten. Het spuien van problemen was begonnen. Ilona schreef een paar steekwoorden op een sheet. ,,Heel goed idee, Adri. Wie volgt?”
Aanmoediging was nauwelijks nodig, her en der gingen handen omhoog. Zo stil mogelijk ritste Ortner zijn tas open en viste er een Delta uit. Een prettige spanning trok door zijn buik toen hij de voorpagina omsloeg en zichzelf in het gezicht keek. Zijn ogen leken kleiner op de foto dan ze in werkelijkheid waren en hij keek een beetje nors maar zijn haren zaten strak in de scheiding. ‘Professor Ortner en het gewicht van de zandkorrel’, luidde de kop van het artikel. Intrigerende titel, dacht Ortner, ook als ik niet wist dat het over mij ging zou ik het zeker lezen. Hij legde zijn linkerknie over zijn rechterbeen. Het viel niet mee om stil tezitten op die harde banken. Even rustig lezen.
,,Ik pleit voor inspraak bij de benoeming van collega’s”, riep de docente van het keuzevak schaalvergroting. Ze kreeg een applausje uit de zaal. Ortner las de laatste zin van het artikel en keek op naar de projectie van de sheet waar Ilona op schreef. Het vel was inmiddels al helemaal vol. ,,Ik wil bijna gaan afronden”, zei ze. ,,Is er nog iemand die een opmerking wil maken, achter in de zaal misschien?”
Wat doet ze dat toch goed, dacht Ortner. Alles gaat haar gemakkelijk af. Ze is een kanjer. En wat een betrokkenheid heeft ze. Zij verdient mijn steun. Ik moet een bijdrage leveren, nu.
Hij stond op. Zijn linkervoet sliep, gemene prikkels trokken door zijn voetzool.
,,Ik heb nog een idee. Het is niet zozeer voor onszelf, maar voor de studenten. Wij willen toch dat ze snel studeren? Dan moeten we daarvoor de falici… faciliteiten bieden. Mijn suggestie is: kussens op de collegebanken.”
Ortners voorbuurman draaide zich om. In zijn ogen las Ortner de spot. ,,Wat denk je Hein, zou dat wel binnen het masterplan passen?”
Comments are closed.