Campus

‘Hallo Venray is de band om de hoek’

Hallo Venray-voorman Henk Koorn staat zondag 29 augustus op het podium van Verderop om succesnummers uit de pophistorie te vertolken tijdens aflevering drie van

Hallo Venray-voorman Henk Koorn staat zondag 29 augustus op het podium van Verderop om succesnummers uit de pophistorie te vertolken tijdens aflevering drie van Let’s stick together. In vier sessies brengen muzikanten die hun sporen verdiend hebben een reeks favorieten ten gehore.

,,Ik wil graag Love machine van Supermax doen, maar ze willen er niet aan.” Inmiddels doet Henk Koorn voor de derde keer mee aan de sessies van Let’s stick together en nog heeft hij de club-hit uit ’77 niet kunnen afstoffen. ,,Ik zal eens wat meer aandringen. Ze kunnen het wel, want het zijn goeie muzikanten; drie keer repeteren is voldoende, om de fouten op te vangen tenminste”, vertelt Koorn, naast Hallo Venray-voorman ook Supertrooper en verder nog actief bij Dakota Love Beach en de Bolderkar.

In een theehuis ergens in een Delftse achtertuin studeert de Let’s-stick-together-crew het repertoire in. Akoestisch, zoals het routiniers betaamt. Pas later gaan de versterkers aan. Koorn is de jongste van het gezelschap, dat onder meer bestaat uit veteranen als Polle Eduard en Ferdinand Bakker (Alquin). De formule werkt. Koorn: ,,Een sessie is iets totaal anders. Je hoeft niet je gelijk te halen of te spelen voor het heilige vuur, maar probeert de boel op gang te brengen.”

Hoewel Koorn meer van ‘het obscure werk’ houdt, bestaat zijn setlist voornamelijk uit succesnummers. Het publiek heeft hem al Met de vlam in de pijp van Henk Wijngaard en Do you love me van Shariff Dean zien doen. Deze keer is het de beurt aan Sunny afternoon van de Kinks, Heart of gold van Neil Young en Niemand laat zijn eigen kind alleen van Willy Alberti. Het gaat hem goed af (,,Tien jaar geleden zou het moeilijker geweest zijn”) en dat geldt ook voor de anderen. ,,Ze spelen gelukkig vrij zacht; de ego’s zijn wat minder groot geworden. Anders wordt een horror-show. Je leert er ook wel van, omdat je alles uit handen geeft. Er wordt afgetikt en er is geen weg terug.”


1 De ‘navelplaat’, doorbraak
Patent

Henk Koorn – een gewone jongen die op het podium verandert in een entertainer die persoonlijkheid paart aan zelfspot en sex appeal – is ‘beroeps’ sinds de doorbraak van Hallo Venray in ’92. De gitaarband die zich door verstrooiende liedjes en een innemende podiumpresentatie kenmerkt, heeft nu zeven albums op z’n naam staan en inmiddels het tienjarig bestaan erop zitten. Als huisband werd dat gevierd in ’t Paard in Den Haag – een titel die ze overigens delen met Burma Shave. Delft is een beetje het tweede nest van Hallo Venray. Koorn is hier geboren en er (weer) woonachtig, optreden in de Koornbeurs is meestal een thuiswedstrijd, en daarmee houdt de relatie niet op.

In artistiek opzicht gaat het met Hallo Venray beter dan ooit, getuige de cd die de band vorig jaar afleverde. Met dit frisse plaatje, dat bol staat van de ideeën, rekende Hallo Venray met de periode af waarin de band schatplichtig was aan Neil Young. De cd-verkoop was evenwel evenredig aan de muzikale rijkdom.,,Dat is het probleem met Venray: lovende recensies maar de verkoopcijfers blijven achter. Gelukkig worden we door mede-muzikanten nog altijd zeer gewaardeerd.”

Nadat Hallo Venray doorbrak met de cd The more I laugh the hornier due gets bleek opvolger A million planes to fly zelfs nog beter te verkopen. Wat hitnoteringen betreft deed de single Slow change het nog het best. Van de laatste cd, die gewoon Hallo Venray heet, werd ook een single ‘getrokken’ (het opbeurende Building), maar het driemanschap dat in Hilversum plaatjes keurt om te worden toegelaten tot 3FM weigert de Hallo Venray-sound. Koorn: ,,Ik heb ooit eentje van hen gesproken en gevraagd waarom. Hij zei doodleuk: we vinden je stem niks.”


2 De laatste CD

Behalve het warme geluid valt de laatste cd juist op door Koorns stem, die gegroeid is en ook andere regionen opzoekt. ,,Ik zing nu beter. Zet niet meer zo hard in. Vroeger riep dan een mannetje vanachter de mengtafel: ‘Nog wat meer spirit…’ Dan deed het ik nog eens over. Met wat meer spirit… Ik zing het beste thuis. Microfoontje en cassettedeck op tafel, en spelen.”

De nieuwe studio die Hallo Venray sinds kort bezit, komt dus niet ongelegen. ,,Veel tijd is een voordeel. We zijn nu bezig zoveel mogelijk nummers op te nemen. We nemen alles zelf op zonder producer, maar iemand om aan je toko te sleutelen is af en toe ook goed. Zo iemand als Rick Rubin, die van alle markten thuis is, dat zou ik wel eens willen.”

Het voorlopig hoogtepunt is ,,min of meer vanzelf ontstaan”. Bij het opnemen van hun laatste cd was tijd en ruimte voor het experiment wat een verrassende aanpak tot gevolg had. De plaat klinkt ook erg nineties, door het gebruik van samples en andere nieuwigheden.

Wat Koorn het afgelopen decennium zelf de moeite waard vond? Hij houdt het nauwelijks bij maar Beck, Palace Brothers, Sparklehorse, Steve Earle en The Scene, ,,toch ook wel”. Andere Nederlandse bands: De Div van vroeger, Johan en Caesar. ,,Die hebben wel de sympathieke uitstraling.”
Generatie

In tien jaar toeren heeft Hallo Venray een nieuwe generatie bands zien arriveren en de dancecultuur laat zich ook gelden. ,,Nieuwe bezoekers kennen de naam wel maar weten niet altijd wat de band voor muziek maakt. Het is een maf iets. Eerst moet je het succes bereiken. Dan haal je het en is het oogsten. Moeilijker is het om het circus vast te houden, de aandacht enzo. We zijn de band om de hoek. Op een gegeven moment heeft iedereen je al twee of drie keer gezien. Zo’n succesjaar, dat bereik je niet zomaar weer, maar de creativiteit is er nog steeds en zolang er mooie dingen ontstaan is het de moeite waard om door te gaan.”

Minder zeker is de toekomst van de Supertroopers, voorheen de Abba’s. Het trio waarmee Koorn en Hallo Venray-gitarist Toon Moerland Abba-pastiches maakt, bracht een cd uit en gaat in ieder geval tot het eind van dit jaar door. ,,Daarna zien we wel.”

Met dat gemak is hij tenslotte ook begonnen, het aanleren vande barré-grepen op zijn eerste Stella Harmonygitaar even niet meegerekend. Hadden ze voor hem gekocht toen hij als jochie in Amerika woonde. ,,Ik wist al gauw dat ik muzikant wilde worden. Was gefascineerd door de Beatles.” Vele gitaarlessen en uren pielen later verzamelde hij moed. ,,Ik belde clubs op en zei: ‘Ik heb een programma van een uur, willen jullie mij hebben?’ Toen ik een paar optredens had, ben ik gaan zitten schrijven, want eigenlijk had ik nog niks.” Hierdoor is het met die studie elektrotechniek aan de TH Rijswijk nooit wat geworden.

Kaarten voor zijn verkrijgbaar bij Crazy Diamond, Hugo de Grootplein 9; reserveren: 015-2147242 of info@crazy-diamond.nl

,,

Hallo Venray-voorman Henk Koorn staat zondag 29 augustus op het podium van Verderop om succesnummers uit de pophistorie te vertolken tijdens aflevering drie van Let’s stick together. In vier sessies brengen muzikanten die hun sporen verdiend hebben een reeks favorieten ten gehore.

,,Ik wil graag Love machine van Supermax doen, maar ze willen er niet aan.” Inmiddels doet Henk Koorn voor de derde keer mee aan de sessies van Let’s stick together en nog heeft hij de club-hit uit ’77 niet kunnen afstoffen. ,,Ik zal eens wat meer aandringen. Ze kunnen het wel, want het zijn goeie muzikanten; drie keer repeteren is voldoende, om de fouten op te vangen tenminste”, vertelt Koorn, naast Hallo Venray-voorman ook Supertrooper en verder nog actief bij Dakota Love Beach en de Bolderkar.

In een theehuis ergens in een Delftse achtertuin studeert de Let’s-stick-together-crew het repertoire in. Akoestisch, zoals het routiniers betaamt. Pas later gaan de versterkers aan. Koorn is de jongste van het gezelschap, dat onder meer bestaat uit veteranen als Polle Eduard en Ferdinand Bakker (Alquin). De formule werkt. Koorn: ,,Een sessie is iets totaal anders. Je hoeft niet je gelijk te halen of te spelen voor het heilige vuur, maar probeert de boel op gang te brengen.”

Hoewel Koorn meer van ‘het obscure werk’ houdt, bestaat zijn setlist voornamelijk uit succesnummers. Het publiek heeft hem al Met de vlam in de pijp van Henk Wijngaard en Do you love me van Shariff Dean zien doen. Deze keer is het de beurt aan Sunny afternoon van de Kinks, Heart of gold van Neil Young en Niemand laat zijn eigen kind alleen van Willy Alberti. Het gaat hem goed af (,,Tien jaar geleden zou het moeilijker geweest zijn”) en dat geldt ook voor de anderen. ,,Ze spelen gelukkig vrij zacht; de ego’s zijn wat minder groot geworden. Anders wordt een horror-show. Je leert er ook wel van, omdat je alles uit handen geeft. Er wordt afgetikt en er is geen weg terug.”


1 De ‘navelplaat’, doorbraak
Patent

Henk Koorn – een gewone jongen die op het podium verandert in een entertainer die persoonlijkheid paart aan zelfspot en sex appeal – is ‘beroeps’ sinds de doorbraak van Hallo Venray in ’92. De gitaarband die zich door verstrooiende liedjes en een innemende podiumpresentatie kenmerkt, heeft nu zeven albums op z’n naam staan en inmiddels het tienjarig bestaan erop zitten. Als huisband werd dat gevierd in ’t Paard in Den Haag – een titel die ze overigens delen met Burma Shave. Delft is een beetje het tweede nest van Hallo Venray. Koorn is hier geboren en er (weer) woonachtig, optreden in de Koornbeurs is meestal een thuiswedstrijd, en daarmee houdt de relatie niet op.

In artistiek opzicht gaat het met Hallo Venray beter dan ooit, getuige de cd die de band vorig jaar afleverde. Met dit frisse plaatje, dat bol staat van de ideeën, rekende Hallo Venray met de periode af waarin de band schatplichtig was aan Neil Young. De cd-verkoop was evenwel evenredig aan de muzikale rijkdom.,,Dat is het probleem met Venray: lovende recensies maar de verkoopcijfers blijven achter. Gelukkig worden we door mede-muzikanten nog altijd zeer gewaardeerd.”

Nadat Hallo Venray doorbrak met de cd The more I laugh the hornier due gets bleek opvolger A million planes to fly zelfs nog beter te verkopen. Wat hitnoteringen betreft deed de single Slow change het nog het best. Van de laatste cd, die gewoon Hallo Venray heet, werd ook een single ‘getrokken’ (het opbeurende Building), maar het driemanschap dat in Hilversum plaatjes keurt om te worden toegelaten tot 3FM weigert de Hallo Venray-sound. Koorn: ,,Ik heb ooit eentje van hen gesproken en gevraagd waarom. Hij zei doodleuk: we vinden je stem niks.”


2 De laatste CD

Behalve het warme geluid valt de laatste cd juist op door Koorns stem, die gegroeid is en ook andere regionen opzoekt. ,,Ik zing nu beter. Zet niet meer zo hard in. Vroeger riep dan een mannetje vanachter de mengtafel: ‘Nog wat meer spirit…’ Dan deed het ik nog eens over. Met wat meer spirit… Ik zing het beste thuis. Microfoontje en cassettedeck op tafel, en spelen.”

De nieuwe studio die Hallo Venray sinds kort bezit, komt dus niet ongelegen. ,,Veel tijd is een voordeel. We zijn nu bezig zoveel mogelijk nummers op te nemen. We nemen alles zelf op zonder producer, maar iemand om aan je toko te sleutelen is af en toe ook goed. Zo iemand als Rick Rubin, die van alle markten thuis is, dat zou ik wel eens willen.”

Het voorlopig hoogtepunt is ,,min of meer vanzelf ontstaan”. Bij het opnemen van hun laatste cd was tijd en ruimte voor het experiment wat een verrassende aanpak tot gevolg had. De plaat klinkt ook erg nineties, door het gebruik van samples en andere nieuwigheden.

Wat Koorn het afgelopen decennium zelf de moeite waard vond? Hij houdt het nauwelijks bij maar Beck, Palace Brothers, Sparklehorse, Steve Earle en The Scene, ,,toch ook wel”. Andere Nederlandse bands: De Div van vroeger, Johan en Caesar. ,,Die hebben wel de sympathieke uitstraling.”
Generatie

In tien jaar toeren heeft Hallo Venray een nieuwe generatie bands zien arriveren en de dancecultuur laat zich ook gelden. ,,Nieuwe bezoekers kennen de naam wel maar weten niet altijd wat de band voor muziek maakt. Het is een maf iets. Eerst moet je het succes bereiken. Dan haal je het en is het oogsten. Moeilijker is het om het circus vast te houden, de aandacht enzo. We zijn de band om de hoek. Op een gegeven moment heeft iedereen je al twee of drie keer gezien. Zo’n succesjaar, dat bereik je niet zomaar weer, maar de creativiteit is er nog steeds en zolang er mooie dingen ontstaan is het de moeite waard om door te gaan.”

Minder zeker is de toekomst van de Supertroopers, voorheen de Abba’s. Het trio waarmee Koorn en Hallo Venray-gitarist Toon Moerland Abba-pastiches maakt, bracht een cd uit en gaat in ieder geval tot het eind van dit jaar door. ,,Daarna zien we wel.”

Met dat gemak is hij tenslotte ook begonnen, het aanleren vande barré-grepen op zijn eerste Stella Harmonygitaar even niet meegerekend. Hadden ze voor hem gekocht toen hij als jochie in Amerika woonde. ,,Ik wist al gauw dat ik muzikant wilde worden. Was gefascineerd door de Beatles.” Vele gitaarlessen en uren pielen later verzamelde hij moed. ,,Ik belde clubs op en zei: ‘Ik heb een programma van een uur, willen jullie mij hebben?’ Toen ik een paar optredens had, ben ik gaan zitten schrijven, want eigenlijk had ik nog niks.” Hierdoor is het met die studie elektrotechniek aan de TH Rijswijk nooit wat geworden.

Kaarten voor zijn verkrijgbaar bij Crazy Diamond, Hugo de Grootplein 9; reserveren: 015-2147242 of info@crazy-diamond.nl

Hallo Venray-voorman Henk Koorn staat zondag 29 augustus op het podium van Verderop om succesnummers uit de pophistorie te vertolken tijdens aflevering drie van Let’s stick together. In vier sessies brengen muzikanten die hun sporen verdiend hebben een reeks favorieten ten gehore.

,,Ik wil graag Love machine van Supermax doen, maar ze willen er niet aan.” Inmiddels doet Henk Koorn voor de derde keer mee aan de sessies van Let’s stick together en nog heeft hij de club-hit uit ’77 niet kunnen afstoffen. ,,Ik zal eens wat meer aandringen. Ze kunnen het wel, want het zijn goeie muzikanten; drie keer repeteren is voldoende, om de fouten op te vangen tenminste”, vertelt Koorn, naast Hallo Venray-voorman ook Supertrooper en verder nog actief bij Dakota Love Beach en de Bolderkar.

In een theehuis ergens in een Delftse achtertuin studeert de Let’s-stick-together-crew het repertoire in. Akoestisch, zoals het routiniers betaamt. Pas later gaan de versterkers aan. Koorn is de jongste van het gezelschap, dat onder meer bestaat uit veteranen als Polle Eduard en Ferdinand Bakker (Alquin). De formule werkt. Koorn: ,,Een sessie is iets totaal anders. Je hoeft niet je gelijk te halen of te spelen voor het heilige vuur, maar probeert de boel op gang te brengen.”

Hoewel Koorn meer van ‘het obscure werk’ houdt, bestaat zijn setlist voornamelijk uit succesnummers. Het publiek heeft hem al Met de vlam in de pijp van Henk Wijngaard en Do you love me van Shariff Dean zien doen. Deze keer is het de beurt aan Sunny afternoon van de Kinks, Heart of gold van Neil Young en Niemand laat zijn eigen kind alleen van Willy Alberti. Het gaat hem goed af (,,Tien jaar geleden zou het moeilijker geweest zijn”) en dat geldt ook voor de anderen. ,,Ze spelen gelukkig vrij zacht; de ego’s zijn wat minder groot geworden. Anders wordt een horror-show. Je leert er ook wel van, omdat je alles uit handen geeft. Er wordt afgetikt en er is geen weg terug.”


1 De ‘navelplaat’, doorbraak
Patent

Henk Koorn – een gewone jongen die op het podium verandert in een entertainer die persoonlijkheid paart aan zelfspot en sex appeal – is ‘beroeps’ sinds de doorbraak van Hallo Venray in ’92. De gitaarband die zich door verstrooiende liedjes en een innemende podiumpresentatie kenmerkt, heeft nu zeven albums op z’n naam staan en inmiddels het tienjarig bestaan erop zitten. Als huisband werd dat gevierd in ’t Paard in Den Haag – een titel die ze overigens delen met Burma Shave. Delft is een beetje het tweede nest van Hallo Venray. Koorn is hier geboren en er (weer) woonachtig, optreden in de Koornbeurs is meestal een thuiswedstrijd, en daarmee houdt de relatie niet op.

In artistiek opzicht gaat het met Hallo Venray beter dan ooit, getuige de cd die de band vorig jaar afleverde. Met dit frisse plaatje, dat bol staat van de ideeën, rekende Hallo Venray met de periode af waarin de band schatplichtig was aan Neil Young. De cd-verkoop was evenwel evenredig aan de muzikale rijkdom.,,Dat is het probleem met Venray: lovende recensies maar de verkoopcijfers blijven achter. Gelukkig worden we door mede-muzikanten nog altijd zeer gewaardeerd.”

Nadat Hallo Venray doorbrak met de cd The more I laugh the hornier due gets bleek opvolger A million planes to fly zelfs nog beter te verkopen. Wat hitnoteringen betreft deed de single Slow change het nog het best. Van de laatste cd, die gewoon Hallo Venray heet, werd ook een single ‘getrokken’ (het opbeurende Building), maar het driemanschap dat in Hilversum plaatjes keurt om te worden toegelaten tot 3FM weigert de Hallo Venray-sound. Koorn: ,,Ik heb ooit eentje van hen gesproken en gevraagd waarom. Hij zei doodleuk: we vinden je stem niks.”


2 De laatste CD

Behalve het warme geluid valt de laatste cd juist op door Koorns stem, die gegroeid is en ook andere regionen opzoekt. ,,Ik zing nu beter. Zet niet meer zo hard in. Vroeger riep dan een mannetje vanachter de mengtafel: ‘Nog wat meer spirit…’ Dan deed het ik nog eens over. Met wat meer spirit… Ik zing het beste thuis. Microfoontje en cassettedeck op tafel, en spelen.”

De nieuwe studio die Hallo Venray sinds kort bezit, komt dus niet ongelegen. ,,Veel tijd is een voordeel. We zijn nu bezig zoveel mogelijk nummers op te nemen. We nemen alles zelf op zonder producer, maar iemand om aan je toko te sleutelen is af en toe ook goed. Zo iemand als Rick Rubin, die van alle markten thuis is, dat zou ik wel eens willen.”

Het voorlopig hoogtepunt is ,,min of meer vanzelf ontstaan”. Bij het opnemen van hun laatste cd was tijd en ruimte voor het experiment wat een verrassende aanpak tot gevolg had. De plaat klinkt ook erg nineties, door het gebruik van samples en andere nieuwigheden.

Wat Koorn het afgelopen decennium zelf de moeite waard vond? Hij houdt het nauwelijks bij maar Beck, Palace Brothers, Sparklehorse, Steve Earle en The Scene, ,,toch ook wel”. Andere Nederlandse bands: De Div van vroeger, Johan en Caesar. ,,Die hebben wel de sympathieke uitstraling.”
Generatie

In tien jaar toeren heeft Hallo Venray een nieuwe generatie bands zien arriveren en de dancecultuur laat zich ook gelden. ,,Nieuwe bezoekers kennen de naam wel maar weten niet altijd wat de band voor muziek maakt. Het is een maf iets. Eerst moet je het succes bereiken. Dan haal je het en is het oogsten. Moeilijker is het om het circus vast te houden, de aandacht enzo. We zijn de band om de hoek. Op een gegeven moment heeft iedereen je al twee of drie keer gezien. Zo’n succesjaar, dat bereik je niet zomaar weer, maar de creativiteit is er nog steeds en zolang er mooie dingen ontstaan is het de moeite waard om door te gaan.”

Minder zeker is de toekomst van de Supertroopers, voorheen de Abba’s. Het trio waarmee Koorn en Hallo Venray-gitarist Toon Moerland Abba-pastiches maakt, bracht een cd uit en gaat in ieder geval tot het eind van dit jaar door. ,,Daarna zien we wel.”

Met dat gemak is hij tenslotte ook begonnen, het aanleren vande barré-grepen op zijn eerste Stella Harmonygitaar even niet meegerekend. Hadden ze voor hem gekocht toen hij als jochie in Amerika woonde. ,,Ik wist al gauw dat ik muzikant wilde worden. Was gefascineerd door de Beatles.” Vele gitaarlessen en uren pielen later verzamelde hij moed. ,,Ik belde clubs op en zei: ‘Ik heb een programma van een uur, willen jullie mij hebben?’ Toen ik een paar optredens had, ben ik gaan zitten schrijven, want eigenlijk had ik nog niks.” Hierdoor is het met die studie elektrotechniek aan de TH Rijswijk nooit wat geworden.

Kaarten voor zijn verkrijgbaar bij Crazy Diamond, Hugo de Grootplein 9; reserveren: 015-2147242 of info@crazy-diamond.nl

Redacteur Redactie

Heb je een vraag of opmerking over dit artikel?

delta@tudelft.nl

Comments are closed.